Oogst en hergebruik van materialen, ontwerpen voor demontage en de toepassing van circulaire innovaties: zo maak je een containerbegrip als circulariteit concreet. Welke visie heeft Van der Heijden bouw en ontwikkeling op dit thema en hoe vertaalt ze dit naar de praktijk?
We spreken projectontwikkelaar Lauran van Poppel over de visie van Van der Heijden bouw en ontwikkeling op het onderwerp en horen hoe een circulaire innovatie is toegepast bij de realisatie van 43 appartementen in Zaltbommel. Circulariteit is een breed begrip, dat met sturing en focus op verschillende pijlers in de praktijk vorm krijgt. Een eerste element is volgens Van Poppel dat we ons moeten inzetten voor het niet verloren laten gaan van materialen die nu in de bestaande voorraad zitten. Van Poppel (foto onder): “Sommige gebouwen zijn hun functie verloren en zijn niet adaptief genoeg om in een nieuwe werkelijkheid dienst te doen als huisvesting. De materialen die we daar kunnen oogsten, kunnen we ergens anders toepassen.”
Om positieve impact te maken is het van belang om een aantal slimme beslissingen te maken. “Denk bijvoorbeeld goed na over het aantal transportbewegingen en de CO2-uitstoot die wordt veroorzaakt om het geoogste materiaal naar een andere plek te brengen. Retourlogistiek moet hierin de standaard worden. Ook hoef je de materialen die uit een gebouw komen niet op exact dezelfde plek in een ander pand onder te brengen. Wees daar creatief in. Een bedrijf als New Horizon oogst bijvoorbeeld materialen uit donorgebouwen en biedt materialen, met garantie, voor hergebruik aan via partners die nu al leveren aan bouwers. Zonder risico’s maak je hiermee impact.
Geen eeuwig leven?
Een ontwerp anno 2022 houdt dan ook rekening met circulaire principes: “Er is meer oog voor demontabele ontwerpen, zonder natte knopen en lijmen, met materialen die zoveel mogelijk demontabel of hoogwaardig herbruikbaar zijn. Je tekent uit in drie dimensies in Revit en grondstoffen documenteer je. Je brengt ze onder in een materialenpaspoort, zodat iedereen weet wat er in een gebouw zit en welke waarde dat vertegenwoordigt.”
Industrieel, Flexibel, Demontabel
Het fundament voor die uitgangspunten werd al in november 1999 gelegd, tijdens het symposium Industrieel Flexibel Demontabel (IFD). “Kijk je naar de status quo, dan zijn dit nog altijd waardevolle denkroutes. ‘Industrieel’ impliceert dat je op een efficiënte manier produceert, onder gunstige en geconditioneerde omstandigheden. ‘Prefab’ zorgt voor hogere kwaliteit, geordende bouwplaatsen, minder faalkosten en restafval. ‘Flexibiliteit’ is onder andere van belang als het gebouw een nieuwe functie krijgt, bijvoorbeeld na het wisselen van gebruiker. Je materialen en onderdelen moeten kunnen meebewegen om mee te gaan in die nieuwe werkelijkheid. De derde en laatste pijler is de mate van demontage: oogsten wordt pas interessant als het gebouw zich ervoor leent.”
Hoe ziet dat er in de praktijk uit? Industrieel bouwen zien we onder andere terugkomen in het concept WISH 4 Future. “Dit totaalconcept zorgt voor de ontwikkeling, engineering, realisatie én vijftig jaar beheer en onderhoud van woningen. Het bestaat voor 90% uit geïndustrialiseerde onderdelen en kan met recht als plug-and-play worden bestempeld: de wanden zijn voorzien van alle installatieonderdelen die een bewoner nodig heeft. We merken dat het concept onder andere bij woningcorporaties voor de opschaling van duurzame woningen zorgt.”
Circulaire ambities in Zaltbommel
Voor een tweede blik op de praktijk kijken we naar de stad Zaltbommel in de provincie Gelderland. In de binnenstad trof je jarenlang een gebouw aan dat zijn functie was verloren en een nieuw leven kreeg: “We werden ongeveer vijf jaar geleden door belegger MN benaderd om mee te denken over een toekomstbestendige invulling voor de locatie, waar eerder een meubelzaak gevestigd was. We onderzochten of het mogelijk was om een appartementengebouw te realiseren met auto’s op het maaiveld.
De uitdaging zat hem in de relatief beperkte grond die we ter beschikking hadden, waar we uiteindelijk in totaal 43 appartementen en evenveel parkeerplaatsen realiseren. Daarnaast zijn we binnen de omgevingsvergunning gaan kijken wat we anno nu aan circulariteit konden toevoegen. Zo was de constructie, waarvoor je in een vroegtijdig stadium moet aangeven wat je daarmee wilt, niet meer te wijzigen.”
Die invulling kwam in de vorm van citumen, circulaire bitumineuze dakbanen voor platte daken (foto boven).
Lees de verdere details en het complete verhaal in ons gratis digitale magazine.
Tekst: Marvin van Kempen
Beeld: Van der Heijden bouw en ontwikkeling