Provincies, gemeente, corporaties en bouwers geven aan dat er jaarlijks minstens 100.000 nieuwe woningen moeten worden gebouwd. Twaalf partijen maakten onderling afspraken over hoe dat doel bereikt kan worden. Ze vroegen tijdens de Woontop in Den Haag aan politieke partijen om dit initiatief daadkrachtig te steunen.
Op dit moment wordt de bouw dat aantal woningen nog niet gehaald. Integendeel: er zijn in 2023 minder nieuwbouwwoningen opgeleverd dan in 2022. Redenen zijn onder andere gestegen bouwkosten, rente en overheidsbeleid, maar ook uitloop op vergunningstrajecten. Martin van Rijn, voorzitter Aedes: “Veel vertraging ontstaat bij de planvorming. We moeten de krachten van marktpartijen, corporaties en overheden bundelen.”
Versnelling
Dat betekent niet meer op elkaar wachten, maar gelijktijdig aan de slag. “En in gemeenten de inwoners vroegtijdig bij de plannen betrekken.” Om vertraging van woningbouwplannen door bezwaarprocedures terug te dringen pleiten de partijen voor aanpassing van wetgeving, het versterken van de capaciteit van de Raad van State en het zwaarder laten wegen van het belang van woningzoekenden.
Oproep tot praktische en financiële rijkssteun
De partijen willen aansluiten bij de maatschappelijke vraag om een derde van de 100.000 woningen in de sociale sector te realiseren en een derde voor de middeninkomens. Dat kan alleen als het Rijk jaarlijks een financiële bijdrage levert van drie tot vijf miljard euro. Tobias Verhoeven, bestuurslid NEPROM en directeur ontwikkelaar Synchroon: “Die gelden zijn ook nodig om infrastructuur naar de nieuwe woongebieden aan te leggen, voor investeringen in de natuur en in klimaatadaptieve maatregelen in en nabij de nieuwe woongebieden. We doen daarom een klemmend beroep op het Rijk om de noodzakelijke randvoorwaarden te vervullen, want zonder praktische en financiële ondersteuning op korte, middellange en lange termijn is het niet mogelijk om de benodigde aantallen woningen in de gewenste kwaliteit te realiseren.”
Sneller en goedkoper bouwen
De partijen hebben afgesproken om industriële woningbouw te bevorderen en eisen ten aanzien van nieuwbouw te uniformeren, omdat alleen daarmee sneller, goedkoper en vooral ook duurzamer gebouwd kan worden. De partijen beklemtonen dat juist daardoor gevarieerde en prettige woongebieden gerealiseerd kunnen worden. ‘Industriële woningbouw kan een vliegwiel zijn. Zeker als overheden hun eisen aan nieuwe en betaalbare woningen op landelijk niveau standaardiseren. Zodoende kan innovatie en technologische vernieuwing in de sector aangejaagd worden, zodat de woningbouw versneld aan de hoogste eisen van duurzaamheid voldoet’, beargumenteren de partijen.
Voortgang bewaken
De partijen hebben afgesproken samen met het Rijk een monitoringssysteem te ontwikkelen dat inzicht geeft over wat waar gebouwd moet worden en waarin de voortgang van elk woningbouwplan in Nederland nauwkeurig bewaakt wordt. Wethouder Hein de Haan namens VNG-commissie Ruimte, Wonen en Mobiliteit: “Provincies, gemeenten, corporaties en ontwikkelaars gaan hun gegevens bundelen. Met behulp van dit systeem worden vertragingen eerder zichtbaar en kunnen belemmeringen sneller achterhaald en opgelost worden.”
Ondertekenaars Uitvoeringsagenda Wonen
De partners van de Uitvoeringsagenda Wonen zijn gecommitteerd om gezamenlijk tot het uiterste te gaan. Ze zetten de eigen belangen opzij om versneld naar 100.000 woningen per jaar te gaan zodat een passende woonplek voor alle Nederlanders vanzelfsprekend wordt. Ze doen een klemmend beroep op het Rijk om met hen samen te werken en structureel financiële middelen beschikbaar te stellen.
Op deze pagina bekijk je de Uitvoeringsagenda Wonen. Ook lees je hier welke partijen er exact betrokken zijn bij dit initiatief.