DBFMO broodnodig voor duurzame utiliteitsbouw
Rabobank en PwC hebben het rapport 'Samen aan de slag!' gepresenteerd. Met best practices in de duurzame utiliteitsbouw. Er is een sleutelrol voor DBFMO weggelegd.
Bestaande panden transformeren naar aantrekkelijke, energiezuinige panden in een veilige, goed bereikbare omgeving waardoor werk en ontspanning bij elkaar komen. Daar liggen de belangrijkste groeikansen voor de utiliteitsbouw.
Dit soort kantoor- en bedrijfsgebouwen hebben de toekomst want ze hebben de voorkeur van potentiële huurders. Dat stellen Rabobank en PwC in hun nieuwste rapport 'Samen aan de slag! Best practices in duurzame utiliteitsbouw'.
Duurzame toekomst
Rabobank en PwC laten in het rapport zo'n 24 toonaangevende bedrijven uit de gehele bouwkolom, van architect tot vastgoedbelegger en van bouwer tot eindgebruiker, aan het woord over de toekomst van de sector. Dat die duurzaam is, weten zij al.
Zonder te wachten op stimulerende regelgeving en uitkristallisering van duurzaamheidslabels, zijn deze 24 al aan de slag gegaan. Volgens hen maken duurzame investeringen een pand waardevast.
Integrale aanpak
Het rapport benadrukt dat een integrale aanpak nodig is: het samenbrengen van Design, Build, Finance, Maintain en Operate in één contract en samenwerking in de keten zijn de belangrijkste succesfactoren in deze alles-in-één aanpak. Vanaf het begin wordt daardoor op alle relevante stakeholders gefocust, de eindgebruiker voorop.
Dit zorgt voor realisme bij het opstellen van een businesscase. Het dwingt tot nadenken over de exploitatiefase en de eisen van eindgebruikers in de toekomst. Daaraan is dringend behoefte want hét cliché in de bouwsector is namelijk nog steeds waar: er wordt onvoldoende samengewerkt.
De focus ligt op winstmaximalisatie op de korte termijn en daar moeten we vanaf, schrijven Rabobank en PwC. Daarvoor zijn andere verdienmodellen nodig, waarbij een projectontwikkelaar eerder een adviseur dan een initiator van een project is. Verduurzaming zal immers veel vaker over het transformeren van bestaande panden gaan.
Handvatten en alternatieven
Rabobank en PwC volgen de Nederlandse bouw- en vastgoedsector intensief. Met dit rapport willen zij handvatten en alternatieven bieden om in deze economisch moeilijke tijden utiliteitsbouwprojecten van de grond te krijgen.
De toenemende leegstand van kantoren en bedrijfspanden is voor beide organisaties het ultieme bewijs dat de utiliteitsbouwsector moet inzetten op renovatie, duurzaamheid en kwaliteit willen panden in de toekomst verhuurd zijn.
Dat deze visie klopt, blijkt uit de registratie voor een BREEAM certificaat van al 1 miljoen vierkante meter aan nieuwe kantoren, bedrijfspanden en retailvastgoed. Dit certificaat is een breed duurzaam keurmerk voor utiliteitsgebouwen.
Daarnaast blijkt uit onderzoek door de Universiteit van Maastricht en de Erasmus universiteit dat energiezuinige en goed per OV bereikbare panden gemiddeld een 6,5 procent hogere huurprijs kunnen vragen.
Marktpartijen onderschrijven deze ontwikkeling. Meer dan 50 procent van de bedrijven in de bouw- en vastgoedsector gebruikt duurzaamheid momenteel als verkoopargument. Tegelijkertijd is zes op de tien partijen uit de bouwkolom is het eens met de stelling 'over vijf jaar is duurzaam bouwen geen uniek verkoopargument meer maar een harde voorwaarde om een opdracht te verkrijgen', zo blijkt uit recent onderzoek van het bureau BouwKennis.
Download rapport: Samen aan de slag