Energieneutrale Unilever-gebouw op campus Wageningen Universiteit
- Artikel
- Energietransitie
- Circulariteit
Op de campus van de Wageningen Universiteit verrijst het nieuwe Global Foods & Innovation Centre. Onderzoekers, studenten en kenniscentra werken hier samen aan gezonde en duurzame innovaties in de voedingsmiddelenindustrie. Het nieuwe Unilever-gebouw moet in het najaar van 2019 worden opgeleverd.
Betrokken bij de verduurzaming naar BREEAM-NL Outstanding zijn Duurzaam Gebouwd-partners VBI, Dura Vermeer, DWA en architectenbureau Paul de Ruiter. Het gebouw bestaat uit twee delen: een Pilot Plant, een minifabriek met proefproductie van nieuwe voedingsproducten en een hoofdgebouw met Food en Customer Experience.
PV en BI-PV
Het gebouw is energieneutraal en de daken zijn vol gelegd met pv-panelen. Dit om zoveel mogelijk duurzame energie op te wekken. Opmerkelijk is dat ook de glaskapconstructie vol ligt met BI [Building Integrated, red.]-PV-cellen. Alle ventilatiesystemen zijn bovendien voorzien van wtw-units en deels voorzien van ionisatie, om de lucht te zuiveren van bijvoorbeeld schimmels.
Om de BREEAM-ambities in te vullen is met verschillende elementen rekening gehouden. Zo heeft ‘Outstanding’ als eis voor het thema ‘Afval’ dat 15 tot 30% van het toegepaste materiaal uit secundaire grondstoffen moet bestaan. In het beton van de kanaalplaatvloer zijn reststoffen als betongranulaat, vlieggas en hoogovenslakken verwerkt. “Deze Waste-score van hoger dan 30% levert een extra waardering WST2 op in de BREEAM-puntentelling, de zogenoemde Exemplary Performance”, vertelt BREEAM-assessor Jan Roersen van W4Y Adviseurs.
Ook aan BREEAM MAT1 wordt een belangrijke bijdrage geleverd. Door de keuze voor kanaalplaatvloeren met speciale cementsamenstelling, de zogenoemde VBI-groenlijn, wordt tot wel 30% meer CO2-uitstoot gerealiseerd ten opzichte van normale kanaalplaatvloeren.
Kader
In onderstaande tabel staan de verschillende BREEAM-categorieën met wegingsfactoren. Materialen (MAT) draagt 12,5% bij en afval (WST) draagt 7,5% bij aan de totaalscore. Dit houdt dus in dat bijvoorbeeld één MAT-punt in de totaalscore 0,125 punten oplevert. Een Exemplary Performance kent geen wegingsfactor en telt als vol procentpunt mee in de eindscore