De waarde van kennisdeling wordt nog wel eens onderschat, zeker als we kijken naar het invullen van de Klimaatdoelstellingen. Door te innoveren, pionieren en lef te tonen, versnelt de bouw- en vastgoedsector om deadlines te halen. Rijksvastgoedbedrijf is een van de partijen die op de Klimaattop GO 2024 inzichten deelt: we horen van adviseur duurzaamheid en technisch manager Babette Korevaar over de maximale integrale duurzaamheidsambitie van het Rijksvastgoedbedrijf en leren hoe zich dit in de praktijk manifesteert.
De Klimaattop GO brengt twee dagen lang publieke en private partijen bij elkaar. Waarom is de Klimaattop GO voor jullie belangrijk?
Enerzijds willen we onze brede expertise delen over belangrijke onderwerpen als energietransitie, klimaatadaptatie, natuurinclusief en circulair bouwen. Die thema’s sluiten direct aan op de programmaonderdelen en het rapport ‘Op weg naar CO2-neutraal’ van de Klimaattop GO. Anderzijds vinden we de verbinding met marktpartijen belangrijk, we hebben hen tenslotte keihard nodig. Het is belangrijk om samenwerkingen op te zoeken, kennis te delen en onder andere innovaties toe te passen.
Jullie hebben als Rijksorganisatie veel volume in gebouwen en daarmee een forse impact die jullie kunnen maken. Wat willen jullie laten zien op de Klimaattop?
We hebben een voorbeeldpositie voor heel Nederland en daarvan willen we concrete voorbeelden geven. Dat doen we bijvoorbeeld door te laten zien hoe we met het Programma Groene Innovaties werken, door te experimenteren, leren en op te schalen om bij te dragen aan duurzame transities. Niet alleen op het vlak van energie en CO2-reductie, maar ook rondom klimaatadaptatie, natuurinclusief en circulair bouwen. We laten op de Klimaattop voorbeelden hiervan zien en illustreren hoe duurzame marktontwikkelingen vormkrijgen in onze projecten.
De routekaart verduurzamen laat zien dat jullie in breed perspectief naar duurzaamheid kijken. Hoe vertalen jullie de integrale kijk op verduurzaming naar uitvragen?
De routekaart geeft inzicht in onder andere de standaard eisen en gunningscriteria, op verschillende thema’s. Ondertussen zijn we zo’n anderhalf jaar met deze kaart onderweg, maar we leren nog dagelijks bij over de kaders en de eisen die we kunnen stellen. We vragen functioneel uit, maar de oplossingen en innovaties zoeken we in de markt. Dat zie ik als een mooie ontwikkeling, om de markt uit te dagen, actief te betrekken en van elkaar te leren.
Ondertussen zijn er mooie projecten gerealiseerd, waaraan we eerder op Duurzaam Gebouwd aandacht besteedden. Zoals Kantoor vol Afval, een kantoorrenovatie die de ambitie van 50 procent secundaire materialen voorbijraast. Zijn er meer voorbeelden?
We kunnen ondertussen een diversiteit aan projecten noemen, elk met eigen uitdagingen. Zo toonden we bij een monumentaal pand in het westen van het land aan dat zonnepanelen op het dak installeren mogelijk is. Het verduurzamen van dergelijk vastgoed wordt vaak als complex gezien. Het vraagt een goede voorbereiding en soms wat puzzelwerk. Maar wij zien het ook als onze rol om het goede voorbeeld te geven, te laten zien dat het wél kan en dat het maatschappelijk rendement brengt.
In dit voorbeeld keken we goed naar de herkomst van zonnepanelen en maakten we een ISV (inkoop sociale voorwaarden)-analyse. We verdiepten ons onder andere in risico’s in de keten van de zonnepanelen en maakten op basis hiervan bewuste keuzes voor een leverancier. Onlangs is hiervoor ook het ISV convenant Energie getekend door de Rijksoverheid, waarbij een ketenanalyse op zonnepanelen de standaard is in ieder project.
Babette Korevaar: "We laten op de Klimaattop voorbeelden zien en illustreren hoe duurzame marktontwikkelingen vormkrijgen in onze projecten."
We proberen altijd de verbinding te maken tussen verschillende onderwerpen, om maximale waarde toe te voegen aan projecten. Door op verschillende onderwerpen in te zetten realiseren we een reductie van de uitstoot van schadelijke broeikasgassen en geven we invulling aan onze maatschappelijke verantwoordelijkheid, door ook te kijken naar het sociale aspect rondom de productie. Dit bewijst dat je altijd verder moet kijken dan alleen energie. Transparantie in de keten is belangrijk!
Hoe ziet die uitdaging eruit bij gebiedsontwikkeling?
