Van gasbaten naar besparingsbaten
Enkele weken geleden maakte het Centraal Planbureau (CPB) bekend dat de Nederlandse economie in het eerste kwartaal van 2014 met 1,4% is gekrompen ten opzichte van het vierde kwartaal van 2013. Een fikse tegenvaller voor de Nederlandse Staat, juist nu het er op leek dat de Nederlandse economie zich ontworstelt van een hardnekkige recessie.
De krimp van 1,4% blijkt vooral een gevolg te zijn van het milde winterweer, met gedaalde verkoop van aardgas als gevolg. De modellen die het CPB hanteert om het bruto binnenlands product (bbp) te bepalen, corrigeren blijkbaar niet voor weersinvloeden.
In onze sector, het verduurzamen van gebouwen op basis van prestatiegaranties, is het corrigeren van meetgegevens voor belangrijke externe factoren zoals de buitentemperatuur, een eerste vereiste om valide uitspraken te kunnen doen over geleverde prestaties. Dat zou ook moeten gelden voor de bbp-modellen van het CPB. Want stel dat gedurende de eerste drie maanden van dit jaar alle kouderecords waren verbroken, dan had het eerste kwartaal van 2014 een mooie groei laten zien van ruim 1,4%. En had minister Kamp vol trots verkondigd dat de recessie nu definitief achter ons ligt.
70% energiebesparing
Hoe verhoudt zich dit tot het beleid van diezelfde Staat om het energieverbruik met 20% te laten afnemen in de periode tot 2020? Als dat beleid werkelijkheid wordt, staan we dan ieder jaar al procenten op achterstand in de bbp-berekeningen? Willen we onze economie echt duurzaam laten groeien, dan moeten we ons energieverbruik inderdaad sterk gaan reduceren. Ruim 30% van het totale energieverbruik in Nederland gaat op aan de gebouwde omgeving.
Hierop kan zeker 70% worden bespaard door bestaand vastgoed energiezuiniger te maken. Structureel verlagen van het energieverbruik in gebouwen blijkt telkens eigenlijk heel eenvoudig te zijn. Overheden, bedrijven en particulieren kunnen elke dag de keuze maken om minder energie te verbruiken door muren en daken te isoleren, te kiezen voor energiezuinige verlichting, HR-ketels of warmteterugwinning. Stuk voor stuk investeringen die binnen enkele jaren zijn terugverdiend.
Echte groei, geen valse krimp
Op macro-niveau: een jaarlijkse besparing van 10% op het totale energieverbruik vergt volgens ECN een eenmalige investering van ca. 14 miljard euro. Deze investering kent een interne rentevoet van ruim 20% en verdient zich binnen acht jaar terug. Energiebesparing in de gebouwde omgeving biedt hiermee een aantrekkelijk verdienmodel en kent relatief weinig risico’s. In 2012 bedroegen de aardgasbaten voor de Nederlandse Staat ook zo’n 14 miljard euro.
Opbrengsten uit één jaar aardgasverkoop investeren in het energiezuinig maken van de gebouwde omgeving levert voor jaren besparingsbaten op, in de vorm van een gegarandeerde positieve kasstroom, die zijn weg in de economie zal gaan vinden. Dan hebben we een echte groei in plaats van deze valse krimp.
Auteurs: Jan van Hout, directeur OVVIA en Albert Hulshoff, AHB Consultancy.