“Het kunststof kozijn is volwassen”
- Circulair Bouwen
- Artikel
- Energietransitie
Als we één ding leren uit de resultaten van het ICER-rapport, dan is het wel dat de bouw- en vastgoedsector versnelling meer dan ooit nodig heeft. Met minder dan vijf jaar op de klok voor vijftig procent secundair materiaalgebruik spreekt Duurzaam Gebouwd met Albert Zegelaar, directeur van de Vereniging Kunststof Gevelelementenindustrie (VKG). “We zien het liefst alle oude kozijnen terugkomen in de keten.”
Met die doelstelling legt Albert de lat meteen hoog. Een haalbare lat, zo blijkt uit het gesprek. Maar de mogelijkheid om volledig gerecyclede kozijnen toe te passen, komt niet uit de lucht vallen. Daar is hard voor gewerkt de afgelopen decennia, door de 120 leden die VKG telt. Albert noemt kwaliteit als een van de speerpunten en blikt terug naar het moment dat het VKG Recyclingsysteem startte: “In de jaren 90 van de vorige eeuw alweer”, lacht Albert. “Dit systeem verwerkt 75 procent van alle oude kunststof kozijnen, maar zakelijke afnemers kunnen helpen om hier 100 procent van te maken. Met het oog op de doelstellingen van het Klimaatakkoord om naar 100 procent inzet van secundaire grondstoffen te klimmen, is dat een mooi besef. De bewustwording van opdrachtgevers om zoveel mogelijk materialen opnieuw in te zetten is er steeds meer.”
Profiel: Albert Zegelaar
Albert is sinds 2003 directeur van VKG. Hij heeft een lange carrière aan verschillende bouwkundige opleidingen, waaronder de HTS en TU Delft, waarbij hij afstudeerde als architect. Zijn pad als zelfstandige bracht hem bij VKG in 2003. Hij ontdekte dat er op het vlak van kennisdeling en bewustwording over de duurzame en esthetische eigenschappen van kunststof kozijnen nog een wereld te winnen was.
Zo hadden bouwkundige opleidingen er nog niet of nauwelijks kennis van genomen. Hij droeg zelf bij aan kennisvermeerdering in de Jellema boeken en mocht daar een groot hoofdstuk over kunststof kozijnen opnemen; van productie tot en met detail- en toepassingsniveau.
Die stijgende lijn zien we ook in de bekendheid van kunststof kozijnen in de professionele markt. Daarover vertelt Albert: “We zijn altijd al verreweg het grootste geweest in de particuliere vervangingsmarkt. En nu zie je professionalisering een intrede doen in de projectenmarkt, bij aannemers en bouwers. Daarnaast speelt prefabricage een rol, bijvoorbeeld in fabrieken. Door een gebouw als een bouwpakket in elkaar te zetten, geschikt te maken voor demontage en met snelheid en kwaliteit aan te bieden, is het mogelijk om op meerdere doelstellingen tegelijk in te zetten.”
Innovatie als nieuwe standaard
Daaruit proeven we innovatie. Tegelijkertijd is nog altijd zichtbaar dat er geleund wordt op traditionele materialen, waar nog volop primaire grondstoffen voor worden ingezet. Waar misschien niet eens een levenscyclusanalyse (LCA) voor beschikbaar is, zonder relevante data in de Nationale Milieudatabase (NMD). Albert vervolgt: “Wij willen juist bewijslast leveren over de bijzondere eigenschappen van kunststof kozijnen. Daarom vragen we met de VKG Architectuurprijs aandacht voor de esthetische waarde, de duurzaamheid en de onderhoudsarme eigenschappen. De prijs laat vooruitstrevende bouwprojecten zien waarin deze eigenschappen, samen met functionaliteit, samenkomen.”
Natuurlijk is er de hoop dat wat nu innovatie wordt genoemd en bekroond wordt met de award, snel de nieuwe standaard is. Voordat het zo ver is moeten professionals nog de ‘kunststof schaamte voorbij’. De eerder genoemde LCA’s en data in de NMD vormen volgens Albert hier de bewijslast: “Daar zetten we op in. Dat doen we niet alleen, maar in samenwerkingsverbanden met verschillende branches in de Circulaire Geveleconomie (zie kader, red.) Een gezamenlijk doel is om meer kennis van duurzame producteigenschappen te delen. Daar zien wij ook een belangrijke rol weggelegd voor Duurzaam Gebouwd. Om onder andere opdrachtgevers goed te informeren over kansen op het gebied van duurzaamheid.”