Een goed voorbeeld daarvan is de aanpak van de verduurzaming van een grote defensielocatie in het noordwesten van het land. Hier hebben we te maken met het gebruik van een enorme hoeveelheid aardgas. Er liggen hier vanzelfsprekend kansen, kijkende naar de doelstellingen om in 2050 CO2-neutraal en aardgasvrij te zijn. Met onze grote afname en door initiatieven op gang te brengen kunnen we aanjager zijn in gebiedsoplossingen. Door hier in de toekomst aan de slag te gaan met geothermie, starten we de ontwikkeling naar energieneutraliteit.
Dat brengt veel winst op verschillende vlakken met zich mee, óók voor partijen die je in eerste instantie niet voor ogen hebt. Door onze participatie maken we het mogelijk om geothermie rendabel te maken in dit gebied, waarmee deze duurzame bron ook beschikbaar komt voor de stad.
Je gaf al wat voorbeelden van hoe thema’s aan elkaar gekoppeld kunnen worden. Kunnen ze elkaar ook bijten?
Dat kan zeker, bijvoorbeeld de klassieke tegenstelling tussen milieu-impact [MPG, red.] en energie [BENG, red.]. Daar is een optimum te bereiken en we blijven dit integraal benaderen, ook al is dit soms uitdagend. We merken ook dat er in sommige situaties veel mogelijkheden tot verbindingen tussen onderwerpen zijn en in andere minder. Hier is het altijd goed zoeken naar balans.
We richten ons daarbij nooit helemaal op één thema, maar bekijken duurzaamheid integraal. En als blijkt dat er duidelijke uitdagingen zijn bij de aanpak van een onderwerp, dan kijken we goed naar onderwerpen die we wél kunnen invullen. Daarmee compenseren we. Een voorbeeld: als je ziet dat je bijzonder weinig dakoppervlakte hebt om zonnepanelen neer te leggen en in de knoop komt met je energieambities, dan zoeken we de oplossing in innovatie, gebiedsontwikkeling en meer doen op de andere duurzaamheidsthema’s, om te gaan voor maximale integrale duurzaamheid.
Welk onderwerp mag wat jou betreft met grote letters op de agenda en het programma komen van de Klimaattop GO 2024?
Dat is het thema circulariteit, waarin we nog echt grote stappen moeten maken als sector. Hiervoor moeten we vooral bewustzijn creëren dat we op een andere manier met materialen moeten omgaan, ook waar dit nu minder voor de hand ligt. Circulair bouwen met hergebruikte materialen is een gedachtegoed dat nog ontwikkeld moet worden. Tot slot: een onderwerp dat nu nog vaak wordt ondergesneeuwd, maar niet minder belangrijk is, is circulaire installaties. We zijn benieuwd naar de stappen die hierin gezet worden, want de impact die we hiermee kunnen maken, is duidelijk [tot 50 procent van de milieu-impact van een gebouw, red.].
We gaan over naar een andere stem: senior projectmanager Mark Dunnebacke van Rijksvastgoedbedrijf vult aan en vertelt Duurzaam Gebouwd over hoe goede voorbeelden kunnen inspireren om duurzaamheid in de gebouwde omgeving te versnellen.
Kun je een inspirerend voorbeeld noemen van verduurzaming?
Een goed voorbeeld is het rijkskantoor Mandemaat in Assen. Het Rijksvastgoedbedrijf besloot om van Mandemaat 3 een pilotproject te maken voor de routekaart verduurzamen vastgoed. Het doel is om met concrete maatregelen de weg te wijzen naar circulair, biobased, natuurinclusief, klimaatadaptief, CO2-neutraal en fossielvrij vastgoed in 2050.
Hoe verliep de aanbesteding voor het project?
De aanbesteding voor dit project was erg positief. We hadden de peiler gezet op 95 procent emissieloos bouwen. Al het bewijs wijst erop dat dit gaat lukken en dat in een volgend project zelfs 100 procent haalbaar is.
Mark Dunnebacke: "Het doel is om met concrete maatregelen de weg te wijzen naar circulair, biobased, natuurinclusief, klimaatadaptief, CO2-neutraal en fossielvrij vastgoed in 2050."
Waarom is kennisdeling op de Klimaattop GO 2024 voor jou belangrijk?
Je krijgt niet vaak de kans om uitgebreid te praten over de haalbaarheid van doelstellingen en nieuwe ontwikkelingen. Ook data en de ‘echte’ kosten van duurzaamheid zijn een belangrijk onderwerp op de Klimaattop. Inzicht en bijdragen omtrent gegevens en data van bestaande projecten is iets wat mij ook erg interesseert. Specifiek over de ‘echte’ kosten van bepaalde initiatieven. Is bijvoorbeeld een ‘nieuw’ maar duurzaam product duurzamer dan een ‘circulair’ initiatief? Die vraag moeten we ons durven stellen.