Het belang en de impact van gezonde gebouwen op je medewerkers kwam naar voren tijdens Duurzaam Gebouwd Op Locatie: Gezonde Gebouwen. Diverse experts betraden het podium in de Van Nelle Fabriek te Rotterdam, onder leiding van dagvoorzitter Laurens de Lange.
Thomas Bögl van LIAG Architecten vertelde over hoe je de gebruiker centraal kunt stellen. “We zijn er eigenlijk voor gemaakt om ons met de natuur te omringen. Maar dat doen we niet. Je omgeving kan je gedrag of je beleving op een positieve manier beïnvloeden. Voor dat doeleinde ontwerpen is een uitdaging.”
Natuur in je kantoor
Maar ook een kans, zo bleek uit de praktijkvoorbeelden die hij naar voren bracht. Hij keek onder andere naar de onderwijs- en zorgsector. Voorbeelden zijn de revitalisatie van de Tapijnkazerne in Maastricht, dat nu als meest gezonde onderwijsgebouw van Europa geldt. Met een WELL en BREEAM-certificering onder de mantel. En we gebruiken WELL om onze toekomstige gebouwen te ontwerpen.” Bij healthy design heb je aandacht voor verschillende zaken. Bögl gaf aan een aantal voorbeelden: “Denk aan veel daglicht en uitzicht. Maar ook om inclusie, zowel sociaal als cultuur. Een goed binnenklimaat, dat staat buiten kijf. Daar kan WELL in ondersteunen met richtlijnen. Breng natuurlijke elementen dicht bij de mens. Niet alleen met interieur, maar ook met het zicht naar buiten. Bespreek met alle stakeholders wat voor hen belangrijk is, in een vroeg stadium voor het proces.”
Thomas Bögl: "Breng natuurlijke elementen dicht bij de mens."
Theorie en praktijk
John Lens van TVVL legde uit dat het kantoor van zijn organisatie in Woerden een gezond binnenklimaat realiseerde. “Het pand gezond houden, dat is de uitdaging. We passen sensoren en continue monitoring toe om kennis te vergaren over licht, lucht en geluid. We passen het Programma van Eisen (PvE) Gezonde Kantoren toe. Dat is toegankelijk.” Lens legde uit hoe dit werkt: “Hiermee stel je de binnenluchtkwaliteit vast van nieuwbouw, renovatie en in bestaande kantooromgevingen. Prestaties maak je inzichtelijk door middel van drie ambitieniveaus: klasse C, B en A.”
Zo ook voor het kantoor in Woerden. Lens: “Na de verbouwing onderzochten we of werd waargemaakt wat we beloofden. Op het vlak van CO2 scoorden we een goed. Maar luchtvochtigheid scoorde lager dan verwacht. Zo ook temperatuur. Er zaten ook verschillen tussen gebruikersbeleving en onze data. We optimaliseerden, maar vernieuwden de installaties niet. Inmiddels laten we, door middel van schermen, zien hoe het er op het vlak van binnenluchtkwaliteit aan toegaat. Dat zorgt voor transparantie.”