De EPN wordt 21: tijd om volwassen te worden!

Anders dan velen denken loopt de energieprestatienormering (EPN) niet op zijn laatste benen, maar is hard op weg om volwassen te worden. Van lelijk eendje naar een mooie zwaan, dat belooft wat. Resultaatgaranties, integratie van materiaalgebruik en oplossingen voor hoogstedelijke situaties bieden majeure verbeteringen. 

Binnenkort is het 21 jaar geleden dat de energieprestatie -normering (EPN) in Nederland werd ingevoerd. In plaats van deeleisen aan componenten kwamen er energieprestatie-eisen voor het gehele gebouw en twee bijbehorende bepalingsmethoden, één voor de utiliteitsbouw en één voor de woningbouw.

Bij het analyseren van de nieuwe Frisse Scholen Top 15 besefte ik hoe groot het succes van de EPN is. De eerste vier plaatsen in de Top 15 worden bezet door energieleverende scholen, de drie daarop volgende scholen zijn energieneutraal. Twee van deze scholen zijn inmiddels een jaar gemonitord en doen wat ze beloven. Het enige instrument van het ministerie dat echt werkt, concludeerde het PBL bij de evaluatie van het energiebeleid van BZK.

De Multifunctionele accommodatie ’t Hart van Oijen levert (veel) meer energie dan het gebouw zelf gebruikt

Het succes van de EPN is gebaseerd op drie elementen: continuïteit, level playing field en de stimulans voor innovaties. HR-glas, WKO, kunstlichtregeling; ze waren als innovatie minder snel geland in Nederland als ze niet waren gehonoreerd in de EPN. In de praktijk is gebleken dat de houdbaarheid van de EPN, ondanks een aantal beperkingen en tekortkomingen, veel langer is dan verwacht.

Hiaten nu invullen

Ik vind het hoog tijd om de belangrijkste drie hiaten aan te pakken, zodat de EPN na 21 jaar helemaal volwassen wordt als instrument om de CO2 belasting door gebouwen verder terug te dringen.

Het eerste hiaat dat mede dankzij de projecten uit de Topsector Energie anno 2016 invulbaar is, is het gebrek aan garanties. Ik wil de huidige EPN geen sjoemelsoftware noemen en ook de analogie met de witgoedlabeltesten klopt niet helemaal. Maar we kunnen er wel degelijk voor zorgen dat de EPN een bruikbare indicatie gaat geven voor het te verwachten energiegebruik van een woning of gebouw. Niks bouwen en wegwezen; het wordt bouwen en bijblijven totdat alles naar behoren functioneert. Uit de monitoring van nieuwe Frisse Scholen weten we dat gebouwen in feite pas na 2 á 3 jaar definitief kunnen worden opgeleverd. Dan pas zijn het gebouw en de installaties goed ingeregeld voor de gebruiker en alle restpunten opgelost. Op dat moment kunnen beheer en onderhoud worden overgenomen door een organisatie die de prestatiegaranties van de EPN overneemt.

In Culemborg Oost is de eerste school met een Nul op de Nota-garantie gerealiseerd

Materiaalgebruik telt ook mee

Nu het energiegebruik van nieuwbouw spectaculair daalt, wordt het tijd om het materiaalgebruik bij de berekeningen te betrekken. In zijn zeer lezenswaardige blog op deze site lichtte Harry Nieman recent dit aspect al toe. Op dit moment wordt namelijk een deel van de energiewinst teniet gedaan door het extra energiegebruik bij de productie en transport van de bouwmaterialen. Daarnaast hebben fabrikanten onvoldoende stimulans om producten te ontwikkelen met een lagere CO2-belasting. Het ontbreekt aan uitdaging én aan een level playing field. Ontwerpers worden niet gestimuleerd om echt integrale milieuafwegingen te maken. Daarvoor is een instrument nodig dat het energiegebruik in de bouwfase én de gebruiksfase berekend. De ingrediënten van een dergelijke methode zijn op dit moment voldoende aanwezig om in de praktijk proef mee te draaien.

Het door minister Kamp geopende Biobased huis op de Innovatie Expo 2016 in Amsterdam

Hoogstedelijk

Naast prestatiegarantie en materialen is er nog een derde hiaat in de huidige EPN: de regels schieten tekort voor hoogstedelijke situaties is. Gelet de lange voorbereidingstijd van deze complexe projecten is dit een urgent vraagstuk waarvoor we met alle betrokken partijen oplossingen en afspraken moeten ontwikkelen. Op deze locaties is grote energiewinst te halen door de potenties van de aanwezige bestaande bouw, renovatie en vervangende nieuwbouw te benutten.

Eind 2020 moet ons Bouwbesluit aangepast zijn aan nieuwe eisen uit Brussel. Dat geeft ons vier jaar de tijd om structurele verbeteringen te ontwikkelen en in de praktijk te beproeven, alvorens deze definitief vast te stellen en in te voeren. Geen tijd te verliezen: aan de slag!

Deel dit artikel

permalink

 

 

Meer door Hans Korbee