Verduurzamen voorbij de Standaard
- Artikel
- Duurzame Energie & CO2-reductie
- Nieuwe businessmodellen
- Warmtetransities en betaalbare duurzaamheid
Als advies voor de minimale isolatiegraad van woningen zijn twee jaar geleden de Standaard en de Streefwaarden geïntroduceerd. De Standaard wordt in de praktijk vaak als doel gezien, maar in veel gevallen zijn er goede redenen om juist verder te verduurzamen. Zeker na lezing van onderstaand betoog, van Niels Rood (TKI Urban Energy), of het webinar over dit onderwerp op 8 maart.
Stel, je bent verhuurder van een rijtje woningen die aan groot onderhoud toe zijn, bijvoorbeeld in een wijk uit de jaren zeventig. Wat doe je dan? Zorgen dat de huizen voldoen aan de Standaard en Streefwaarden? Alleen één bouwdeel in orde maken, zodat je netjes binnen de gereserveerde budgetten blijft? Of pak je door en maak je van het hele complex een aardgasvrij, energieneutraal en comfortabel paradijsje? Slechts weinig verhuurders kiezen in deze situatie voor de laatste optie. Maar doen zij zich hiermee niet tekort?
Standaard
De Standaard is in de woningrenovatie een maat voor het warmteverlies van een woning. Voor elk woningtype is vastgesteld hoe hoog dit mag zijn om aan de Standaard te voldoen. Hiervoor wordt de NTA-8800 systematiek gebruikt, waar van alles op aan te merken is, maar die het grote voordeel heeft dat iedereen ermee werkt.
Een tussenwoning uit de jaren zeventig mag bijvoorbeeld volgens de Standaard per m2 53 kWh warmtebehoefte hebben. Er zijn meer manieren om zoiets te bereiken. Zo berekende het Expertise Centrum Warmte (ECW, dat nu opgaat in het Nationaal Programma Lokale Warmtetransitie) dat je kunt kiezen voor natuurlijke toevoer van frisse lucht door zelfregelende roosters, of dat je deze kunt weglaten en centrale balansventilatie kunt aanbrengen (dus met warmteterugwinning uit de af te voeren lucht).
In beide gevallen blijft er een warmtevraag over die laag genoeg is om te voldoen aan de Standaard. In het eerste geval gaat het ECW ervan uit dat je nieuw triple glas plaatst, wat zorgt voor een aardige investering. Hetzelfde geldt voor het implementeren van balansventilatie in een bestaand huis; meestal zullen er nieuwe ventilatiekanalen moeten worden gerealiseerd, voor onder meer de afvoer van vervuilde lucht uit het woonvertrek en de toevoer van frisse (voorverwarmde) lucht ernaartoe.
Streefwaarden
Er zijn ook Streefwaarden; samen heet dit pakket dan ook de Standaard en Streefwaarden. Streefwaarden slaan op bouwdelen. Als een dak vervangen moet worden, maar de gevels staan nog niet op de planning om aan te pakken, is het slim de renovatie van het dak te laten voldoen aan de Streefwaarden. Opgeteld gaan alle streefwaarden verder dan de Standaard, maar door voor de Streefwaarden te kiezen, worden de bouwdelen gegarandeerd toekomstvast. Je voorkomt er toekomstige desinvesteringen mee.
Als je zulke maatregelen treft, dringt de vraag zich op waarom je het huis niet in één klap aardgasvrij en energieneutraal zou maken. Hiervoor zijn een drietal argumenten:
- De kwaliteits- en comfortverbetering maken de woning vergelijkbaar met de kwaliteit van nieuwbouw en daardoor concurrerend. Dit vertaalt zich in de waarde van de woning.
- De besparing begint direct. Los van de vraag of de eigenaar en gebruiker dezelfde zijn, is het voordeliger nu te investeren en meteen geen gas meer te hoeven betalen, dan eerst nog tien jaar te betalen voor energie om dan alsnog te moeten investeren.
- De investeringen die je moet doen (in het voorbeeld triple glas of nieuwe ventilatiekanalen) komen een heel eind in de richting van de kosten voor ‘in één keer goed’. Als je een rijwoning ‘aardgasvrij-ready’ kunt maken voor bijvoorbeeld 45.000 euro of aardgasvrij en energieneutraal voor 60.000, dan ‘koop’ je met die laatste 15.000 euro niet alleen heel veel woonkwaliteit, maar ook het voordeel dat je de komende decennia klaar bent met het huis.
Elektrificatie
Hier kan tegenin worden gebracht dat het elektriciteitsnetwerk niet voldoende robuust is om hele complexen all-electric te maken. Inderdaad kan de belasting als gevolg van de gelijktijdige vraag naar warmte uit warmtepompen, snel te hoog worden. Maar eigenlijk geldt hier hetzelfde: de investeringen in verzwaring van de netcapaciteit zijn onafwendbaar. De elektrificatie van het wonen, maar zeker ook de automobiliteit, maken de huidige capaciteit in de meeste wijken veel te klein.
Die auto vormt in toenemende mate niet meer zozeer het probleem, maar ook een deel van de oplossing, zoals de snelle groei van het bedrijf We Drive Solar laat zien. De autobatterij die kan ontladen en samenwerkt met bidirectionele laadpalen zorgt voor balancering, waardoor de netverzwaring nog even op zijn beurt kan wachten. Andere oplossingsrichtingen zijn het bufferen van warmte, zoals Thermogen en Hydrobag bijvoorbeeld aanbieden. Oplossingen die niet veel kosten en vastgoedeigenaren onafhankelijk maken van de planningen van netbeheerders.
Budgetten
Waarom is deze strategie dan niet populairder? Hier is een vreemde reden voor: verhuurders denken nog heel vaak in termen van beschikbare budgetten. Ze kunnen of 20% meer investeren per woning, of 20% meer woningen verduurzamen. De vraag of ze niet beiden zouden kunnen doen, wordt beantwoord met een dooddoener: je kunt een euro maar één keer uitgeven. Maar zouden ze het denken in budgetten vervangen door denken in business cases, dan zou er veel vaker worden gekozen voor een aanpak die de woning direct toekomstvast maakt.
De voordelen van de verduurzaming beginnen dan direct. Niet alleen de financiële (de betaalbaarheid van wonen neemt bijvoorbeeld toe als de energielasten dalen), maar ook de immateriële voordelen: comfort, een gezond binnenklimaat en de zekerheid dat het huis zonder verbouwing door kan naar de komende decennia.
Webinar
Wil je je meer verdiepen in deze redeneringen en achtergronden? Schrijf je dan in voor het speciale webinar van TKI Urban Energy Voorbij de Standaard op 8 maart. Op verzoek van TKI Urban Energy en RVO heeft Nieman voor verschillende woningtypes laten onderzoeken wanneer het voor woningeigenaren zinvol is om meer dan de Standaard te isoleren. Zij presenteren hun bevindingen in het webinar.
In dit webinar kom je verder te weten hoe je als woningeigenaar of adviseur de Standaard kunt gebruiken. Wanneer moet je tot de Standaard isoleren, wanneer kan je beter dan de Standaard isoleren, welke afwegingen horen daarbij en hoe sluit de Standaard aan bij beleidsdoelstellingen voor 2030 en 2050?
Daarnaast worden enkele uitdagingen besproken die in het onderzoek van Nieman naar boven kwamen en waarvoor we nog innovatieve oplossingen zoeken. In gesprek met de markt gaan we op zoek naar deze oplossingen.
Interesse om deel te nemen en hier meer over te weten te komen? Meld je aan en praat hierover met ons mee op 8 maart 2023 (11.00 – 12.30 uur).