Het afsluiten van het SER Energieakkoord voor duurzame groei wordt door de Duurzame Energie Koepel gezien als een eerste stap in de energietransitie. Teun Bokhoven, voorzitter, deed tijdens zijn nieuwjaarstoespraak een oproep voor drie fundamentele doorbraken, om de transitie met succes te laten verlopen.

De Duurzame Energie koepel meldt dat de afgelopen jaren een groeiende belangstelling wordt waargenomen, van burgers en bedrijven die sterk gemotiveerd zijn zelf duurzame energie op te wekken. Bij de energiesector wordt een omslag gezien die wordt ingegeven door de internationale ontwikkelingen.

Ombuigen
Bokhoven stelt dat het een uitdaging zal zijn om de relatieve achterstand in Europe om te buigen tot een nieuwe koploperspositie “Met de groei die we in Nederland gaan doormaken in de komende tien jaar zullen we sneller ontwikkelen dan de Duitse groei in duurzame energie van de afgelopen jaren.”

Volgens hem zijn de SDE+ middelen daarvoor ingecalculeerd: “Via het energieakkoord zijn de contouren van dat groeipad aangegeven. Toch is het nog geen gelopen race. Sterker nog: er zijn nog noodzakelijke randvoorwaarden die moeten worden ingevuld om de groei te kunnen doorlopen.”

Accentverschuiving
Bij de transitie en de verduurzaming verschuift het accent steeds meer van het technisch mogelijk maken om duurzame energie op te wekken, naar het op een slimme en effectieve manier in het energiesysteem brengen. Dat vereist volgens de Koepel een aanpassing van ons gehele energiesysteem op meerdere niveaus: technisch, door benutting van “slimme” energienetten en maximale inzet van energieopslag technieken. Daarnaast door aanpassing van de wet- en regelgeving.

Fundamentele aanpassing
Tot slot is een fundamentele aanpassing van ons ouderwets energiebelastingsysteem nodig, zodanig dat de verduurzaming wordt beloond en fossiele opwekking wordt belast. De staat is nu voor meer dan 7,5 procent van haar inkomsten afhankelijk van (fossiele) energie gerelateerde inkomsten, dat is niet houdbaar bij een duurzame opwekking.