Wat wordt dé oplossing in de energietransitie?

Met duizenden te renoveren woningen in het verschiet, dient zich een ingewikkelde uitdaging aan. Kiezen we nog één keer voor een cv-ketel, komt er een hybride variant of warmtepomp, óf een andere ontwikkeling die het overdenken waard is? “Het wordt tijd dat er meer aandacht komt voor alternatieven en de kennisdeling hieromtrent wordt vergroot.”

Digitaal aangeschoven zijn diverse experts: Paul van Uum van Welnu Verwarming en Henk Oostenbrugge en Henk Holterman van Stid055, die de infraroodtechniek de afgelopen jaren zagen ontpoppen tot een volwaardig alternatief voor de invulling van de energietransitie. Toen Van Uum zijn bedrijf in 2012 begon, bestond infraroodverwarming al een tijdje, maar een belangrijke ontbrekende schakel was de warmteopbrengst. Daarin zijn stappen gezet, zodat de techniek voldoende ontwikkeld was om toegepast te worden in onder andere kantoren, bedrijfshallen en woningen.  Proef op de som vormde de kritische blik van de agrarische sector, waar Welnu aan levert. “De agrarische sector is een interessante leerschool, want boeren zijn kritische klanten”, geeft Van Uum aan. “Zij laten van zich horen op het moment dat een oplossing niet aan scherpe eisen voldoet en aan de hand van die waardevolle feedback konden we onze oplossingen verbeteren.”

Afscheid van aardgas

De overtuiging dat de techniek rondom infraroodverwarming is uitgekristalliseerd, was er ook al langere tijd voor naamgenoten Holterman en Oostenbrugge van Stid055. “We willen gemeenten, particulieren, bedrijven en partijen als Verenigingen van Eigenaren (VvE’s) kennis over verduurzaming aanreiken, zonder dat met een winstoogmerk te doen”, vertelt Oostenbrugge.

Ook collega Henk Holterman zet zich in om de energietransitie te versnellen. “De grootste uitdaging die we voor onze voeten hebben liggen, is die van de bestaande bouw. Er zijn in Nederland meer dan 7 miljoen woningen die onder het mes moeten en daar worden oplossingsrichtingen voor bedacht, mede in het kader van de warmtetransitievisies die iedere gemeente uitbrengt en de Renovatieversneller die beoogt de samenwerking tussen corporaties te verstevigen.”

De diversiteit aan routes voor de energietransitie is enorm, met opties voor groen gas, waterstof, warmtenetten en warmtepompen. Overkoepelend doel is het energieneutraal maken van de omgeving, het verlagen van de CO2-uitstoot naar een minimumniveau en het afscheid nemen van het aardgas, een fossiele brandstof die nu al niet meer mag worden toegepast in nieuwbouw.

“Bestaande woningen hebben twee grote vraagstukken om in te vullen. Allereerst moet er warm tapwater worden gegenereerd en er is vanzelfsprekend verwarming nodig. Ga je als woningcorporatie namelijk op zoek naar betaalbare alternatieven voor centrale verwarming, loop je tegen een investeringsmuur op. Tegelijkertijd weten we dat de tijd dringt om duurzaamheidsmaatregelen door te voeren en staan er 500.000 woningen per jaar in de rij voor een renovatie. Daar moeten we iets mee.”

Trias Energetica en warmtevoorziening

Die hoeveelheden woningen komen niet allemaal in aanmerking voor een warmtepomp. Daarnaast zijn er, afhankelijk van het gebied, niet altijd kansen voor de aanleg en toepassing van warmtenetten. “Het aandeel dat warmtepanelen kunnen hebben in deze transitie wordt onderschat, evenals de impact die ze kunnen maken om grote aantallen woningen van het gas af te helpen.”

Voor veel partijen is de oplossing nog relatief onbekend en daarmee is er een groeiende kennisbehoefte. “Daar zie ik een kans, want de warmtepanelen van vroeger staan wellicht nog in het geheugen gegrift. Vroeger konden deze panelen niet genoeg verwarmingsvermogen leveren om als hoofdverwarming te dienen in woningen. Tegenwoordig is dat veel beter mogelijk.”

