Nul uitstoot vóór 2050: dát is de ambitie die Dura Vermeer voor ogen heeft en waar hard aan wordt gewerkt. Deze visie vraagt om actie, niet alleen binnen de eigen organisatie, maar júist in de hele keten. En wel om een belangrijke reden: elke generatie verdient een leefbare toekomst. Dat hangt af van de keuzes die we vandaag maken.
Nilgün Kinsiz, tender- en duurzaamheidsmanager bij Dura Vermeer Bouw Hengelo, nam de partners van Cirkelstad Deventer-Apeldoorn mee in hoe Dura Vermeer werkt aan die stip op de horizon. Door er niet slechts over te praten, maar het juist ook echt te doen. Met concrete acties samen met alle collega’s en ketenpartners. “Deze gezamenlijke aanpak is niet alleen inspirerend, maar ook noodzakelijk. Door alle betrokkenen mee te nemen in het proces, creëren we een breed draagvlak en stimuleren we innovatie. Elke stap die we zetten, hoe klein ook, telt op naar nul uitstoot,” aldus Nilgün.
Het Goede Doen
“De grote uitdagingen van vandaag maken het duidelijk: het woonlandschap moet radicaal veranderen. Dit is onze wake-up call,” benadrukt Nilgün. “Het draait om de balans tussen mens en aarde. Het Goede Doen fungeert als een maatschappelijk kompas, waarmee we wereldwijde megatrends en uitdagingen vertalen naar onze eigen invloedsfeer. Zo maken we impactvolle keuzes die zowel de mens als onze planeet ten goede komen.”
Nilgün Kinsiz: "Deze gezamenlijke aanpak is niet alleen inspirerend, maar ook noodzakelijk."
Raakvlakken
Het Nieuwe Normaal van Cirkelstad heeft veel raakvlakken met de strategische pijler ‘aarde koesteren’ van Het Goede Doen. Dura Vermeer verstrekt deze pijler met haar duurzaamheidsstrategie ‘Op naar Net Zero’, waarbij de eerste stip op de horizon is om in 2030 een CO2-reductie van 50 procent ten opzichte van 2022 te realiseren, met als einddoel nul uitstoot vóór 2050.
De grootste CO2-uitdaging voor Dura Vermeer ligt in scope 3, waar maar liefst 96 procent van de uitstoot vandaan komt. Dit betreft emissies uit bronnen die niet in bezit zijn van Dura Vermeer. Duurzame materiaalkeuzes kunnen hier een groot verschil maken. Ongeveer 37 procent van onze CO2-uitstoot in scope 3 komt voort uit de toegepaste materialen. Nilgün: “Het Nieuwe Normaal wordt steeds meer door opdrachtgevers omarmd. En dat is belangrijk, want wanneer de markt erom vraagt, kunnen wij met onze duurzame concepten ook opschalen.”
Hoe integreer je Het Nieuwe Normaal binnen woonconcepten? “We willen de betaalbaarheid behouden, terwijl we tegelijkertijd toewerken naar een duurzaam concept. Een landelijk kernteam is druk bezig met het onderzoeken van optimalisatievoorstellen op materiaalniveau. Met deze duurzaamheidsopties voldoen we aan de gewenste indicatoren van Het Nieuwe Normaal zoals MPG, materiaalgebonden CO2-uitstoot en opslag, herkomst van materialen en losmaakbaarheid. Uiteraard met aandacht voor betaalbaarheid,” legt Nilgün uit.
“Het is cruciaal om voortdurend te schaven aan diverse materiaalkeuzes. Voor grote woningen en schuine daken zijn relatief eenvoudige oplossingen te vinden, maar platte daken met betonconstructies blijven een uitdaging. Een extra complicatie: de vijfjarige geldigheid van producten in de Nationale Milieudatabase (NMD). Dit vraagt om een constante aanpassing en vooruitdenken,” vervolgt Nilgün.
Duurzame woonconcepten
Dura Vermeer werkt met vier duurzame concepten: PCS Pro grondgebonden en gestapeld (beton), Aer (100% circulair) en Blokje Om en Blokje Op (houtbouw grondgebonden en optoppen). PCS Pro grondgebonden heeft door het gebruik van CO2-arm beton al een CO2-reductie van meer dan 25% op de casco’s. Het nieuwste concept Aer heeft een CO2-reductie van 55 procent en is de meest duurzame woning in het assortiment van Dura Vermeer. Elk gebouw heeft zijn eigen CO2-uitdagingen.
