Harm Valk
Senior adviseur / partner, Nieman Groep
Auteur: Harm Valk
De angst voor BENG, die ik soms wel eens bespeurde in de ogen van vastgoedprofessionals, is verdwenen. Hij lijkt omgeslagen in verontwaardiging. De vorige week gepresenteerde concept-grenswaarden worden door koplopers in de sector nu omschreven als ‘slappe hap’. Tijd voor nuance, duiding en advies.
Op het congres ‘Energieprestatie 2.0’ van NEN en BZK stond de presentatie van en toelichting op NTA 8800 centraal. Deze nieuwe bepalingsmethode vormt vanaf 2020 het rekenhart voor alle energieprestatie-indicatoren van alle gebouwen. Maar alle aandacht tijdens en vooral na het congres ging uit naar de grenswaarden voor de BENG-indicatoren. BZK presenteerde tijdens het congres de ‘concept geadviseerde waarden’ voor de BENG-eisen die vanaf 1-1-2020 de maatstaf worden voor de energiezuinigheid van alle nieuwe gebouwen.
De nieuwe (concept-)waarden verschillen aanzienlijk van de wat in 2015 gepubliceerd is als ‘voorgenomen’ BENG-eisen; u heeft vast de reeks 25-25-50 voor woningbouw onthouden. Die mag u nu vervangen door 70-30-50 of 70-50-40 afhankelijk of u grondgebonden of gestapelde bouw realiseert. Met bovendien een correctie voor gebouwen met verhoudingsgewijs veel ‘schil’. Voor utiliteitsbouw geldt een vergelijkbare wijziging. Dat is nogal een verschil. Waarom deze wijziging en wat betekent het? De beloofde nuance en duiding dus.
Er zijn grofweg drie zaken die de nieuwe grenswaarde hebben bepaald: de nieuwe rekenmethode, de gewijzigde BENG-definities en de kostenoptimaliteitstoets. Een korte toelichting op deze trits:
Drie separate ontwikkelingen die er elk voor zorgen dat de nu gepubliceerde ‘concept geadviseerde’ grenswaarden een stuk hoger uitvallen dan eerder gedacht. Tot zover de toelichting.
Wat staat ons te doen? Wat mij betreft eerst enige reflectie op de achtergronden van de wijzigingen. Dit artikel beoogt daaraan bij te dragen. Maar er is ook perspectief, afhankelijk van je visie op het onderwerp. Voor wie zich zorgen maakte dat de bouwproductie door ‘BENG’ stil zou komen te liggen, kan opgelucht ademhalen. Wie insteekt op zo scherp mogelijke eisen voor alle nieuwe gebouwen en het ‘bijna’ uit BENG eigenlijk onzin vindt, voelt het als een teleurstelling.
De nu bekend geworden eisen staan nog niet vast. De komende maanden is er nog alle mogelijkheid om invloed uit te oefenen op de besluitvorming. Vooral de aangekondigde internetconsultatie is daarbij interessant, omdat die open staat voor alle betrokkenen.
Een ander advies is om zo snel mogelijk afscheid te nemen van voormalige BENG-grenswaarden uit 2015. Heel praktisch: wees er scherp op dat deze niet (on)bewust in contracten of beleidsnota’s blijven staan. Staat het er toch? Maak dan een voorbehoud door nadrukkelijk het verband te leggen met de rekenmethode en de bron van die grenswaarde, zodat er soepel geschakeld kan worden in de loop van een ontwerpproces.
De concept geadviseerde BENG-grenswaarden laten zien dat de overheid het commentaar uit de sector ter harte heeft genomen. Dit geeft weer veel ruimte om het beter te doen en daarmee opdrachtgevers en gebruikers een dienst te bewijzen. Een ambitieus project is immers niet ‘bijna’, maar echt energieneutraal.
Dus: niet meer bang voor BENG? Maak het dan ENG!
Senior adviseur / partner, Nieman Groep