De eerste EPS-blokken van het drijflichaam voor het Rotterdamse drijvend paviljoen liggen in het water.

Daarmee is een zichtbare start gemaakt met de bouw. Dat gebeurde vandaag in Rotterdam, bij de RDM-campus op Heijplaat. Over een half jaar zal het paviljoen klaar zijn en worden aangemeerd in de Rijnhaven.

Drijvend icoon
Mei 2010 krijgt Rotterdam er een nieuw drijvend icoon bij: het drijvend paviljoen. Dit paviljoen is niet alleen bijzonder door de drijvende bollen op het water, maar ook klimaatbestendig, innovatief, duurzaam en flexibel.Het drijvend paviljoen is een pilot voor drijvend bouwen in Rotterdam. Het ligt tot 2015 in de Rijnhaven: daarna wordt het paviljoen versleept naar een ander deel van Stadshavens.

EPS in een betonnen omhulsel
In de Heijsehaven in Rotterdam worden twee drijvende eilanden gemaakt; een voor het pleineiland en een voor het paviljoen zelf. Om deze eilanden licht te houden en onzinkbaar te maken, wordt het opgebouwd uit platen van geëxpandeerd polystyreen (EPS), oftewel piepschuim. Er komen vijf lagen EPS op elkaar te liggen. De dunste laag is 20 centimeter en de dikste is75 centimeter dik. In de dikste laag komt een grid van betonnen balken.

Aan deze balken worden de prefab betonnen platen bevestigd. Deze platen vormen de harde schil van het eiland en beschermen tegen de invloed van bijvoorbeeld golfslag. Bovenop komt een 20 centimeter dikke betonnen vloer die samen met de balken het eiland tot een stijf geheel maken. De dikte van het eiland wordt 2,25 meter. De bovenkant van de vloer zal straks 80 centimeter boven het waterpeil liggen.

Fundament
Op het eiland komen halve transparante bollen met een hoogte van tien en twaalf meter. De 'huid' van deze bollen is gemaakt van speciaal ETFE-folie. Dat materiaal is ruim honderd keer lichter dan glas waardoor het drijvende fundament een beperkte dikte houdt. Het gebouw is ontworpen om maximaal 500 mensen tegelijk te kunnen ontvangen.

In het drijflichaam worden kelders opgenomen voor de technische voorzieningen. Het paviljoen zal veel technische vernieuwingen herbergen; zelfs de energie uit zonlicht en oppervlaktewater wordt gebruikt voor verwarming en koeling. Bovendien is het gebouw verdeeld in klimaatzones, waardoor ook de energie voor verwarming of koeling doelgericht kan worden ingezet.

Doelstellingen
Het vernieuwende paviljoen verenigt de Rotterdamse doelen om de uitstoot van het broeikasgas CO₂ te halveren en om de stad ook in de toekomst klimaatbestendig te houden. Het gebouw zal door zijn opvallende vorm vanaf grote afstand zichtbaar en herkenbaar zijn.

Het drijvend paviljoen is het eerste resultaat van Rotterdam Climate Proof (onderdeel van Rotterdam Climate Initiative) om klimaatbestendig te bouwen in buitendijkse gebieden. In het gebied Stadshavens zullen op termijn 13.000 klimaatbestendige woningen worden gerealiseerd, waarvan 1200 op het water.

Ontwerp en ontwikkeling
Het complex is een ontwerp van het ontwerpteam Deltasync/PublicDomain Architecten. Het bouwteam staat onder leiding van Dura Vermeer. FlexBase is verantwoordelijke voor het drijvende fundament.

Bij de bouw van het drijvend paviljoen wordt samengewerkt met verschillende opleidingen van de Hogeschool Rotterdam en het Albeda College die in de RDM Campus op Heijplaat zijn gevestigd. Het drijvend paviljoen met basisinrichting zal worden opgeleverd in mei 2010.