“Het is cruciaal om voortdurend te schaven aan diverse materiaalkeuzes. Voor grote woningen en schuine daken zijn relatief eenvoudige oplossingen te vinden, maar platte daken met betonconstructies blijven een uitdaging. Een extra complicatie: de vijfjarige geldigheid van producten in de Nationale Milieudatabase (NMD). Dit vraagt om een constante aanpassing en vooruitdenken,” vervolgt Nilgün.
Nilgün laat zien dat elk type gebouw, van woningen tot zorggebouwen, zijn eigen unieke CO2-uitdagingen heeft. De gemeenschappelijke factor hierin is de constructie. “Bij zorggebouwen is het cruciaal om verder te kijken dan alleen de betonconstructie. Aandacht voor installaties en afbouw maakt hier al een wereld van verschil. Neem bijvoorbeeld de metal-stud wanden. Hier ligt een mooie kans om met duurzame alternatieven voor gips een aanzienlijke CO2-reductie te realiseren. Door de materiaalgebonden emissies te analyseren en ons te richten op de top tien CO2-uitstotende materialen, kunnen we echt impact maken!” legt Nilgün uit.
CO2-budget en materialentafels
Elke werkmaatschappij van Dura Vermeer heeft een eigen routekaart, met jaarlijkse CO2-budgetten. Nilgün: “Dit geeft niet alleen ruimte voor maatwerk, maar stimuleert ook eigenaarschap en betrokkenheid. Tegelijkertijd werken we landelijk aan een uniform proces en zijn er Materialentafels. De Materialentafels, bestaande uit multidisciplinaire teams, helpen bij strategische beleidsbeslissingen, op basis van het beschikbare CO2-budget.”
Dialoog over innovatie en certificering
Op de vraag van David van Duffelen van Circq of al de materialen al een certificaat hebben, antwoordt Nilgün: “Ja en nee. We zijn gericht op innovatie, maar we kunnen niet altijd alle risico’s zelf dragen bij elk project. We bespreken de risico’s met klanten en kiezen samen acceptabele opties, ook voor niet-gecertificeerde materialen. Tegelijkertijd zoeken we naar praktische manieren om effectief te blijven werken, binnen de kaders van diverse regelgeving. Voor de CO2-berekeningen is de data uit de Nationale Milieu Database (NMD) leidend.”
Breed delen en verbinden voor duurzame impact
Ook Marie-Louise Gasseling van Circle Motion was erg enthousiast over de aanpak die tijdens de Community of Practice werd gepresenteerd. “We hebben geen experts nodig, maar expertise. Daarom willen we verbinders, die net zoals jij dit thema verder kunnen brengen.” Op haar vraag hoe Nilgün dit op zo’n veilige wijze kon neerzetten binnen Dura Vermeer, antwoordde ze: “Dankzij de ruimte die de directie biedt, kan ik impactvol werken. En ‘Op Naar Net Zero’ wordt op alle niveaus binnen onze organisatie serieus genomen. Daarnaast houd ik alles praktisch en concreet. Dit verstrekt onze samenwerking en helpt ons gezamenlijk doel te bereiken.”
Herkenning
Op de vraag of de andere aanwezige bouwers ook op deze wijze met dit thema bezig zijn antwoorde Arjan van het Hul van Ter Steege Groep: “Wij werken ook breed aan onze duurzame doelstellingen richting 2030. Dit doen wij aan de hand van de BCI, wat niet altijd even makkelijk is. Een woningconcept doorrekeningen gaat wel, maar utiliteitsbouw is veel lastiger. Binnen onze concepten werken wij samen met vaste partners. Hiermee bouwen we samen aan de concepten. Doordat wij geen fabriek hebben zijn we wendbaar als het om maatwerk gaat.”
Bij Van Wijnen worden er naast een aantal concepten ook veel huizen geleverd die uit hun eigen fabriek komen. Peter Cents van Van Wijnen: “Wij hebben alle expertise in huis gehaald. Wij maken een product, anderen maken concepten, dus dat is anders. Ons product is 100 procent gebaseerd op betaalbaarheid. Voor prefab elementen hebben we bijvoorbeeld al wel ervaring met polymeerbeton. Het lastige is alleen dat dit soort innovaties nog niet passen in het huidige bouwbesluit.”
De deelnemers aan de sessie werken vanuit diverse insteken aan circulariteit. Om dit te stimuleren is kennisdeling van groot belang. Door contact op te nemen met Eric Kouters of Carmen Oude Wesselink ontdek je meer over de mogelijkheden van Cirkelstad Deventer-Apeldoorn.