Wie in cirkels denkt wordt beloond

Circulaire economie: modewoord of noodzaak? Ik denk vooral dat we ons geen betere businesscase kunnen wensen. Enkele voorlopers laten dit al zien. Deze week spreek ik over het onderwerp op het congres van Duurzaam Gebouwd. Daarom alvast een klein voorproefje.

Denken in kringlopen in plaats van een eindige levenscyclus. Zorgen dat onze producten, diensten, organisaties en zeker ook onze gebouwen waarde toevoegen aan de omgeving. Het is alweer zeven jaar geleden dat ik Michael Braungart hierover interviewde voor mijn boek Duurzaam ontwikkelen… een wereldkans. Toen al vertelde hij over het behoud van grondstoffen en hoe onze economie circulair zou worden. In de tussentijd heeft die boodschap een grote groep mensen bereikt. Enkele voorlopers laten zien dat het meest succesvolle bedrijfsmodel in de economie van morgen is gebaseerd op circulair denken en waardecreatie.

Oog voor de technische kant…
Het gesprek spitst zich vooral toe op de technische kant van de zaak. Terecht, want zoals ik in een eerdere blog al aangaf: onze gebouwde omgeving bevat waardevolle grondstoffen, al dan niet geschikt voor hoogwaardig hergebruik. Steeds vaker wordt nu ook vastgoed gebouwd, herontwikkeld of gerenoveerd, gebaseerd op tijdelijk vruchtgebruik van grondstoffen. In de gebouwde omgeving zie ik prachtige voorbeelden. Denk aan het Turntoo-concept van Thomas Rau, waarbij alle gebruikte materialen eigendom blijven van de producent / leverancier. De gebruiker betaalt niet meer voor het bezit, maar voor het gebruik. Geen lampen, maar lichturen bijvoorbeeld. Bij de bouw van het nieuwe gemeentehuis van het Gelderse Brummen is dit concept prachtig toegepast.

…en voor de mens
Toch is dat een stukje uit de puzzel. Circulair denken is ook waarde toevoegen aan de gebouwde omgeving voor wie erin verblijft. Stedenkundige en socioloog Richard Florida gelooft dat de aantrekkelijkheid van stedelijke regio’s wordt bepaald door het feit dat de meest talentvolle mensen er willen wonen. Een basisvoorwaarde daarbij is dat de leefomgeving schoon, uitdagend en inspirerend moet zijn. Gebouwen die echt iets toevoegen aan de omgeving – en dus faciliterend zijn aan de gebruiker – voldoen aan die voorwaarde. Een aantal koplopers in het commerciële vastgoed weet zeer sterk in te spelen op deze trend. Zij ontwikkelen vastgoed dat flexibel, veranderbaar en comfortabel is en zoeken hiervoor steeds vaker de samenwerking op met huurders en andere betrokkenen.

Creatie van Favourite meeting places
Neem bijvoorbeeld vastgoedbelegger Corio. Zij ontwikkelen geen winkelcentra meer, maar creëren Favourite meeting places. Bijvoorbeeld bij de metamorfose van winkelcentrum Hoog Catharijne. Hier moet het winkelcentrum een organisch onderdeel van de binnenstad worden; meer onderdeel van de gemeenschap. Ook Bouwinvest gaat voor intensieve samenwerking met de gebruikers van hun (kantoor)vastgoed. Bijvoorbeeld door op het thema energie – aan de hand van het speciaal ontwikkelde energielabel voor kantoorvastgoed – het gesprek aan te gaan met de huurders. Eventuele maatregelen dragen dan niet alleen bij aan de verduurzaming van het pand en de waarde van de portefeuille, maar vooral ook aan de business van de huurder.

Kiezen voor samenhang
De milieutechnische, financiële en menselijke kant zijn in de circulaire economie onlosmakelijk aan elkaar verbonden. Het verduurzamen van onze gebouwde omgeving vraagt dus om een integrale benadering. En vooral om samenwerken: met producenten, architecten én met de gebruikers. Vroeger kon je in je eentje excelleren. Nu en in de toekomst word je alleen nog beloond als je een winnend team samen weet te stellen.

Tekst: Anne-Marie Rakhorst

Deel dit artikel

permalink

 

 

Meer door Anne-Marie Rakhorst