Minnesma pleit voor energieneutrale woningen en meer snelladers
- Artikel
- CO2-neutrale stad
- Energietransitie
“Het maakt niet uit wat je doel is, als het maar ambitieus is. Trek je doel dichterbij om voor urgentie te zorgen.” Met die boodschap trekt Urgenda-directeur Marjan Minnesma door het land om gemeenten aan te sporen stappen te maken om circulair en CO2-neutraal te worden.
Foto Marjan Minnesma (bron: Urgenda)
Hoewel de Nederlandse overheid als doel heeft gesteld om in 2050 circulair te zijn, is dit volgens Urgenda-directeur Marjan Minnesma te laat. “We moeten echt in 2030 100 procent op duurzame energie draaien, anders gaan we richting een temperatuurstijging van 3 à 4 graden en dat is te veel.” Met dat verhaal gaat ze bij veel gemeenten langs, die ze ook weet ze te overtuigen. Volgens haar heeft dat meerdere oorzaken. “Ik merk dat partijen als VVD en CDA landelijk veel behoudender zijn dan lokaal. Daar komt bij dat de groene politieke partijen overal veel groter zijn geworden en ook lokale energiecoöperaties hijgen in hun nek. Tel daarbij de huidige tijdgeest op, waarin scholieren voor het klimaat de straat opgaan: het is wel duidelijk dat de maatschappij hier klaar voor iets.”
Doelen voor 2025 en 2030
Als belangrijk punt geeft ze wel aan dat de landelijke overheid doelen voor 2025 en 2030 zou moeten stellen. “Zorg ervoor dat mensen weten waaraan ze toe zijn. We staan voor de grootste opgave ooit, dus we hebben iemand met leiderschap nodig. Iemand die zegt: ‘Mensen, we gaan deze kant op. Het is misschien soms een beetje anders, maar het is goed te doen en we gaan jullie helpen’.
Die hulp zou bijvoorbeeld kunnen komen bij de komst van een warmtepomp. “Mensen hoeven echt niet meteen een warmtepomp te kopen. Maar laat ze wel aan het idee wennen dat ze een warmtepomp kopen als hun cv-ketel een keer kapot gaat. En help mensen bij deze duurzame investeringen. Dit kan bijvoorbeeld door ze met salderen te laten sparen voor een warmtepomp. Een andere optie is de financiering regelen en zorgen dat de maandelijkse lasten niet omhoog gaan. Door de energierekening naar nul te brengen, blijft er ruimte over om de maandelijkse lasten te betalen van de aanschaf van de duurzame verwarming en de zonnepanelen.”
Lokale initiatiefnemers en bestuurders vindt ze erg dapper. “Zij gaan ervoor, ze zorgen voor een concreet doel en zetten de benodigde stappen.” Dat geldt in haar ogen zeker voor lokale VVD’ers. “Ik werk prettig samen met wethouders die een bedrijfsmatige achtergrond hebben. Als zij iets willen, dan benaderen ze zo’n doel bedrijfsmatig: ze zetten doelstellingen en gaan ermee aan de slag. Dat is een pragmatischere aanpak dan bij sommige andere partijen.” Het doel maakt in haar ogen niet uit. “Zolang het ambitieus is en zorgt voor een enorme werklust om aan de slag te gaan. 2050 is zo ver weg, dat is niet te bevatten. Zodra je het doel dichterbij trekt, naar bijvoorbeeld 2025 of 2030, zorg je direct voor urgentie. Kijk maar eens hoeveel er de afgelopen tien jaar is veranderd.”
Energieneutrale woningen
Volgens Minnesma zijn er twee voorname manieren voor gemeenten om aan de CO2-reductie te werken. “Allereerst is het van belang dat woningen energieneutraal worden gemaakt. Daarbij is het niet nodig om huizen extreem te isoleren, zolang de basis in orde is. Een woning energieneutraal maken kan al voor 35.000 euro. Dat is ook een behapbaar bedrag voor woningcorporaties. Gemeenten kunnen goedkoop geld lenen: als zij met de corporaties om tafel gaan zitten, kunnen ze samen woningen versneld verduurzamen. Zo houden huurders direct geld over. Particulieren kunnen gebruikmaken van een lening van het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting.”
Daarnaast pleit ze voor meer snelladers in steden, waarmee elektrische auto’s binnen een kwartier voor tweederde zijn opgeladen. “Dat is zeker nodig als er in 2025 in Nederland 1 miljoen elektrische auto’s rondrijden. Nu moet ik vaak een rondje snelweg doen om mijn auto in korte tijd op te kunnen laden.” Dat Nederland niet geschikt is voor volledig elektrisch vervoer, wuift ze weg. “Juist omdat we zo dicht op elkaar zitten, zijn we hiervoor zeer geschikt. We worden niet voor niets veel gebruikt als testland.”
De industrie is de grootste uitstoter van CO2-emissies, vertelt ze. “Maar lang niet iedere gemeente beschikt over industrie. Zo hebben Amsterdam en Rotterdam een andere verduurzamingsopgave dan een stad als bijvoorbeeld Doetinchem. Het komt dus steeds neer op maatwerk. Voor alles bestaat een duurzame oplossing, behalve voor grote jumbovliegtuigen.”
Tekst: Tim van Dorsten