Sinds dit voorjaar loopt de installatiemarkt in polonaise richting 2026. Dat is immers het jaar waarin cv-installaties alleen nog door duurzame alternatieven mogen worden vervangen. En daarbij noemt de overheid de hybride warmtepomp als dé standaard. Dat levert de sector naar verwachting veel extra werk op, waarbij wel de vraag rijst of de all-electric weg - in plaats van 'hybride' - niet veel meer moeten worden gepropageerd.
Het is Frank Agterberg, voorzitter van de Vereniging Warmtepompen, die in een publicatie op Warmte365.nl oppert “dat we niet moeten nalaten om de mogelijkheden van de all-electric warmtepomp te verkennen. We moeten het spoor van de all-electric verder uitwerken, wellicht door te stimuleren - of misschien wel verplichten - dat de hybride warmtepomp nu al all-electric ready wordt gebouwd.”
Hybride
De discussie over de exacte toekomst van de warmtepomp woedde ook tijdens het recente Congres Warmtepompen, waar Arthur van Schayk, topman van Remeha, voorspelde dat er in de toekomst een combinatie van systemen zal overblijven (hybride en all-electric). Daarbij kunnen de hybride apparaten in de toekomst ook gevoed worden door bijvoorbeeld groengas. Zijn collega van Panasonic, William van Driel, vindt echter dat de tussenstap via hybride de verduurzaming vertraagt en pleit ervoor meteen over te stappen naar all-electric.
Op Warmte365.nl krijgt Van Schayk bijval van Kornelis Blok, professor energiesysteemanalyse aan de TU Delft en IPCC-auteur: “We moeten natuurlijk streven naar zo elektrisch mogelijk, maar ik denk dat het juist een voordeel kan zijn dat de hybride warmtepomp makkelijk kan terugschakelen naar andere energiebronnen. Nu is dat nog aardgas, maar straks is dat groene waterstof of groen gas. Daarnaast geeft het mensen een extra geruststelling dat de cv-ketel nog als oplossing in nood kan dienen.”
Elektrisch
De vraag naar de optimale oplossing in de markt van warmtepompen wordt gevoed door marktontwikkelingen en door de eisen uit het Klimaatakkoord. In de analyse van Jan de Wit in het genoemde artikel schat Dutch New Energy Research dat “zonder verandering in marktontwikkeling er slechts 700.000 warmtepompeninstallaties in de bestaande bouw zullen zijn tegen die tijd (2030; red.). Daarvan zal slechts een gedeelte hybride zijn.” Als Nederland zich niet wil stuk staren op 2030, zal het ook nu moeten blijven streven naar een zo elektrisch mogelijke verduurzaming van de gebouwde omgeving, aldus de analyse op Warmte365.nl.
Een ander voorbehoud ten aanzien van de hybride warmtepomp, zo schrijft Warmte 365, kwam onlangs van Maxine Tillij, directeur strategie energiesysteem op het ministerie van Economische Zaken en Klimaat. Hij zei “dat om in 2050 te kunnen beschikken over een klimaatneutraal energiesysteem, deze in 2040 eigenlijk al klaar moet zijn. De gemiddelde levensduur van een warmtepomp is, mits goed onderhouden, zo’n vijftien tot twintig jaar. Veel warmtepompen die nu worden geïnstalleerd zullen dus nog draaien wanneer het klimaatneutrale energiesysteem al zo goed als af moet zijn. Hoe verstandig is het dan om met de hybride warmtepomp een tussenstap te introduceren?”
Ook de Nederlandse Vereniging Duurzame Energie is kritisch over de hybride warmtepomp, aldus Agterberg. De ontwikkelingen “leunen te veel naar één deeltechniek, waardoor de all-electric warmtepomp opzij wordt gezet. Het verhaal moet volgens mij zijn dat we nu naar hybride bewegen, daarna naar all-electric. De stap naar een hybride warmtepomp moet een bewuste stap zijn in een groter plan richting volledig aardgasvrij.”
Installatietijd
Een ander belangrijk onderwerp ten aanzien van warmtepompen is de capaciteit van de markt. Naast het opleiden van voldoende werknemers wordt daarbij nadrukkelijk gekeken naar het verkorten van de installatietijd van een warmtepomp. Het halveren van die tijd is cruciaal om voldoende te kunnen opschalen.
In een tweede analyse van Jan de Wit (Warmte365.nl) wordt het Actieplan hybride warmtepompen opgevoerd. Daarin is benoemd dat installatiebedrijven en fabrikanten proberen de “benodigde arbeidstijd voor installatie van de hybride warmtepomp terug te brengen naar één werkdag”. Dat betekent in de praktijk dat twee monteurs niet twee, maar één dag (16 uur) bezig zijn met het installeren en in bedrijf stellen van zowel de gasketel als de hybride warmtepomp.
‘Het is mogelijk’
Volgens Doekle Terpstra (voorzitter Nederland Techniek) is dat laatste op sommige plekken al werkelijkheid. “Nu gaat het erom dat straks álle bedrijven de benodigde arbeidstijd kunnen halveren. Wij gaan daarvoor slimme hulpmiddelen ter beschikking stellen aan onze leden”, zegt Terpstra. Doel is om daarmee bedrijfsprocessen en werkmethoden te verbeteren. “Tegelijkertijd gaan we samen met de fabrikanten werken aan warmtepompen die eenvoudiger te installeren zijn. Ook daarmee kunnen we de arbeidstijd terugdringen.”
Lees nu de complete artikelen over de all-electric warmtepomp en over de installatietijd van warmtepompen op Warmte365.nl.
Foto: Shutterstock