En wij praten lekker door...

En wij praten lekker door...

Geopolitiek draait steeds meer om grondstoffen. Wereldleiders vechten erom, markten schudden op hun grondvesten. En wij in Nederland? Wij praten lekker door...

Donderdag 20 februari 2025 was ik bij het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) voor de presentatie van het ICER 2025-rapport, de tweejaarlijkse rapportage over de stand van zaken van de transitie naar een circulaire economie in Nederland. Mijn focus: de circulaire gebouwde omgeving. En eerlijk? Ik dacht altijd dat we het stadium van ‘overtuigen’ voorbij waren. Maar daar moet ik helaas op terugkomen.

Stel je voor: een zaal met 150 professionals die met circulariteit bezig zijn. En als terloops wordt gezegd dat we de doelen voor 2030 niet halen worden de schouders opgehaald. Serieus? Ik was flabbergasted. Waar is ons gevoel van urgentie?

Blijkbaar ben ik niet de enige die zich hierover opwindt. Marco Hekkert (directeur PBL) en Ed Nijpels staken hun frustratie niet onder stoelen of banken. We wéten al jaren wat er moet gebeuren. We praten er alleen nog steeds te veel over, in plaats van het te dóén.

Over dóén gesproken: Ed Nijpels sprak uit dat hij verontrust is door het eeuwige excuus dat ‘meer draagvlak nodig is’ om stappen te zetten. Maar draagvlak vereist moed. Zoals een andere spreker treffend zei: ‘Moed moet!’

Crisis? Of lekker business as usual?

Het ICER 2025-rapport zoomt ook specifiek in op de woningbouwopgave en raakt een pijnlijk punt: de warmtetransitie en circulariteit werken elkaar nu eerder tegen dan dat ze elkaar versterken.

Een goed voorbeeld? Isolatie. We moeten massaal isoleren om de warmtetransitie mogelijk te maken, maar circulaire isolatiematerialen zijn duurder en beperkt beschikbaar. Dus kiezen we voor minder duurzame alternatieven. Winst op korte termijn, verlies op lange termijn.

Zolang de ministeries niet samenwerken aan een integrale aanpak voor de circulaire gebouwde omgeving, blijft circulariteit bijzaak. De enorme investeringen die de komende jaren worden gedaan in woningbouw en verduurzaming zijn een kans – als we circulariteit direct meenemen. Anders verspillen we kostbare grondstoffen en blijft de transitie stilstaan.

Wanneer wordt circulariteit nu écht geïntegreerd in deze investeringen? Als we nu de juiste keuzes maken, besparen we gigantische hoeveelheden grondstoffen – op korte én lange termijn. Maar dan moet er wél regie komen. Nu. Niet straks.

De circulaire paradox

Guido Braam vatte het treffend samen: “We kijken niet naar de wedstrijd, maar naar de analyses van de analisten van de wedstrijd. We spreken over ‘versnellershuizen’, ‘sturingsmodellen’, ‘transitieteams’ en ‘beleidsinstrumenten’, maar niet over de spelregels.”

Waar blijven de rode en gele kaarten? Waar blijven de doelpunten?

Waarom nog steeds geen directe regelgeving die opdrachtgevers en ondernemers écht dwingt circulair te bouwen? Alle gebouwen die we vandaag bouwen, verduurzamen of renoveren, staan er in 2050 nog steeds. En dan moeten we 100% circulair zijn. Dus waarom wachten?

Wat NU te doen?

De circulair gebouwde omgeving in 2050 realiseren is haalbaar. Maar dan moeten we naar mijn mening in elk geval de volgende 3 dingen doen:

  1. Circulair slopen en hoogwaardig hergebruik verplichten.
  2. Bij nieuwbouw, renovatie of verduurzamen van gebouwen: verplicht het gebruik van circulaire producten.
  3. 0% btw op circulaire producten en extra toeslag op lineaire producten.

Open doel

Als sector hebben we een kans voor open doel. Schieten we raak?

We gaan deze wedstrijd niet alleen analyseren, maar écht spelen. Samen! Want circulariteit wordt niet gewonnen in beleidsdocumenten, maar in de praktijk.

Tekst: Wietse Walinga

Deel dit artikel

permalink