‘Extra energiebesparingen stimuleren economie’
- Duurzame Energie & Energieopslag
- Artikel
Door bestaand vastgoed energiezuiniger te maken, kan 30% van het totale besparingspotentieel in Nederland realiseren. Dit schrijft ING Economisch Bureau in haar rapport ‘Energiebesparing in bestaand vastgoed’.
Daarnaast staat in dit rapport dat investeringen in energiebesparende maatregelen leiden tot een stimulering van de werkgelegenheid, een waardestijging van vastgoed en kostenbesparing bij bedrijven. Andere positieve effecten op de economie zijn verlaging van de CO2-uitstoot, verbeteringen van de concurrentiekracht van Nederland en lagere afhankelijkheid van energie-import.
Verwarming en verlichting
Volgens de ING-economen blijven vooral de investeringen in kantoren en winkels, in het totaal 180.000 gebouwen, achter. Ze gebruiken bij elkaar net zo veel energie als ruim 1,5 miljoen woningen. Ruim 60% van het energieverbruik in kantoren komt voor rekening van verwarming en verlichting. Door de veranderende vraag van vastgoedgebruikers en de sturende regelgeving vanuit de overheid, neem de noodzaak voor vastgoedeigenaren echter toe om maatregelen door te voeren.
Belang energiebesparing
“Vanuit de ING willen we het belang van energiebesparing in de gebouwde omgeving onderstrepen en alle partijen bewuster maken van de aanwezige kansen”, legt ING Bank-bestuurslid Hans van der Noordaa uit. “De kaders uit het Energieakkoord van vorig jaar bieden hiervoor veel aanknopingspunten. Verder kunnen we dankzij dit onderzoek het commerciële beleid en het risicobeleid omtrent het financieren van energiebesparing formuleren.”
Klimaatdoelen
Energiebesparing dient niet alleen de individuele belangen van vastgoed, vastgoedgebruikers, overheid en financiers, maar ook een breder economisch belang. Ten eerste reduceert dit de CO2-uitstoot en draait dit bij aan het behalen van de gestelde klimaatdoelen. Daarnaast zorgt de verbetering van de energieprestatie van utiliteitsbouw dat vastgoedgebruikers mindert energiekosten hebben en versterkt dit de concurrentiekracht. Verder verlaagt het energie gerelateerde overheidsuitgaven en tot slot neemt bij een dalende energiebehoefte de afhankelijkheid van energie-import af.