Vakantie inspiratie

Op de camping aan de Gleinkersee in Oostenrijk werd ik deze zomer door een mede-campinggast uitgenodigd om met hem de Seespitze te beklimmen; een pittige klim vlak bij de camping die voor zowel mijn als zijn jongste zoon een maatje te groot was. De volgende ochtend gingen we om 06.00 uur op pad, vrouwen en kinderen achterlatend. De volgende dag waren de rollen omgedraaid en bleef ik met mijn jongste zoon bij de tent zodat Aliët, mijn wederhelft, met mijn 2 oudste zoons de tocht kon maken.

Vijf uur aan de wandel met een onbekende leverde een geanimeerde uitwisseling op. Wytze Nauta bleek uit Amersfoort te komen en aldaar een pionier te zijn op het gebied van biologische stadslandbouw. Met zijn boerderij Eemstad heeft hij sinds een jaar enkele braakliggende stukken beoogde bouwgrond in en rond Vathorst in zijn beheer waarmee - door de stagnerende bouw - helemaal niets gebeurde.

Wytze heeft als boerenzoon uit Friesland de opleiding tot landbouwkundig ingenieur aan de WUR gevolgd en was jaren actief geweest aan het Louis Bolk Instituut, hèt adviesbureau in Nederland op het gebied van Biologische landbouw en veeteelt. Gepromoveerd op het fokken van biologische veerassen. Al lopende ging er een wereld voor me open van meer-doel kippen en koeien (sterkere rassen die niet alleen op explosieve groei of buitensporige melkproductie gefokt worden maar geschikt zijn voor zowel eieren / melk als vlees; sterker; minder vatbaar voor ziektes; gezonder. Een wereld van het trachten te stoppen van de verarming van de wereldwijde genenbank van de veestapel door het in stand houden van diversiteit in veerassen.

Risicomanagement
Vooral een kwestie van risicomanagement legde Wytze me uit: door wereldwijd eenzijdig op slechts enkele productieve rassen in te zetten die op slechts één eigenschap worden doorgefokt lopen we een gigantisch risico. Als er een ziekte uitbreekt of bepaald gebrek wordt doorgefokt kan dit een directe bedreiging zijn voor een groot deel van de voedselproductie.

Het is eigenlijk net als met eenzijdigheid en mono culturen in gebieds- en vastgoedontwikkeling: ontwikkel je grote mono functionele kantorenparken / bedrijfsterreinen / vinexwijken en verandert de vraag uit de markt dan zit er geen veerkracht meer in een gebied en heb je direct een onoplosbaar probleem. En de kwaliteit / leefbaarheid van dit soort gebieden en gebouwen is vaak vanaf het eerste gebruik al twijfelachtig.

Als biologisch vleeseter had ik de klok natuurlijk wel eens horen luiden, maar nu was ik op pad met iemand die wist waar de klepel hing. Al lopende kon hij het verhaal ook nog illustreren aan de hand van de verschillende rassen pinken (jonge koeien die nog niet gemolken hoeven te worden) die de Oostenrijkse boeren ’s zomers los in de bergen laten lopen. In de regio waar wij zaten in Oostenrijk was meer dan 60 procent van de landbouw en veeteelt van biologische oorsprong en de winkels hadden dan ook tot mijn vreugde een ruim en kwalitatief uitstekend en goed betaalbaar aanbod. Ook het camping restaurantje serveerde enkel biologisch vlees van onder andere de varkens die naast de camping in de wei liepen.

Prikkeling
Het advieswerk alleen gaf Wytze niet genoeg voldoening en de braakliggende grond in Amersfoort prikkelde zijn boerenhart: hier moest toch meer mee te doen zijn! Inmiddels worden in Vathorst biologische pompoenen, aardappels, suikermaïs en gerst geteeld midden tussen de nieuwbouwwoningen. In de eerste week na mijn vakantie ben ik direct maar eens onderweg van ons kantoor in Bunnik naar huis (Zwolle) in Amersfoort gaan kijken. Naast een voorraadje aardappels en fraaie pompoen leverde dat opnieuw een enthousiast gesprek op.

Wytze loopt tegen van alles aan; zowel positief als negatief: enthousiaste buurtbewoners, aandacht van de pers, vrijwilligers die helpen oogsten maar ook bouw en sloopafval in zijn akker en hardnekkige onkruiden die door jarenlange verwaarlozing van de grond niet zomaar uitgebannen zijn – voorlopig een lage productie dus; want een biologisch boer gebruikt geen chemische bestrijdingsmiddelen. Ook opvallend is de rol van de gemeente: enerzijds enthousiast pleitbezorger van stadslandbouw.

Aangezien de kosten van het onderhoud van die braakliggende grond bij de gemeente liggen is het ook een direct voordeel dat Wytze de zorg voor de grond overneemt – een kleine vergoeding voor de stadsboer ter compensatie van de lage productie zit er echter niet in. Daarnaast zijn gemeente en ontwikkelende partners bang zijn dat ze nooit meer van die biologische boer afkomen en daarom willen ze liever niet dat het initiatief een collectief karakter krijgt met deelnemende buurtbewoners. Die zouden toch eens ontdekken dat deze groene activiteit in hun leefomgeving veel toegevoegde waarde heeft… een enge gedachte natuurlijk als je nog met de droom leeft dat de draad van het verder ontwikkelen van vastgoed in het gebied na de crisis weer direct zal worden opgepakt.  

Wytze pakt rustig door en heeft de oogst van dit jaar inmiddels binnen. Een goede standaard regeling voor tijdelijke landbouw in gebieden met een stagnerende ontwikkeling (daar hebben we er wel een paar van in Nederland!) zou kunnen helpen meer van dit soort initiatieven van de grond te helpen. We spraken af snel opnieuw af te spreken om hier met enkele anderen eens over door te denken. Tot zover mijn vakantie inspiratie; wordt vervolgd…

Deel dit artikel

permalink

 

 

Meer door Maarten Epema