Duurzame gebiedsontwikkeling (ver)eist cultuurverandering
- Gebiedsontwikkeling
- Artikel
De nieuwe Omgevingswet gaat minister Melanie Schultz van Haegen (foto) uit van een paradigmawisseling: van een werende benadering van activiteiten naar een beleidscyclus waar de kwaliteit en ruimte voor ontwikkeling van de fysieke leefomgeving centraal staat en uitgaat van vertrouwen.
In de blog '1 Omgevingswet is de toekomst' is aangegeven dat het huidige omgevingsrecht niet gericht is op groei, gericht op duurzame ontwikkeling en te veel bij rechtszekerheid. Kwaliteit van een fysieke duurzame leefomgeving wordt niet alleen bepaald door een nieuwe Omgevingswet, maar voor circa 80% bepaald door cultuurverandering bij bestuurders, ambtenaren en initiatiefnemers van duurzame gebiedsontwikkelingen.
De vraag is natuurlijk hoe deze cultuurverandering gestart, ingepast en behouden kan worden. De volgende vragen hebben wij daarom voor u op een rij gezet::
- Wat is duurzame gebiedsontwikkeling?
- Welke competenties van bestuurders, ambtenaren en initiatiefnemers zijn vereist voor duurzame gebiedsontwikkeling?
- Hoe ontwikkelt duurzame gebiedsontwikkeling zich met competenties en cultuur van de huidige bestuurders, ambtenaren en initiatiefnemers?
Wat is duurzame gebiedsontwikkeling?
Duurzame gebiedsontwikkeling is ontstaan na de nieuwe werkelijkheid in 2008, die beter bekend staat als de economische crisis. Duurzame gebiedsontwikkelingen zijn gebiedsontwikkelingen in de binnenstad, ontwikkeld vanuit bestaande ruimtelijke kwaliteit met de vraag van de toekomstige gebruikers centraal. Duurzame ontwikkeling met de juiste balans tussen de kwaliteiten: de natuurlijke leefomgeving (planet), de economie (profit), het sociale vermogen van de mens (people) en de omgeving (place) zoals uitgebreider beschreven in de blog 'Ontbreekt de omgeving in de nieuwe Omgevingswet?' Een duidelijke verandering ten opzichte van gebiedsontwikkelingen in de periode tot 2008. Deze zijn voornamelijk gerealiseerd in grootschalige uitleggebieden vanuit de aanbodzijde, ontwikkeld met een sterke sturing op winstmaximalisatie en een matige ruimtelijke kwaliteit.
Vereiste competenties voor bestuurders, ambtenaren en initiatiefnemers
Complexere duurzame gebiedsontwikkeling met een toename van het aantal partijen en ontwikkeld vanuit de eindgebruikers met minder financiële middelen vraagt nadrukkelijk om extra competenties van bestuurders, ambtenaren en initiatiefnemers. De volgende competenties zijn van cruciaal belang om cultuurverandering te bereiken:
- luisteren
- coachen
- samenwerken
- omgevingsbewustzijn
- initiatief
- creativiteit
Bij bestuurders, ambtenaren en initiatiefnemers van duurzame gebiedsontwikkelingen moet talentontwikkeling vooral op deze competenties (verder) plaatsvinden. De cultuur van bestuurders en ambtenaren versus initiatiefnemers waren vaak gescheiden werelden met beide hun eigen talen en belangen (algemeen en financieel belang). Ook door de toename van het aantal partijen en hun eigen belangen en visies – maar denk ook aan de verdere digitalisering van de samenleving – is voor een toekomst een cultuuromslag naar een open cultuur noodzakelijk met andere denkwijzen bij alle partijen.
Focus, monitoring en begeleiding
Zonder cultuurverandering is er geen toekomst voor (duurzame) gebiedsontwikkeling . De ontwikkelingen gaan snel en er moeten nu stappen worden gezet. Deuren moeten open, ideeën moeten worden ontwikkeld, maar competentieontwikkeling en cultuurverandering zijn tot op heden dé remmende factor. De kennis en de wil zijn nagenoeg overal aanwezig, maar gewoonten en cultuur zijn te hardnekkig om even te veranderen, terwijl focus, monitoring en begeleiding hiervan noodzakelijk zijn.
