Een zekere naaktheid
René Hoek van HET architectenbureau geeft zijn visie op duurzaam bouwen.
Het toppunt van duurzaamheid heb ik voor het eerst gezien in Someo, een plaatsje in Noord Italië, gelegen in het Maggia dal, ‘n magnifieke plooi in de Alpen. Daar stond een tempel, een volmaakte synthese van visie, gebruik, materiaal en klimaat.
Daadwerkelijk duurzaam
Het was het huis van een plaatselijke boer. Ik was daar in het kader van een studiereis in het voorjaar van 1982. Ik studeerde aan de Academie van Bouwkunst te Rotterdam en was daar op een geheel willekeurige wijze terecht gekomen. Het oorspronkelijke reisprogramma was namelijk door de war geraakt. Dat kwam door het zeer betrouwbare organisatie talent van de Italianen. Geweldig eigenlijk. Hoe had ik er anders gekomen?
Die tempel, deze boerenwoning, weerspiegelde de optimale relatie die nodig is om daadwerkelijk duurzaam te zijn, door van alle tijden te zijn, dus lang meegaat, maar ook op een manier ontwikkeld is middels een proces dat permanent toegepast kan worden zonder de aarde uit te putten.
Someo – Noord Italië april 1982
Deze boerentempel is een woning, een huis voor de ziel. Op de begane grond wonen de beesten, is het vuil en stoffelijk. Een gesloten, zwaar basement ademt die stoffelijkheid, gebouwd door stenen te stapelen die van de bergen rollen. Daarboven is de woning. Een trap brengt mij van beneden naar boven. Hier wordt het wonen verheven, de plek voor de ziel.
Maar het is ook erg praktisch. Ik blijf schoon en ik kan, als het winter is, rond mijn huis lopen. Dat dragende en oprichtende karakter is zichtbaar in de houten kolommen. Daar rust het dak op, een harde schedel. Een geweldige plek voor ’n uil. Het dak is opgebouwd met een houten driehoekige constructie waarop dakpansgewijs dezelfde stenen liggen waar het hele huis mee is opgebouwd. Er werd hooi opgeslagen voor de beesten. Hoe duurzaam wil je het hebben?
Op het moment dat het winter is, zorgt het hooi voor isolatie. Zodra die op is en het lente wordt, heb ik geen behoefte meer aan die isolatie maar juist aan ventilatie om voldoende verkoeling te hebben. Een permanent toegepast proces.
Een ondeelbaar geheel
Deze tempel uit Someo maakt de groots mogelijke duidelijkheid zichtbaar wat duurzaamheid zou moeten zijn. Idee, functie, materiaal, constructie en klimaat samengevoegd tot een ondeelbaar geheel.
Moeten we nu terug in de tijd? Nee, dat geloof ik niet. Het gaat om een houding, om overtuiging en om de bereidheid bij elke opgave te zoeken naar die grootst mogelijke duidelijkheid die naar voren komt als de relatie tussen idee, functie, materiaal, constructie en klimaat optimaal is. Dat vraagt van alle betrokkenen een scherpe en vrije geest die oog heeft voor de kansen en de mogelijkheden die in elke opgave verborgen liggen.
En met vrij bedoel ik dat we niet van stokpaardjes uit moeten gaan. U kent ze wel. Zoveel mogelijk natuurlijk materialen gebruiken. Geen aluminium of staal. Veel glas op het zuiden en nagenoeg niets op het noorden. Veel isoleren. Die werken als magneten en schakelen andere mogelijkheden uit!
Werken aan schoonheid
Gebouwen zijn voor mij duurzaam als ze een zekere naaktheid hebben. Ik bedoel daarmee dat het onmogelijk is om één van de onderdelen weg te nemen zonder dat het gebouw in idee, het functioneren, de constructie of het klimaat beschadigd wordt. De tempel in Someo heeft die “naaktheid”.
Dat geldt mijns inziens ook voor die gebouwen waar wij van vinden dat het architectuur is. Deze gebouwen stralen schoonheid uit en dat is feitelijk het meest duurzame aspect. Hoeveel moeite doen wij niet om juist die gebouwen te koesteren, te bewaren en iedere keer weer nieuw leven in te blazen, die we mooi vinden. Daar moeten we dus aan werken. Aan schoonheid. In Someo heb ik die gevonden.
Someo – Noord Italië april 2002
Jaren later, in 2002, ben ik terug gegaan tijdens een vakantie met mijn gezin en vrienden. Ik wilde het dolgraag weer terug zien. Benieuwd hoe het eruit zou zien. Of alles nog zo zou zijn zoals in mijn verbeelding.
De boer was er niet meer. Het was nu een tweede woning geworden. Heel comfortabel! Je kon het goed zien. Het was keurig netjes opgeknapt. Er was een heel dure koperen goot met regenpijp langs het dak gemaakt. Om het water op te vangen zodat je niet nat wordt. De beesten waren er ook niet meer en het hooi werd niet meer gemaakt. Niet nodig. Ze hadden centrale verwarming. Het was voor mij een schok. Hier was geen ziel meer te bekennen.
René Hoek
HET architectenbureau