“Allereerst is isolatie van belang om de warmtevraag zoveel mogelijk te beperken, denk aan de Trias Energetica. Vervolgens buig je je over de grootte en het vermogen van het paneel. Een woning uit de jaren 30 kun je eenvoudig voorzien van panelen, maar dan heb je wel 80 watt per vierkante meter nodig. Ook de woningen die in mindere mate van isolatie zijn voorzien, kun je van het gas af halen. Een warme jas voor een hoger rendement heeft echter de voorkeur.”

Om de energie-efficiëntie van infraroodverwarming te duiden, werd door Thuisbaas een onderzoek opgezet naar het energieverbruik vóór en na het plaatsen van warmtepanelen. De gegevens van veertien woningen en appartementen werden vergeleken. “Daaruit bleek dat na de toepassing van de infraroodpanelen het energieverbruik met de helft was afgenomen. De jaarlijkse besparing op de energierekening voor de bewoners kwam daarmee uit op € 300. Uit het onderzoek blijkt verder dat diverse bewoners het comfort verbeterd vinden na de aanleg van de panelen en dat diverse bewoners bewuster zijn gaan verwarmen per ruimte.”

Beter onder de aandacht

Het drietal deelt de kennis over het uitkristalliseren van de techniek en de resultaten van het onderzoek waar mogelijk, om de route naar verduurzaming met infraroodverwarming beter onder de aandacht te krijgen. Essentieel is nog het betrekken van de installatiesector in het geheel.
“Nu zien we vooral nog dat de installatiewereld aan de slag is met cv en warmtepompen. De trainingen die deze vakmensen volgen zijn vooral gericht op de lucht/waterwarmtepomp of de hybride variant. Tegelijkertijd zien we dat er vooroplopende installateurs zijn die kennis hebben en uitdragen over de warmte en het comfort dat een warmtepaneel levert.”

Om die doelgroep te ondersteunen in het verduurzamen, was een grotere vormvrijheid van panelen wenselijk. “Naast de vaste maten is er een vraag naar andersoortige designs en meer flexibiliteit. Dat kan bijvoorbeeld gaan over afwijkende afmetingen, maar ook over meer warmtevoorziening: die wens kan wel variëren van 80 tot 1150 watt.”

Dergelijke vorminnovaties, doorontwikkeling en kennisdeling hieromheen zijn belangrijke factoren om infraroodverwarming feller in de schijnwerpers te zetten. Een andere essentiële component is het laten zien en ervaren van de techniek. “Zo merkten we in diverse projecten dat consumenten die de warmtepanelen mogen testen, ze niet meer kwijt willen. Die overtuiging krijg je alleen op het moment dat je de techniek en de warmte aan den lijve hebt ondervonden. Daarom zorgden we bijvoorbeeld bij de renovatie van een appartementencomplex dat bewoners eerst een tijdje een warmtepaneel in gebruik konden nemen, zodat ze hun mening erover konden geven.”

Een laatste pijler en uitdaging waarop is ingezet, is de besturing. “Dat wil je natuurlijk op een moderne manier doen, met een app. Als je je huis slim maakt, dan kun je elke ruimte op iedere gewenste temperatuur instellen en besparing realiseren. Je merkt dat consumenten hier enthousiast van worden, vooral als blijkt dat de bediening kinderlijk eenvoudig is.”

De combinatie van al deze elementen moet ervoor zorgen dat de techniek in Nederland een belangrijkere positie inneemt in de energietransitie, want in combinatie met zonnepanelen en in het ideale geval ook nog een batterij, is een infraroodpaneel een duurzame oplossing.
“Als Nederland voorop wil lopen in verduurzaming, is het essentieel om ook kennis te nemen van de technologie van infraroodverwarming. Daar ligt ook een belangrijke uitdaging voor de markt.”

Tekst: Marvin van Kempen; foto's Welnu Verwarming

Deel dit artikel

permalink