Gemeenten snijden zichzelf in de vingers
Gemeenten snijden zichzelf in de vingers door bij openbare aanbestedingen veel te hoge eisen te stellen aan de inschrijvende bouwbedrijven. Van een gezonde concurrentiestrijd is immers geen sprake meer als er maar een of twee bedrijven kunnen meedoen. Dat stelt Joost Fijneman van het Aanbestedingsinstituut Bouw & Infra.
Bouwbedrijven melden steeds vaker dat zij geconfronteerd worden met gunningscriteria die in geen enkele verhouding meer staan tot het werk. Een goed voorbeeld daarvan is de gang van zaken rond de aanbesteding van de Fontys Sporthogeschool in Eindhoven.
Fijneman: “We kregen klachten dat er in dit geval zeer strenge financiële criteria werden gehanteerd. Zo streng zelfs, dat er slechts een enkel bedrijf in de hele regio aan zou kunnen voldoen. Daardoor is de concurrentie bij voorbaat al uitgeschakeld. De vraag is of de gemeente zich dat wel voldoende heeft gerealiseerd.”
Fijneman benadrukt dat dit nog niet betekent dat Eindhoven wettelijk gezien iets verkeerd deed: de wet biedt de aanbestedende diensten op dit punt nu eenmaal heel veel vrijheid. “Daarom kunnen we in dit soort gevallen ook geen juridische procedure starten. En eigenlijk willen we dat ook helemaal niet. Het Aanbestedingsinstituut is er juist voor om in constructief overleg met de overheid tot een betere aanbestedingspraktijk te komen. Dat hebben we ook in dit geval gedaan. Met als resultaat dat de gemeente Eindhoven beterschap heeft beloofd. En zij is die belofte inmiddels ook nagekomen. Dat sterkt ons in de overtuiging dat we dit soort praktijken in alle openbaarheid aan de kaak moeten blijven stellen.”
Bron: Bouwend Nederland