Hans Korbee
Expert circulaire bouweconomie,
Auteur: Hans Korbee
Precies 40 jaar geleden presenteerde de Interdisciplinaire Studiegroep Planologie SOM aan de TUDelft haar eindrapport 'Stadsontwerp en Milieu'. Ik mocht destijds het hoofdstuk over bouwmaterialen schrijven en deed een paar bijzondere ontdekkingen toen ik het rapport vorige week tegenkwam en herlas. Wat bleek: vrijwel alle actuele onderwerpen worden in het rapport benoemd, voorzien van een theoretisch kader en geïllustreerd met praktijkvoorbeelden. Een mooie gelegenheid om de balans op te maken.
Bij de uitvoering van een Stadsontwerp, zo staat te lezen in het rapport, wordt gebruikgemaakt van enorme hoeveelheden bouwmateriaal. Door het aanwenden van materialen wordt steeds een bepaalde druk op het milieu uitgeoefend, concreet te vertalen in uitputting, aantasting en verontreiniging. Daarbij gaat om alle stadia, van mijnbouw naar grondstofindustrie, finaalproduct-industrie, productgebruik tot afval, waarbij per stadium ook kringloopmogelijkheden zijn en het steeds gaat om energieverbruik, milieulast en grondstofbeslag zo staat er te lezen. Wie de Transitieagenda voor de circulaire Bouweconomie kent denkt: 'Er is niets nieuws onder de zon!'. In het rapport staan ook 10 suggesties voor oplossingen, variërend van niet bouwen en levensduurverlenging tot gebruik van afvalmaterialen en afbraakbewust ontwerpen. U herkent wellicht de zeven R-en die momenteel opgang maken. En er staan twee voorbeelden uitgewerkt, de ene zouden we nu biobased bouwen noemen, de andere adaptief bouwen. Tot zover het verleden, waar staan we nu en hoe verder te gaan?
In 2050 moet de Nederlandse economie volledig circulair zijn. Ook de bouw, aldus het Rijksbrede programma Nederland circulair. Kan dat wel? Wie in 1978 in de studiegroep had gezegd dat in 2018 nieuwbouwscholen energieleverend zouden zijn, hadden we niet geloofd. We rekenden aan vergaande energiebesparing, passieve en actieve zonne-energie, energieopslag en windmolens in de wijk en wisten daardoor het energiegebruik op papier vergaand te reduceren. Maar energieleverend, nee dat kwam niet in ons op. Anno 2018 weten we beter. Daarom is mijn antwoord op 100% circulair bouwen in 2050: why not?
Net als op dit moment ging in die tijd bij de energiediscussie vrijwel alle aandacht naar de energievoorziening. Energiebesparing was een stiefkindje en duurzame energie werd beschouwd als een druppel op de gloeiende plaat. Het was de tijd dat Theo Potma in Delft zijn Centrum voor Energiebesparing oprichtte en kwam met het ‘Vergeten scenario’.
Wie kijkt naar de ontwikkelingen rondom circulair bouwen ziet dat de geschiedenis zich herhaalt. De eerste stappen van de Trias worden ook nu weer onvoldoende serieus genomen, lees de recent afgesloten polderakkoorden er maar op na. Toch ik ben geenszins somber, integendeel want ik zie ook heel andere, frisse bewegingen. Architecten die in circulair bouwen een uitdaging zien en het ene na het andere grensverleggende project realiseren. Projectontwikkelaars die de veranderende maatschappij goed aanvoelen en weten dat materialen weggooien not done is. Bouwers die beseffen dat er te weinig handjes zijn om traditioneel te bouwen en dat faalkosten hun winsten afromen. Circulair bouwen is als een mes dat aan meer kanten hout snijdt.
Duurzaam Gebouwd-expert Hans Korbee
Met niet als laatste kant de uitdaging om de CO2 uitstoot van de bouw tot nul terug te brengen. Om dit moment is deze uitstoot jaarlijks 65 miljoen ton ofwel 32% van de totale landelijke uitstoot. Globaal is dit 24 Mton CO2 door het verbranden van aardgas, 26 Mton CO2 door het gebruik van elektriciteit, 7 Mton CO2 door vervoer en 8 Mton CO2 door fabricage. Circulair bouwen is daarmee de olifant aan de klimaattafels geweest. Dat is niet eens heel erg want om deze uitstoot terug te brengen tot vrijwel nul hoeven we slechts twee dingen centraal af te spreken en na te leven: een eerlijke, universele methode om de CO2 uitstoot in de bouw te meten en de afspraak om deze stap voor stap terug te brengen, verplicht op alle natuurlijke momenten.
Mooier kan ik het 40 jaar na dato niet maken.
Expert circulaire bouweconomie,