Gezondheid belangrijkste drijfveer bij verduurzaming kantoor
De gezondheid en het welzijn van medewerkers zijn de belangrijkste drijfveer voor duurzame huisvesting van kantoren. Wanneer men verduurzaamt, kiest men steeds vaker voor transformatie van bestaande bouw, in plaats van ontwikkeling van nieuwbouw. Dit blijkt uit de Occupier Special – Duurzaamheid 2013 van Jones Lang Lasalle.
Het onderzoek, dat plaatsvond onder 137 kantoorgebruikers, laat een verschuiving zien in duurzaamheidsaspecten die kantoorgebruikers belangrijk vinden. Dit jaar staat ‘gezondheid’ op de eerste plaats. Op de tweede plaats komt ‘energie’, terwijl dit aspect in eerdere onderzoeken uit 2008 en 2010 steevast op de eerste plaats stond. In het onderzoek is de respondenten ook gevraagd naar hun betalingsbereidheid voor duurzaamheid.
Uit het onderzoek van 2013 blijkt dat deze een sterke relatie heeft met de voordelen van hogere arbeidsproductiviteit door verbetering van het comfort en het welzijn van medewerkers Daarnaast concludeert het onderzoek dat er een sterke tweedeling is in duurzame huisvestingsambitie. Kantoorgebruikers maken een expliciete keuze om over te gaan tot verduurzaming van het pand, of om dit juist niet als ambitie te hebben.
Onvoldoende prikkels
Organisaties die duurzame huisvesting momenteel niet belangrijk vinden, geven aan dat dit vooral een taak is van de eigenaar en dat er onvoldoende financiële prikkels zijn voor verduurzaming. Dit laatste argument verwijst naar het bekende split-incentive dilemma. Huurders investeren niet zelf in het gebouw, maar zijn vaak wel bereid een hogere huur te betalen voor verduurzaming als daar een gegarandeerde besparing op energiekosten tegenover staat.
Verschuiving locatievoorkeur
Verder verschuift de locatievoorkeur: 59 procent is nu gehuisvest op snelweglocaties, terwijl in de toekomst 30 procent van de kantoorgebruikers op dit type locatie gehuisvest wenst te zijn. In plaats van de snelweglocatie wil men verhuizen naar multimodale knooppunten, die zowel via het openbaar vervoer als via de snelweg goed bereikbaar zijn. Veelal zijn dit stationslocaties.
Michael Hesp, Head of Research bij Jones Lang LaSalle Nederland, geeft uitleg bij de veranderende locatievoorkeur: “Uit het onderzoek blijkt een zeer grote discrepantie tussen het locatietype waar kantoorgebruikers momenteel zijn gehuisvest en waar zij in de toekomst het liefst gehuisvest zouden zijn. Van de respondenten is momenteel 33 procent gehuisvest op een monofunctionele locatie in een kleine of middelgrote stad.”
Hesp geeft een visie op de toekomst: ”Voor de toekomst kiest slechts 7 procent van de respondenten voor dit locatietype. De belangstelling van 49 procent van de respondenten gaat uit naar grootstedelijke ov-knooppunten in het centrum van een grote stad (23 procent) of aan een ringweg (26 procent). Voorbeelden hiervan zijn Rotterdam Central District en de Zuidas in Amsterdam, locaties die ook in de top 10 staan van de Ranking Kantoorlocaties 2013 van JLL. Op dit moment is slechts 20 procent van de ondervraagde gebruikers gevestigd op dit type locaties.”