Infraroodverwarming als onderdeel van elektrische toekomst
- Gezonde Gebouwen
- Artikel
Het toepassen van infraroodverwarming is nog geen gemeengoed in de bouw- en vastgoedsector, terwijl het een belangrijk alternatief vormt om de gasloze toekomst in te vullen. Voor welk type vastgoed is de techniek interessant en hoe verloopt de toepassing van deze panelen?
Wanneer we het aardgas vaarwel zeggen, zijn er verschillende mogelijkheden om gebouwen te verwarmen. Warmtenetten, warmtepompen en alternatieve vormen van gas liggen voorop de tong. Directeur Paul David van Da Maestro weet als pleitbezorger voor een electric future dat ‘zijn’ product nog wat vaker in de schijnwerpers mag verschijnen. “We zijn als sector druk bezig om onze milieu-impact te verkleinen en de energietransitie in te zetten. Dat is een goed streven, één die ik wil versnellen.”
Infraroodverwarming is voor veel bouwers, woningcorporaties en particuliere eigenaren geen eerste keuze om het gebouw mee te verwarmen. “Dan valt de keuze snel op bijvoorbeeld een warmtepomp in combinatie met zonnepanelen. Toch zijn er niet alleen alternatieven in de vorm van biogas, waterstof en warmtenetten. Infraroodverwarming is proven technology en kan bewoners en gebruikers een even behaaglijk gevoel geven als duurdere oplossingen.”
Lokaal verwarmen in de slaapkamer
Strategische plaatsing
Verreweg het grootste deel van de Nederlandse bevolking gebruikt convectieverwarming om het in hartje winter warm te krijgen. Infraroodpanelen werken anders. “Een paneel straalt warmte uit naar specifieke locaties. Het is van de ruimte afhankelijk met hoeveel panelen je het lekker warm krijgt. In de regel is het zo dat je in de badkamer en in slaapkamers met één paneel afkunt, mits je dit goed positioneert.”
Omdat de panelen directionele warmte afgeven is een strategische plaatsing essentieel. Hierbij blijkt vooral een relatief hoge bevestiging essentieel. “We plaatsen vooral aan het plafond en aan de muur, nooit op radiatorhoogte. Door hoger te monteren simuleren we de zon boven je hoofd. Het is heel effectief om bijvoorbeeld in een kantoor de panelen aan het plafond te bevestigen.” Wanneer je meerdere panelen in een gebouw toepast, kun je de temperatuur per unit individueel regelen. “Hierdoor heb je de mogelijkheid om een persoonlijk klimaat te creëren. Dat is bijvoorbeeld thuis interessant als je partner of kinderen een heel andere warmtewens hebben dan jij.”
Lekker warm
Terwijl je in de badkamer of slaapkamer afkan met één paneel, is de warmtebehoefte in de woonkamer anders. Zeker als je een grote woonkamer hebt loont het om warmtebronnen te combineren en meerdere panelen toe te passen. “Een combinatie van meerdere panelen met vloerverwarming kan dan uitkomst bieden. Bijvoorbeeld een combinatie met vloerverwarming en meerdere panelen. Essentieel is de isolatie van de gebouwschil: als die niet in orde is, zal het koud aanvoelen en de technieken niet optimaal presteren.”
De rollen isolatiemateriaal liggen klaar
Hierdoor is de toepassing in de bestaande omgeving nog een uitdaging. Bij een groot deel van de bestaande vastgoedvoorraad moet eerst de schil naar een goed niveau worden gebracht. “Daarnaast heb je in een huis dat renovatie behoeft meestal nog een gasfornuis dat eruit moet worden gehaald en je hebt vaak extra elektriciteitsaansluitingen nodig om de behoefte in te vullen.” Toch noemt David de ontwikkeling interessant voor woningcorporaties die een upgrade van de voorraad ambiëren. “Onze directe concurrent is de cv-ketel. Heb je liever een systeem dat eindig is en eindeloos beheer en onderhoud vraagt, of installeer je liever toekomstbestendige oplossingen als zonnepanelen, goede isolatie, vloerverwarming en infraroodpanelen? Dan weet je dat je voor de komende tientallen jaren goed zit, wat er verder ook gebeurt. Er zijn voor verschillende typen panden toepassingsmogelijkheden, waaronder gebouwen met platte daken."
Om deze toekomst breder onder de aandacht te brengen heeft David het isolatiemateriaal MF14 in de ISSO ondergebracht. “Daarmee borgen we de kwaliteit van de oplossingen en dit maakt het voor bijvoorbeeld corporaties eenvoudiger om aan de slag te gaan met deze technieken. Ik ben ervan overtuigd dat we de certificering over niet al te lange tijd binnen hebben en hoop dat we hiermee meer partijen laten kennismaken met deze duurzame alternatieven.”