Verborgen geheimen van de stad
In de serie ‘De Eeuw van de Stad’ van de VPRO geven 7 duurzaam gebouwd-experts hun visie op de duurzame stad. Dit keer architect Jón Kristinsson. Dit artikel is tevens te lezen op: http://weblogs.hollanddoc.nl/deeeuwvandestad/.
De stad is vol geheimen. Geheimen die boven- en ondergronds alsmaar toenemen. Het overgrote deel van deze geheimen zitten ondergronds en noemt men de ondergrondse infrastructuur. Wat de infrastructuur daar doet is voor velen een raadsel en voor anderen een weet.
De meeste mensen in de stad laten de wonderlijke ondergrondse leidingen koud. Ze betalen voor de voorzieningen voor water, elektriciteit, ICT en aardgas per automatische bankafschrijving. Als er iets misgaat met de voorzieningen kan dan het gemeentebestuur ingrijpen? Nee, alles is uitbesteed aan ‘derden’. Een nader onderzoek.
Drinkwater
Neem het drinkwater dat verplicht ondergronds aan elk huis geleverd wordt als primaire levensbehoefte. Regenwater of bronwater ter plaatse mag niet worden gedronken. Het mag een wonder heten dat men van vies Rijnwater drinkwater kan maken, dat ook nog eens goed smaakt.
Maar tussen de Rijnwatermoleculen van het drinkwater bevinden zich ook moleculen van bestrijdingsmiddelen en verschillende medicijnen zoals anticonceptie, die van invloed zijn op de consumenten. De mens bestaat immers voornamelijk uit water.
Toilet
De boosdoener is de wc. Deze is aangesloten op de ondergrondse riolering. In de vorige eeuw heeft de westerse beschaving drinkwater ontdekt als transportmiddel voor fecaliën. Het zou beter en hygiënischer zijn als we waterzuinige vacuümtoiletten zouden gebruiken, zoals gebeurt op grote passagiersschepen.
Het rioolwater en het organische huisafval kan dan op wijkniveau door anaerobe vergisting volledig worden gezuiverd. Uit het biogas dat ontstaat kan lokaal elektriciteit worden gewonnen en het eindresultaat is compost voor het gemeenteplantsoen.
Dit spaart veel water en al lijkt de praktijk anders, in de wereld is goed drinkwater zeer schaars. In de historische stad Nijmegen worden de wc’s doorgespoeld met opgepompt drinkwater uit de tijd van Karel de Grote (742-814). Een dappere poging in Leidsche Rijn om geen drinkwater voor het wc-spoelen te gebruiken is dramatisch mislukt doordat installatie koppelingen bij de leidingaanleg niet herkend werden, waardoor in sommige huizen ongezuiverd water werd aangesloten op het drinkwaternet.
Oud en nieuw
In de Europese middeleeuwse stad werd anders gewoond en geleefd dan in dezelfde stad nu. Binnen de stadsmuren was alles volgebouwd, ook de achtererven. Voor bomen was er weinig plaats. Het drinkwater kwam uit waterputten. De straten waren vies, stoffig of modderig. Het afval stapelde zich op. Er hing een stank van mest, rook van houtvuur en verrotting.’s Nachts was de stad donker en stil. De kloosterklok gaf de tijd aan voor gebed. Het hanengekraai gaf het krieken van de dag aan.
De huidige stad is schoon en verlicht door elektriciteit uit een verre fossiel gestookte krachtcentrale en kent een 24-uurs economie. Het licht brand en auto’s rijden dag en nacht. Ondergronds komt de elektriciteit de woning binnen en er wordt royaal mee omgesprongen – alle apparatuur staat op stand-by. Wij kennen (nog) geen individuele grens of rantsoen in energieconsumptie.
Houdbare technologie
Elk werelddeel blijkt een herkenbaar patroon te hebben in brandstofverbruik in het woon-werkverkeer. Zo heeft een inwoner van Los Angeles gemiddeld 2500 liter benzine per jaar nodig, een inwoner uit Amsterdam 500 liter en een uit Hong Kong 150 liter.
Dit is beduidend meer energie dan voor de huisverwarming als we één liter benzine gelijk stellen aan een m3 aardgas. Zo blijft goed openbaar transport en ondergronds vervoer onmisbaar voor elke grote stad.
Met de komst van lichte, elektrische auto is het aannemelijk dat het donkere oppervlak van fotovoltaïsche cellen op carports, daken van huizen, schuren en schuttingen sterk zal toenemen. Ook meer toepassing van lage voltage elektriciteit in huis ligt voor de hand. Zuinige en intelligente verlichting is er al, of is op komst.
De middeleeuwse stedelijke stank en rook is ook verleden tijd, want ondergronds wordt aardgas uit een ver aardgasveld de woning binnengeleid. Deze aardgas verbranden we bij 1200˚C in een high-tech cv-ketel om water van 90˚C te maken, omdat we het gehele huis 20˚C willen hebben. Dit is geen houdbare technologie. Via de omweg van warmtepomp die de kostbare elektriciteit factor 3 à 4 omhoog krikt, kiest men voor een tussenoplossing van water van 50˚C en vloerverwarming. Dit vindt men vandaag de dag acceptabel.
Er is nu zicht op duurzame huisverwarming, die ook goedkoop is in gebruik. Door gebruik te maken van nieuwe technologie van dunne-koperdraad-warmtewisselaars voor huisverwarming kunnen we volstaan met veel lagere watertemperatuur van 25 tot 30˚C. Dat kan zonnewarmte zijn, of afvalwarmte van een bedrijf.
Deze technologie wordt al met groot succes in de glastuinbouw toegepast in de energie producerende kassen. Dit principe is ook beschikbaar voor woningen en kantoren.
Verborgen geheimen
Willen we van de aardgasverwarming af, dan is te verwachten dat toepassing van glaspanelen als zonnecollectoren het uiterlijk van gebouwen zal doen veranderen. Men kan ook glazen dakopbouw als plantenkas te gebruiken om laagcalorische zonnewarmte te winnen. De zonnewarmte die ’s zomers wordt gewonnen, kan inmiddels opgeslagen worden in de aquifer, d.w.z. in een zandlaag tussen kleilagen in de grond als seizoenwarmteopslag.
Het is ook mogelijk om koude door uitstraling naar de heldere hemel te oogsten en in de grond te bewaren. Een graad Celsius koelen van een huis kost in de regel vijf keer zoveel als een graad Celsius verwarmen. Weer zijn we aan het sleutelen aan de verborgen geheimen van de stad.
Dan zijn er tot slot nog twee kwetsbare draden voor de telefoon en de centrale antenne van de TV, die in onbruik dreigen te raken door de ICT-glaskabel onder de trottoirtegels. Is het langzamerhand te begrijpen waarom trotse huiseigenaren vragend omhoog naar de hemel kijken?
Jón Kristinsson
Gerelateerde artikelen, events & downloads
Reacties
Goed verhaal, Jon. Het wordt hoog tijd dat we de stedelijke infrastructuur gaan aanpakken op een duurzamer manier.