Auteur: Rijkert Knoppers
De restauratie van de Dongecentrale bij Geertruidenberg is in volle gang. In de voormalige elektriciteitscentrale komen waarschijnlijk kantoren en mogelijk gaan hier evenementen plaatsvinden. Maar de puzzelstukjes liggen nog niet op de juiste plaats.
Als je een nieuwe bestemming aan een elektriciteitscentrale wilt geven, hoe maak je dan reclame voor een dergelijk project? Misschien wel zo: “Er zijn kansen en er zijn belemmeringen. De centrale staat leeg, maar het is wel een rijksmonument. Het is een imposant gebouw, maar het bevat wel een enorme turbine. Het gebouw is prachtig, maar is wel een voormalige energiecentrale.”
Historische betekenis Dongecentrale
Zo staat de Dongecentrale omschreven in een brief aan Provinciale Staten van 20 maart 2012. Het betreffende gebouwencomplex staat net buiten Geertruidenberg op een terrein van 1,6 hectare, vergelijkbaar met 3 voetbalvelden. Het gaat om een gebouw met een belangrijke historische betekenis, bij de oplevering in 1919 was het de eerste provinciale elektriciteitscentrale in Noord-Brabant. Het vermogen van 18,5 megawatt was voor die tijd ongekend hoog. Later vond de ombouw plaats naar een zogeheten STEG (stoom- en gasturbine)-eenheid met een vermogen van 121 megawatt.
Rijksmonument
Sinds 2012 is de centrale aan de rivier Donge buiten werking: een direct gevolg van de opkomst van de nabijgelegen Amercentrale, die sinds 1952 stroom opwekt. Door de bouw van diverse nieuwe eenheden gestaag wist de laatstgenoemde centrale uit te groeien tot de grootste elektriciteitscentrale van ons land. Het openhouden van de Dongecentrale was geen optie, vertelde Luud Raaijmakers van Essent omstreeks die tijd tegen BN DeStem. “We hebben alles onderzocht. Van een nieuwe centrale tot het opkalefateren van deze centrale. De kosten zijn te hoog. Daarop zijn we in gesprek gegaan met partijen die zich bezighouden met rijksmonumenten. In BOEi hebben we vertrouwen.”
Herbestemming oude gebouwen
In datzelfde jaar droeg eigenaar Essent de Dongecentrale over aan de nationale organisatie BOEi, dat cultureel erfgoed restaureert en herbestemt. Deze organisatie zocht de samenwerking met - imiddels mede-eigenaar - provincie Noord-Brabant. Sindsdien zijn er volop plannen in ontwikkeling voor een herbestemming van de oude gebouwen. Het gaat hierbij om de voormalige centrale, een Filtergebouw, een kantoorcomplex en zeven bedrijfswoningen. Het vloeroppervlak van alle gebouwen samen is 7.500 m2. De centrale en het Filtergebouw zijn rijksmonument.
De puzzelstukjes moeten op de juiste plek vallen.'
Sylvia Pijnenborg, BOEi
Wat is de volgende bestemming?
“De ontwikkelingen gaan langzaam”, laat adjunct-directeur Sylvia Pijnenborg van BOEi weten. “Dat heeft vooral te maken met bestemmingsprocedures: het gaat om een bedrijventerrein met categorie 4 en 5, wat te maken heeft met zware bedrijvigheid en de daarbij voortkomende milieubelasting en geluidshinder. Onze plannen betreffen geen activiteiten die in deze categorieën, maar het kost desondanks heel veel tijd om de bestemmingsprocedures te doorlopen.” In eerste instantie waren volgens BOEi de volgende bestemmingen denkbaar: een outdoorcentrum, een binnenspeelplaats, bowlingscentrum, horecafuncties en een werkplaats voor kunstenaars.
Horeca, evenementen en kantoorgebouwen
In 2015 hebben BOEi en de provincie Noord-Brabant € 3 miljoen geïnvesteerd om verschillende gebouwen op te knappen. Als eerste kwam Filterhuis aan bod. Dit gebouw ligt vlak langs de Donge en leverde in het verleden het koelwater voor de energiecentrale. Vanwege de ligging aan het water en de karakteristieke uitstraling van het gebouw is er veel interesse voor een nieuwe bestemming. Inmiddels heeft het Filterhuis-gebouw een nieuwe dakbedekking, er vond herstel van het voegwerk van de gevels plaats en de kozijnen, ramen en deuren kregen een opknapbeurt. “We zijn in gesprek met potentiële huurders. Voor het Filterhuis kijken we naar een combinatie van een brouwer en horeca, in de Dongecentrale kunnen evenementen plaatsvinden en de kantoorgebouwen willen we een kantoorbestemming blijven geven. Maar we willen eerst weten of de plannen passen binnen het gemeentelijk bestemmingsplan. Het is dus een ingewikkeld proces, waar veel zaken parallel lopen en de puzzelstukjes op de juiste plek moeten vallen.”