‘Amsterdam: hoofdstad van de leegstand’
- Circulaire Economie
- Artikel
“In Amsterdam staat 1,5 miljoen vierkante meter aan kantoorruimte leeg. Daarmee is deze stad de hoofdstad van de leegstand.” Dat zei ondernemer Anne-Marie Rakhorst (zie foto) tijdens het seminar ‘Financieel gezonde gebouwen met Cradle to Cradle’.
Ondanks die leegstand ziet ze echter wel mogelijkheden. “Volgens de gemeente staat tweederde op de nominatie voor sloop. Daarmee kan Amsterdam een enorme grondstoffenbank worden.”
Rakhorst liet weten achter het gedachtengoed van de Amerikaanse architect William McDonough over Cradle-to-Cradle te staan. “Hij vindt dat gebouwen iets aan de omgeving moeten toevoegen, zoals luchtfiltering. Beschouw een gebouw als een boom en een stad als een bos. Uiteindelijk moet de mens voorop staan. Het is toch vreemd dat de luchtkwaliteit in een kas beter is dan in een klaslokaal, enkel omdat tomaten een belangrijk exportproduct zijn.”
Mens centraal in nieuw gemeentehuis
Hier sluit Michel Weijers van C2C ExpoLAB zich bij aan. “Bij de totstandkoming van het nieuwe gemeentehuis van Venlo, hebben we de mens - de medewerker - centraal gezet. Mede daarom wilden we dit pand bouwen met enkel Cradle-to-Cradleproducten.”
Hij ontdekte echter dat dit nog niet mogelijk was. “Om hulp en tips te krijgen, zijn we naar Michael Braungart (samen met McDonough auteur van het boek ‘Cradle to Cradle: Remaking the way we make things’) in Hamburg gegaan. Hij vertelde ons op enkele aspecten te richten: ‘Als je een gebouw nog niet volledig Cradle-to-Cradle kan maken, dan wil dat niet zeggen dat je het volledig moet laten’, vond hij.”
Ook in de inrichting staan dit soort producten centraal. “Dat viel niet mee”, bekent Weijers. “Zo’n 90% van de leveranciers wist niet waarvan hun producten zijn gemaakt. Waar het niet lukte, hebben we deze overtuiging in ons achterhoofd gehouden.”
Certificering geen doel maar middel
Hoewel het aantal bouwbedrijven met een Cradle-to-Cradlecertificering groeit, blijkt het niet eenvoudig te zijn om zo'n certificaat te ontvangen. Zo vertelde Peter Maaskant van Icopal dat hij zijn product – bitumen en pvc-dakbedekking - niet gecertificeerd krijgt, omdat het basisbestandsdeel toxisch is.
Daarin zag Henriëtte van Westerhoven van Rigo Verffabriek echter geen bezwaar. “Zo’n certificering is in mijn ogen geen doel, maar een middel. Het gaat erom dat we onze producten zo natuurlijk mogelijk maken.”
Gezonde materialen
C2C Bouwgroep-voorzitter Kees Verweel sloot zich hierbij aan. “Uiteindelijk is het ons doel dat deze bouwgroep stopt te bestaan”, liet de sales- en marketingmanager van Deventer Profielen weten. “Dan is circulaire economie in het bouwbesluit opgenomen.”
De Cradle-to-Cradlecertificering beschikt over 5 kernprincipes: gezonde materialen, hergebruik van materialen, hernieuwbare energie, waterbeheer en maatschappelijk ondernemerschap. Hoewel ze allemaal bijdrage aan de hoogte van de certificering, hamerde Verweel op 1 principe in het bijzonder: “Het gebruik van gezonde materialen is verreweg het belangrijkst.”
Organisator C2C Bouwgroep hield dit seminar in het Inspiratiecentrum voor Duurzaam Bouwen (ICDuBo) in Rotterdam.