Paul van Bergen
directeur DGMR, DGMR
Auteur: Paul van Bergen
In de serie ‘De Eeuw van de Stad’ van de VPRO geven 7 duurzaam gebouwd-experts hun visie op de duurzame stad. Dit keer Paul van Bergen van DGMR. Dit artikel is tevens te lezen op: http://weblogs.hollanddoc.nl/deeeuwvandestad/.
Met de stad als een veilig toevluchtsoord neemt ook de zorg over onze toekomstige energievoorziening toe. Als steden groeien en als de welvaart toeneemt blijkt ook het gebruik van energie en de uitstoot van broeikasgassen een lineair verband te vertonen .
Tegenwoordig weten we dat onze atmosfeer niet meer in staat is die uitstoot op te nemen en de roep om een minder CO2 belastende oftewel duurzame energievoorziening is hiermee een feit. Maar wat betekent een duurzame energievoorziening nu eigenlijk?
Soorten energie
Duurzame energie is energie waarover de mensheid voor onbeperkte tijd kan beschikken en waarbij, door gebruik ervan, het leefmilieu en de toekomstige generaties niet worden benadeeld. Duurzame energie wordt dan ook vaak hernieuwbare energie genoemd. V
Vormen van duurzame energie zijn bijvoorbeeld geothermische energie (warmte uit de aardbodem of de opslag van warmte en koude), zonne-energie (de winning van warmte en omzetting van zonne-energie in elektrische energie), windenergie (windturbines), energie uit water (hydro-elektrische waterkracht maar ook getijden- en golfslagenergie) en natuurlijk bio-energie.
Die laatste vorm van duurzame energie maakt gebruik van het verbranden of vergisten van gewassen of van het omzetten van biomassa rechtstreeks in benzine, diesel of gas. Wordt bij het gebruik van de zon, wind, water of bij geothermie geen CO2 als afvalproduct geproduceerd, bij het gebruik van biomassa wordt altijd CO2 uitgestoten die in principe weer opgenomen wordt door de fotosynthese van de toekomstige biomassa. In die zin is biomassa een CO2-neutrale brandstof . De andere vormen van duurzame energie zijn CO2-vrije vormen van energie en dus te verkiezen vóór het gebruik van biomassa.
Opwekking
Als we kijken naar de opwekking van duurzame elektriciteit in Nederland, dan wordt bijna 4% van onze totale hoeveelheid elektriciteit opwekte door CO2-neutrale biomassa en nog eens 3,5 % door CO2-vrije duurzame bronnen (totale duurzame aandeel in de elektriciteitsproductie is in NL dus 7,5%). Die 3,5% CO2-vrije elektriciteitsproductie is net zoveel als de productie van (CO2-vrije) kernenergie door de centrale in Borssele!
Duurzame energie moet dan ook een veel grotere rol in de energievoorziening van onze steden gaan spelen. Een wens die gedeeld wordt in vele Nederlandse steden, want de initiatieven van gemeenten om in 2020, 2025, 2030, 2040 of 2050 …… klimaat- of energie- of CO2-neutraal te zijn, zijn niet meer bij te houden. Ambities in overvloed, maar er wordt er wel voldoende nagedacht over de consequenties van die ambities?
Duurzaam oogsten
In een stad hebben we behoefte aan energie, waarbij die behoefte is op te splitsen in een behoefte
aan warmte om te verwarmen, koude om te koelen en elektriciteit om al onze apparaten en systemen te laten functioneren. Duurzame energie moeten we kunnen oogsten: bijvoorbeeld warmte en elektriciteit vanaf daken, warmte vanaf het wegdek, afvalwarmte van de biomassa centrale, koude vanuit de rivier en het grondwater, elektriciteit vanaf het zonnepanelen bos etc.
Dat vraagt ruimte in en om de stad en bij de planning van nieuwe infrastructuur of nieuwe bebouwing moet het kunnen oogsten van duurzame energie een verplicht onderdeel van het ontwerp zijn. Een enkel zonnepaneel op een dak leidt niet tot een CO2-neutrale energievoorziening.
Als bijvoorbeeld Amsterdam zijn totale elektriciteitsbehoefte volledig met zonnepanelen zou willen opwekken, dan is circa 35 km2 aan zonnepanelen nodig, dat is 15% van het totale oppervlakte van Amsterdam! Ontwerp dus in en om de stad echte energie oogstgebieden! Een nieuwe vorm van landbouw.
Nieuwe structuren
Om die behoefte aan duurzame warmte-, koude- en elektriciteit aan iedereen te kunnen aanbieden moet een structuur en infrastructuur ontwikkeld worden om de vormen van duurzame energie uit te wisselen, te structuren en te organiseren.
De opgewekte en geoogste warmte-, koude en elektriciteit moeten in separate netwerken naar en van onze woningen en bedrijven worden gebracht, we kunnen hierop energie up- en downloaden al naar gelang onze behoefte. Distributie van warmte- en koude via kleinschalige locale netwerken, distributie van groene elektriciteit via het centrale open elektriciteitsnetwerk. Net als onze riool- en kabelaansluiting, krijgt iedere gebruiker van een duurzame stad een aansluiting op het warmte-/koude- en het groene elektriciteitsnet. Dat vraagt een principiële wijziging in de manier waarop onze energieproductie, -distributie, -opslag en afrekening gaat plaatsvinden.
Investeringen
De investeringen die hiervoor nodig zijn moeten we met zijn allen opbrengen en zijn noodzakelijk voor het behoudt van onze leefomgeving en welvaart. Een CO2-neutrale energievoorziening is een teken van beschaving en kan niet gebaseerd worden op bedrijfseconomische criteria zoals te behalen korte termijn terugverdientijden.
Duurzame energie voor een duurzame stad vraagt niet om nog meer individuele gemeentelijke ambities maar om een centraal deltaplan ‘energie voor de stad’ en vraagt vooral om regie!
Auteur: Ir. P.J. van Bergen
directeur DGMR, DGMR