Blinde vlek

Jaap Wiedenhoff brengt blinde vlekken aan het licht.

De blinde vlek van iemand anders
Bij Nieuwsuur was er een geweldig voorbeeld te zien van een blinde vlek. In het programma ontstond een discussie of het toelaatbaar is om patiënten af te luisteren als ze bij een arts een privé-gesprek hebben.

De heren Mulder en Oerlemans hadden volledig een blinde vlek voor het feit dat het niet ging om het uitzenden maar om het proces waarop de beelden verkregen werden.

Hoe de interviewster het ook probeerde het drong niet tot de heren door dat het niet ging om wel of geen zorgvuldigheid bij het uitzenden van de opnamen; maar dat de crux zat in de wijze waarop de opnamen verkregen werden. Namelijk door structureel met iedere patiënt mee te kijken en te luisteren via verborgen camera’s en microfoons.

De duurzame vlek
Hebben wij als gezamenlijke duurzaamheidsexperts, deskundigen en gelovigen nu ook zo’n blinde vlek? Ik denk het eerlijk gezegd wel, na de discussie over duurzaamheid als greenwash voor onnodige nieuwbouw zien we nu nog steeds dat duurzaamheid op het gebouw en niet op de leefomgeving richt.

Daarnaast wordt er in het discours rond duurzaamheid onzorgvuldig met wetenschappelijke terminologie omgegaan wat de geloofwaardigheid niet ten goed komt. Het meest stuitende voorbeeld hiervan is het aantal malen dat er op congressen en in artikelen gesproken wordt over het opraken van energie; de eerste hoofdwet van de thermodynamica stelt echter dat energie gecreëerd nog vernietigd kan worden.

Wat je nu ziet is een klassiek patroon waarin de maarschappij zich af keert van duurzaamheid en als reactie daarop gaan we nog harder roepen dat duurzaamheid toch echt heel belangrijk is. Nu is duurzaamheid in zichzelf zo’n generieke term dat dat moeilijk te bestrijden zal zijn, wel is het interessant om te analyseren of duurzaamheid zoals we die nu meestal benadert wordt (energie, water, materiaal en CO2) wel echt  relevant is.

We hebben weliswaar met gereedschappen als Breeam de suggestie gewekt het breder te trekken maar de werkelijkheid van de praktijk is dat duurzaamheid nog steeds over energie, materialen, water en CO2 lijkt te gaan.

Merites
Duurzaamheid gaat dus, in ieder geval zo lijkt het vooral over CO2, energie, materiaal en water. Is dat terecht? Nee, op z’n wetenschappelijke merites beoordeelt is dat volslagen onterecht.

CO2
De vraag is wat duurzaamheid en CO2 met elkaar te maken hebben. CO2 zorgt voor klimaatverandering; echter sinds wanneer is verandering onduurzaam? Afgezien van de inherente menselijke angst voor verandering.

Energie
Zolang de eerste wet van de thermodynamica geldig is, kan energie dus ook geen duurzaamheidprobleem zijn. Toegegeven… op termijn kunnen fossiele brandstof wel opraken, maar dat is geen energetisch probleem dat is een economisch en technologisch probleem.

Materiaal
Duurzaam materiaal gebruik is eenvoudig; het gaat hier zonder uitzondering over een technisch/economisch probleem. Voor zover bekend is er geen materiaal waarvan er principieel te weinig is, economisch of soms zelfs technische winbaarheid is nog niet altijd opgelost. IJzer, aluminium, zink en titanium horen bijvoorbeeld tot de meest voorkomende elementen op aarde.

Water
Hiervoor geldt nog meer dan voor bovenstaande: een tekort is er niet en zal er ook niet komen; de plaatsen waar het beschikbaar is veranderen en daar zullen we ons als mensen misschien moeten aanpassen.

Duurzaamheid
Heel kort door de bocht is duurzaamheid zoals we die nu bedrijven dus feitelijk een combinatie van ecologisch, sociaal en economisch conservatisme. Degene die nu op de ‘goede’ plaatsen op aarde wonen willen niet graag dat dit verandert, we willen niet veel meer voor energie en materialen gaan betalen en feitelijk willen we dus de huidige welvaartsverdeling op aarde wel graag in stand houden.

Economisch
Economie lijkt de blinde vlek van de duurzaamheid; immers wat wij proberen te presenteren als uitputting van de aarde is in werkelijkheid alleen een economisch probleem.

We hebben - kort door de bocht maar niet principieel fout - vastgesteld dat uitputting van bronnen of klimaatverandering geen wetenschappelijke en dus maatschappelijk houdbare reden is voor duurzaamheid.

Een gebrek aan natuurlijke hulpbronnen of de gevreesde gevolgen van klimaatverandering zijn voornamelijk economisch van aard. Wanneer we onze redeneringen, taalgebruik en uitgangspunten bereid zijn aan te passen aan deze werkelijkheid dan zal blijken dat wat we inhoudelijk aan het doen zijn nog helemaal zo gek niet is.

Alleen het verhaal waarom doen we het en hoe vertellen we het de rest is de afgelopen jaren door Powerpoint duurzaamheid, ‘one liner’ boeken en greenwashing een beetje van de werkelijkheid afgedwaald en dat beginnen de anderen nu te zien.

Hoe moet het dan, hoor ik u denken. Ik denk dat gewoon met beide benen op de grond moeten blijven staan.Wanneer we activiteiten ontplooien (en dus enthropie verlagen) laten we dit dan zo doen dat we beginnen met een maatschappelijk vraag zo goed effectief mogelijk in te vullen en dit vervolgens op een zo efficiënt mogelijk te doen met de beschikbare economische (korte termijn) en ecologische (economisch op lange termijn) bronnen.

Het aardige is dat dit precies dat betekend wat we met duurzaamheid willen bereiken, alleen dan zonder de blinde vlek voor de werkelijkheid waarin we leven.

Jaap Wiedenhoff
Directeur Arup Nederland

Deel dit artikel

permalink

 

 

Meer door Jaap Wiedenhoff