Forse CO2-uitstoot productie zonnepanelen stijgt verder
Bij alle positieve berichten over de enorme hoeveelheid energie die zonnepanelen opwekken, past een stevige kanttekening. De productie ervan is verre van smetteloos en zorgt voor een te forse CO2-uitstoot om de klimaatdoelen van 2030 te halen. Dat blijkt uit onderzoek van onderzoeksbureau Metabolic in opdracht van Dutch Green Building Council (DGBC). De toepassing van zonnepanelen leidt met de huidige productiemethoden juist tot een verdubbeling van de uitstoot. Zicht op veel verbetering is er nog niet.
Door de grote woningbouwopgave die Nederland heeft, blijft de vraag naar zonnepanelen naar verwachting stijgen. Maar alle materialen die voor de productie ervan nodig zijn, hebben natuurlijk ook een eigen impact op het milieu. Dat bleek wel toen Metabolic en DGBC onderzochten wat de CO2-uitstoot is van de productie van verschillende materiaalsoorten en producten voor de bouwsector. De meeste CO2-uitstoot kwam voor rekening van staal, beton, glas, isolatie en installaties. In die laatste categorie vallen ook de zonnepanelen. Die zijn verantwoordelijk voor 88 procent van de uitstoot in de installatiebranche.
48 procent
Met de huidige manier van produceren blijven producenten en leveranciers van staal, beton, installaties, isolatie en glas steken op 48 procent CO2-reductie in 2030, terwijl 60 procent nodig is. “Radicaal anders bouwen én produceren is daarom nodig om de klimaatdoelen te halen”, laat Laetitia Nossek van DGBC weten. “De installatiebranche, met zonnepanelenproducenten voorop, lijkt zich echter nog niet te realiseren dat er snel actie nodig is.”
De grotere vraag naar bouwmaterialen door de nieuwbouwopgave, maar ook in toenemende mate door de renovatieopgave, staat op gespannen voet met de doelen om de CO2-uitstoot te verminderen. De toepassing van omvangrijke hoeveelheden zonnepanelen leidt met de huidige productiemethoden juist tot een verdubbeling van de uitstoot. Waar bij staal, beton en isolatie de verantwoording helder is en de zoektocht naar duurzamere alternatieven gaande is, blijft de installatiebranche achter. De zonnepanelenproducenten zijn het minst duidelijk over de uitstoot die de gebruikte materialen veroorzaken, constateerden de onderzoekers. Ook hebben ze nog onvoldoende plannen om milieuvriendelijker te produceren.
Alternatieven
Juist zonnepanelen zijn noodzakelijk voor de opwekking van duurzame energie, en dat niet alleen in de nieuwbouw, maar zeker ook bij de bestaande gebouwen. Sinds 2019 is de vraag naar zonnepanelen alleen maar toegenomen en met de woningbouwopgave van bijna een miljoen woningen tot 2030 blijft deze vraag stijgen. “Zonnepanelen drukken inmiddels heel hard op de CO2-voetafdruk van de gebouwde omgeving”, zegt Nossek.
De sector moet om, adviseren de onderzoekers. Dat betekent stoppen met de productie van vervuilende materialen en overstappen naar alternatieve producten. Toni Kuhlmann van Metabolic legt uit: “De uitstoot van de productie moet omlaag en we moeten minder nieuwe materialen en installaties toepassen. Naast de energietransitie is een grootschalige transformatie nodig naar een circulaire bouweconomie: minder materialen gebruiken, bouwmaterialen toepassen die geen CO2 uitstoten bij de productie en veel meer hergebruiken en/of biobased materialen toepassen.” Nossek voegt toe: “Zonder circulaire oplossingen heb je ook geen CO2-neutrale bouwkolom."
De onderzoekers concluderen ten slotte dat de bouwsector gestimuleerd moet worden om duurzamer te produceren en benoemen hierbij ook de verantwoordelijkheid van opdrachtgevers en adviseurs in de inkoopprocessen.