In 'Gebiedsontwikkeling in transitie' geeft dr. ir. Gert Joost Peek zijn visie tijdens Building Holland 2014.
Meer tips
In onze volgende blog besteden wij aandacht aan de participatie in het wetvoorstel van de nieuwe Omgevingswet? En de voordelen van participatie voor duurzame gebiedsontwikkeling.
Auteurs: Arno Kleine Staarman en drs. Erik Osterwald. Kleine Staarman is projectmanager ruimtelijke ontwikkeling van Aranto. Osterwald is organisatie- en beleidssocioloog en HRM-expert en partner van Tri-plus.
Gerelateerde artikelen, events & downloads
Reacties
Gebiedsontwikkeling bij kustverdediging, rekening houdend met duurzame economie, vraagt om een systeemverandering van Den Haag. Wil onze politiek aan het handje blijven lopen van de zandhandel dan weten we zeker dat er geen nieuwe rol in zit. Dit laatste wordt uitgedragen door de voorgenomen Deltaplannen o.l.v. topambtenaar Wim Kuijken. Met hem, als financieel adviseur, kunnen we een duurzame economie wel op ons buik schrijven. Alles hangt als los zand aan elkaar en echte nieuwe Deltavoorstellen, om een zeespiegelstijging voor te blijven, verdwijnen met een discutabel advies van Rijkswaterstaat, in zijn bureaula. Er moet een cultuurverandering komen in ons topmanagement!
@Piet van Noort Dat is nu juist de essentie van het artikel en van de nieuwe Omgevingswet. We bevinden ons in transitie en dat betekent dat oud en nieuw een tijdje maast elkaar bestaan maar langzaam migreren naar de gewenste nieuwe eindvorm. Het geeft geen pas individuen te betichten van vermeende tekortschietende visies. Allen maken deel uit van deze verandering. Dat vraagt enig geduld.
Natuurlijk mogen we niet wijzen naar individuen die op het verkeerde paard gewed hebben maar wie betaald van zijn topsalaris de herstelpogingen om de kustnatuur alsnog te redden? Na 16 maanden durft het NHD het eindelijk aan om te vermelden dat de kust- en waddennatuur onherstelbare schade heeft van de overmatige en onnodige zandsuppleties. Dit zegt dan een werknemer en dus niet het NIOZ maar wie heeft deze werkwijze geadviseerd bij Den Haag ? Natuurlijk, de voorzitter van Topteam Water van toen was op zijn beurt verkeerd voorgelicht maar voorlopig is de kustnatuur door gebiedsontwikkeling en cultuurverandering naar de knoppen. Bij duurzame gebiedsontwikkeling Arno hadden natuur en milieu geen schade op mogen lopen. Ons nationale exportproduct zand spuiten en baggeren vertoont hier en daar nog wel wat gebreken.
Ik herken mij absoluut niet in het beeld dat er bij gemeenten sprake is van een werende houding. Ik kan zo tientallen voorbeelden noemen waar gemeenten of zélf vanuit een actief grondbeleid of vanuit een faciliterende rol functieverandering en gebieds- en locatieontwikkeling mogelijk proberen te maken. Problemen ontstaan door belangen van omwonenden, belangen van Rijkswaterstaat, belangen op het gebied van erfgoed, belangen van het waterschap etc. etc. Ik heb niet de illusie dat de Omgevingswet dáár veel aan gaat veranderen....
Je noemt er een op Arjan, Rijkswaterstaat ! De belangen van topambtenaren, waterstaat en waterschap zijn zo verstrengeld dat de Raad van State zich er niet in wil of durft te mengen. Gebiedsontwikkeling in kustgebieden zou vele voordelen op kunnen leveren. Natuur, milieu, recreatie, werkgelegenheid en de opvang van zoet water maar Rijkswaterstaat houdt vast aan wegspoelende zandsuppleties ! De Deltavisie van Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier had voorstellen van dr. Henk Schoorl moeten voorschrijven maar de dijkgraaf, afkomstig van RW, heeft een ander verhaal ingediend. Ook als dijkgraaf ga je niet in tegen je oude werkgever ook al gaat dit ten koste van natuur, milieu, recreatie, werkgelegenheid en de opvang van zoet water. Duurzame gebiedsontwikkeling langs de kust zoals bv. het Kennemerstrand wordt door het huidige beleid onmogelijk gemaakt.