Circulaire geveleconomie
De Circulaire Geveleconomie is een initiatief van vijf brancheorganisaties in de gevelbouw: de Vereniging Metalen Ramen en Gevelbranche (VMRG), VKG, Nederlandse Branchevereniging voor de Timmerindustrie (NBvT), Bouwend Nederland Vakgroep Glas en Algemene Branchevereniging Hang- en Sluitwerk (VHS).
Die kennis komt niet alleen uit VKG zelf, maar ook uit de tientallen leden. Zij laten onder andere met innovaties en projecten zien dat het nú al mogelijk is om hergebruikte materialen in te zetten in projecten. Albert illustreert: “Een tijdje geleden voerden we metingen uit, waaruit blijkt dat ongeveer 90 procent van de oude kozijnen weer terugkomt. Daardoor komen we in een situatie terecht waarin we te weinig materiaal hebben om aan de vraag te voldoen. Alles wat er uit de markt komt, wordt meteen ingezameld, gerecycled en toegepast. Daarnaast zijn er andere PVC-materialen die weer gevoed kunnen worden met recyclaat.”
De Rode Garrels, Foto: Aiste Rakauskaite
Geen vrijblijvendheid
Om voor zoveel mogelijk hergebruikte materialen te zorgen, doen alle VKG-leden mee aan het Recyclingsysteem. Het is menens, want: “nu is het een verplichting”, geeft Albert aan. “We hebben er ook een Programma van Eisen voor. Leden stellen het fabrieksterrein open, zetten een container neer en deze wordt gevuld met oude kunststof kozijnen. Daarnaast hebben we te maken met import uit omringende landen, waarbij we te maken krijgen met leveranciers uit Duitsland, Polen en België. Zij zoeken in Nederland een afzetmarkt.” Albert geeft aan dat het wat betreft recycling geen probleem is om die spullen te verwerken: “Er is in Nederland immers een grote vraag naar oude kozijnen. Met de Circulaire Geveleconomie kijken we hoe we op basis van de Uitgebreide Producentenverantwoordelijkheid (UPV) financiële vergoedingen hieraan koppelen.”
Hiermee moet ook duidelijk worden dat het liefst alle oude kozijnen terugkomen in de keten. De voordelen zijn volgens Albert duidelijk: “Het is eenvoudig om PVC opnieuw op te schonen, te verwarmen en te recyclen. Er zijn kozijnen die honderd procent gerecycled zijn.” Hoe zit het dan met het afval dat in de fabriek ontstaat bij dit proces? “Dat zijn onder andere zaagresten. Ook die worden allemaal meegenomen en opnieuw ingezet in processen. We vinden het belangrijk om dit proces en de keten te laten zien. We hebben hiervoor een Keurmerk. Bedrijven worden periodiek gecontroleerd door een keurmeester op hun kwaliteit. Dat gaat van toeleverancier tot producent, tot verkoper en montage.”
Keten in beeld
Naast de controles wordt gezorgd voor kennis. “Bij montage bijvoorbeeld”, illustreert Albert. “Daar organiseren we een cursus waarbij monteurs gecertificeerd worden. Dat is een vereiste binnen ons keurmerk. In de cursus wordt dieper ingegaan op duurzaamheid en losmaakbaarheid. En hoe je die bij elkaar brengt.” Als hij die elementen noemt, komt Albert nog éénmaal terug op de VKG Architectuurprijs: “Daarbij willen we ook laten zien dat esthetiek, functionaliteit en duurzaamheid samengebracht worden. Daar wordt ook op gejureerd. Onderdeel van die jury is de winnende architect van het jaar ervoor.”
Circulaire gedachtegoed
Waar ligt de uitdaging de komende tijd? De eerder genoemde bewustwording en het tonen van goede (project)voorbeelden zijn dus van belang om circulariteitsambities goed en tijdig in te vullen. Duurzaam Gebouwd kan volgens Albert ondersteunen in de samenwerking die VKG wil aangaan met opdrachtgevers: “Wij willen ze laten zien dat kunststof kozijnen duurzame en esthetische eigenschappen hebben. De isolatiewaarde, het feit dat het onderhoudsarm is en de mogelijkheden voor eenvoudige demontage doordat er droge beglazing en geen stopverf of kit wordt gebruikt.” Albert besluit dan op met een oproep: “Laat de positieve eigenschappen van kunststof zien en vertaal dit in een project. Ga in gesprek met leveranciers. En als je deels recyclaat en deels nieuw materiaal toepast in je product, laat dat dan met trots in het project zien en draag circulair bouwen uit.”
Tekst: Marvin van Kempen