Duurzaamheid kent na jarenlange ontwikkeling inmiddels een aantal meetmethoden. Bijna 20 jaar geleden ingezet door onder andere Rijksvastgoedbedrijf en DGMR met Greencalc, waarin naast energie ook materiaal- en watergebruik werd gekwantificeerd.
Deze 3 thema’s zijn verder verbreed met duurzaamheidscertificaten als GPR en BREEAM, waarbij het behalen van de hoogste score steeds meer een wedstrijd is geworden. Het plafond is aangetikt door The Edge met BREEAM Outstanding.
Meer aandacht voor beheer en onderhoud
We zien nog steeds dat de focus vooral op energie ligt, met Nul-op-de-Meter (NOM) en energieneutrale of zelfs energieleverende gebouwen tot gevolg. Tussen theorie en praktijk ligt nog wel een gat, maar meer aandacht voor beheer en onderhoud, monitoring en een bewuste gebruiker kan de komende jaren het verschil maken.
Bewust materiaalgebruik
De oorspronkelijk 80/20-verhouding van energie versus materialen draait daarmee om. Materiaalgebruik wordt de volgende stap om de milieubelasting omlaag te brengen. Met de groeiende wereldbevolking en de schaarste aan materialen is dat geen hobby meer, maar een must. Ook op gebouwniveau zijn er al genoeg goede initiatieven. Denk aan Cradle-to-Cradle (C2C)-principes bij BSH Hoofddorp (Park 20|20) en bij NIOO-KNAW Wageningen of aan de biobased toepassingen bij de renovatie van de monumentale Potgieterschool in Amsterdam.
Wel certificaat, geen score
C2C is wel op producten toe te passen en levert een certificaat op, maar daar hangt geen score aan. Het is zwart of wit, terwijl de ene toepassing toch echt beter kan zijn dan de andere. En op gebouwniveau is het nog niet mogelijk om alle producten C2C te krijgen. Daarnaast kan de bevestiging aan andere materialen via verlijming of een andere onscheidbare manier een product waardeloos maken.
Nieuwe dimensie, hetzelfde principe
De circulaire economie is nu trending topic. Dit voegt een nieuwe dimensie toe aan de materialendiscussie. Er worden bijvoorbeeld andere eigendomsprincipes geïntroduceerd, waarbij materialen eigendom blijven van de producent. Het principe blijft echter hetzelfde: hergebruik van gebouwen waar mogelijk, duurzaam produceren en recycling optimaliseren door demontabele producten toe te passen. Maar ook nog steeds het ontwerpen van goede en slimme gebouwen qua architectuur en binnenklimaat. Gebouwen die flexibel zijn en lang meegaan, waardoor verspilling en/of sloop niet nodig is.
Databases met materialen
Is hergebruik eigenlijk meetbaar? Hoe vergelijk je deze appels en peren? Meten is weten, maar daarvoor moet nog wel een goede meetmethode worden ontwikkeld. Aan circulair bouwen hangt geen score, terwijl gerecyclede vloerbedekking natuurlijk veel minder impact op het milieu heeft dan een hergebruikte betonvloer. Met de MPG (materialen- of milieuprestatie) zet de overheid koers richting een materiaaleis in de nieuwe Omgevingswet in 2018-2019, opvolger van de huidige vrijblijvende vraag in het Bouwbesluit.
Concepten en materialen vergelijken
Daarmee is er nu een tool om materialen en concepten te vergelijken, ook gebruikt voor MAT1 in BREEAM. Een database vol met materialen en LCA-scores voor de hele levensduur van een gebouw is beschikbaar, maar complete producten kwantificeren op milieu-impact inclusief terugname en recycling of upcycling is nog best lastig. Die informatie is nu beperkt beschikbaar. Producenten kunnen inmiddels wel een specifiek product invoegen, inclusief de voordelen van het aandeel hergebruikt materiaal en het gebruik van duurzame energie voor de productie. Met de Green Deal Scholen analyseren we voorbeeldprojecten, zoals Schravenlant Lyceum. We stellen grondstoffenpaspoorten op en zetten de stap vooruit. DGMR koppelt de praktijkervaring uit de afgelopen 20 jaar aan een uitgebreider materialenmodel, zodat we aan de hand van MPG 2.0 straks ook producten met elkaar kunnen vergelijken. Daarmee zijn we er nog niet. Circulariteit is (nog) niet goed meetbaar, maar de ontwikkelingen gaan snel.
Gezond verstand
Daarnaast blijft het ook een kwestie van gezond verstand en een goede afweging. Om samen met ontwerpteam en gebruiker tot een prettig, gezond, mooi en circulair gebouw te komen en duurzaam om te gaan met onze planeet en de materialen.
Auteur Gertjan Verbaan is senior adviseur duurzame leefomgeving bij DGMR.