Maximale restwaarde bij tijdelijke rechtbank Amsterdam
- Project
- Circulaire Economie
De tijdelijke rechtbank aan de Amsterdamse Zuidas staat er maar voor 5 jaar. Bijzonder is dat het gebouw na gebruik een aanzienlijke waarde vertegenwoordigt: bij de sloop komen gebruikte materialen toe aan het opdrachtnemend consortium. “Het is aan hen een businesscase te ontwikkelen om de restwaarde van het gebouw te maximaliseren.”
“De verwijdering van het gebouw na de beperkte gebruiksperiode is een nadrukkelijk onderdeel”, beschrijft architect Fokke van Dijk van het Rijksvastgoedbedrijf de opdracht. “Wij geloven dat met de juiste toepassing van materialen in het ontwerp hergebruik goed mogelijk is, of dat de te verwijderen elementen met een minimale aanpassing te recyclen zijn.”
Verspilling vermijden en meetbaar maken
Om circulariteit mogelijk te maken is het uitgangspunt om verspilling te vermijden onderdeel geworden van de kwalitatieve beoordeling van de drie aangeboden ontwerpen. Een methodiek ontwikkeld door Het rijksvastgoedbedrijf, TU Delft en NIBE maakt dit meetbaar. “De mate van verspilling is gerelateerd aan de milieulast van de toegepaste materialen en de mate waarin de gebruikelijke afschrijvingstermijn van de gebruikte producten moet worden toegeschreven aan het gebruik als tijdelijke rechtbank”, vertelt Duurzaam Gebouwd-expert en NIBE-oprichter Michiel Haas hierover.
Er werden drie mogelijkheden genoemd om verspilling te minimaliseren. Zo kan er gewerkt worden met elementen verkregen uit demontage van andere gebouwen of uit recycling. Biobased materialen met een lage milieulast of materialen met een korte levenscyclus, kunnen na vijf jaar zonder verspilling ziojn afgeschreven of teruggegeven aan de natuur. Ten slotte kunnen gebouwdelen opnieuw gebruikt in een andere toepassing, op een andere locatie. Al deze technieken zorgen ervoor dat het gebruik in de tijdelijke rechtbank slechts een deel van de totale gebruiksduur van het materiaal vertegenwoordigt. Zo wordt de verspilling van goede materialen voorkomen.
Reuse & Recycle
“In de circulaire ontwerpstrategie is ingezet op reuse en recycle”, vertelt Haas over de strategie voor het ontwerp van de tijdelijke huisvesting. Door de drie consortia zijn verschillende keuzes gemaakt. Het Consortium DPCP , een samenwerking tussen Duprie bouw en Cepezed projects heeft sterk ingezet op hergebruikte onderdelen en een demontabele bouwtechniek, zo komt ca. 60% gewicht uit andere betonnen gebouwen door vloeren en balken her te gebruiken. Met deze strategieën wordt bijna 70% van gevel en casco hergebruikt. Een zeer goed resultaat. Het Consortium Ido van Volker Wessels en de architecten Cie en Studioninedots als architecten heeft sterk ingezet op een droge elementen constructiemethode, met uitsluitend nieuw materiaal, maar na afloop kan alles gebruikt worden om tijdelijke scholen te bouwen. Ruim 60% van het casco en de gevels kan opnieuw worden gebruik en bereikt daarmee een verspilling van 39,6%. Consortium BAM, met Thomas Rau en Archifold als ontwerpers heeft een modulair gebouw geheel prefab bedacht en dit zou in principe weer als een rechtbank elders hergebruikt moeten kunnen worden. In deze percentages is zelfs nog een onzekerheidsreductie toegepast om toekomstplannen niet gelijkwaardig te belonen als het toepassen van nu al gerecycled materiaal.
Aannemer blijft eigenaar en verantwoordelijk
Eerder berichtten we over de tijdelijke rechtbank in Amsterdam toen het project onder de aandacht kwam tijdens het evenement Duurzaam Gebouwd Op Locatie: Circulaire Constructie. Tijdens deze meeting kwam naar voren dat de aannemer van het gebouw eigenaar van het gebouw blijft. En dus verantwoordelijk. Voor veel deelnemers aan het event was dit een eye opener. “Hoe hoger de restwaarde, hoe beter voor de eigenaar. Daarnaast sturen we bij de aanbesteding op het voorkomen van verspilling en krijgt de biedende partij hier extra punten voor”, zei Van Dijk toen. “Ik adviseer om het simpel te houden en alleen het casco en de gevel te meten: dit is 70% van de milieulast.”