John Mak
Directeur W/E adviseurs, W/E adviseurs
Auteur: John Mak
Bijna iedereen heeft er de mond van vol: circulair. Er wordt zoals zo vaak heel veel gepraat en weinig concreet gedaan. En als je dan bedenkt dat circulair bouwen niet wezenlijk anders is dan bouwen volgens de principes van integraal ketenbeheer, dan is dat verbazingwekkend.
e zouden er al vanaf de introductie van het beleidsbegrip in Nederland mee bezig kunnen of moeten zijn, en dat is 1989. Het logo van het toenmalige W/E adviseurs verbeeldde circulariteit al vanaf 1979 op een verkreukeld T-shirt.
In de lezenswaardige Beleidsverkenning circulaire economie in de bouw staat onder de kop ‘Sloop of renovatie?’ een beschouwing. Moet de bouw circulair worden door leegstaande bestaande gebouwen nieuwe bestemmingen te geven of is het beter om te slopen en functionele circulaire en duurzame nieuwe gebieden te creëren? Als student Architectuur werkt ik in 1983 bij Carel Weeber, onder andere aan de Zwarte Madonna in Den Haag. Nog geen 25 jaar later slopen ze dat gebouw.
De huidige tendens in de bouw lijkt gericht op renovatie. Voor sommigen is dit een goed voorbeeld van circulair bouwen. Anderen zien het juist als een grote bedreiging voor circulaire economie in de bouw. De slotconclusie is dat er instrumentarium zou moeten komen waarmee deze afweging kan worden gemaakt. En dan niet alleen op materialen, maar ook in samenhang de bruikbaarheid, de energiezuinigheid van het object en de complete levensduur.
Het goede nieuws is dat dit instrumentarium er is! Alweer een tijdje trouwens, want op 8 juni 2010 presenteerde ik de resultaten van een onderzoek met deze probleemstelling op de Provada. Een onderzoek in opdracht van wat nu RVO.nl is, uitgevoerd door W/E adviseurs met behulp van GPR Gebouw.
Bekijk de afbeelding op volledige grootte
De milieubelasting door energie- en materiaalgebruik van een bestaand kantoor bij verschillende keuzes in de exploitatie:
1. een pand in ongewijzigde vorm huren;
2. een pand na lichte renovatie huren;
3. een pand na ingrijpende renovatie huren;
4. een nieuwbouwpand huren & slopen bestaande pand;
5. een nieuwbouwpand huren & slopen bestaande pand na leegstand
Het kon toen dus al en het kan nu nog beter en vooral makkelijker. In 2010 was er expertise van ervaren onderzoekers voor nodig, zoals mijn collega David Anink. Inmiddels is GPR zo ver doorontwikkeld dat iedere gebruiker met enige kennis van zaken het kan.
Met de dit jaar geïntroduceerde Duurzaamheidsprestatie van Gebouwen (DPG) is het nu ook gemakkelijker om inzicht te krijgen in energie- en milieueffecten van ontwerpkeuzen. Het weglaten van zonnepanelen in de MPG-berekening omdat ze zo slecht scoren is niet meer nodig. De DPG laat zien dat toepassen van zonnepanelen tot een duurzamer resultaat leidt.
Bekijk de afbeelding op volledige grootte
Om de circulariteit van een gebouw te beoordelen gaan we een stap verder dan alleen kijken naar energie- en materiaalgebruik. Zonder kwaliteit is er sowieso geen sprake van een circulair gebouw, dus de aanwezigheid daarvan is een belangrijke parameter. Omdat gebouwen meestal lang mee moeten en kunnen gaan is het kunnen aanpassen van de gebruikskwaliteit aan veranderende wensen in de tijd een wezenlijke parameter voor circulariteit. Met de combinatie van enerzijds effecten van energie- en materiaalgebruik, en anderzijds kwaliteit en aanpasbaarheid hebben we een basis voor een methodiek om circulariteit meetbaar en bespreekbaar te maken. Een indicatie van de circulariteitscore van een gebouw is binnen handbereik. Binnenkort bericht ik u graag verder aan de hand van praktijkresultaten.
Directeur W/E adviseurs, W/E adviseurs