Projectplanning en een persoonlijke aanpak bij bewonerscommunicatie vormen de belangrijkste succesfactoren voor Nul-op-de-Meter (NOM) realisaties. De Stroomversnelling-woningen die er staan, inspireren de sector om verder te innoveren. “Maar we kunnen nog veel groter denken, bijvoorbeeld door van Nederland een blue zone [plaats waar mensen langer en gezonder leven, red.] te maken.”
“NoM is niet zomaar iets dat techneuten hebben verzonnen. Het is onze drive om naar non-fossiel te gaan en aan de klimaatdoelstellingen te voldoen”, trapt moderator en voorzitter Stroomversnelling Leen van Dijke af bij ingenieursbureau Dubotechniek in Zaltbommel. “Het is niet meer sexy om door te gaan met gas en daar hebben we gelukkig nu concrete regelgeving over gekregen, bijvoorbeeld door cv-aansluitingen niet langer verplicht te stellen en te bewegen naar all-electric.”
Meer dan som der delen
In Nederland zijn 7 miljoen huishoudens rijp voor de renovatie, naar NoM en volledig gevoed door elektriciteit. “Bij die projecten bied je pas toegevoegde waarde als je niet alleen een goede schil hebt, maar ook goed luchtdicht bouwt en een warmteterugwin-installatie toepast”, vindt consultant Rudy Grevers van Alklima / Mitsubishi Electric. Een warmtepomp kan een belangrijk element zijn om een comfortabel binnenklimaat te bereiken. “Met de duurzame energie die je opwekt, kun je je installaties voeden en het hele jaar door een fijn en gezond milieu in het huis creëren.” Veel NoM-realisaties kennen een industrieel bouwproces, waarbij prefab elementen in een geconditioneerde omgeving worden klaargestoomd. “De Stroomversnelling heeft het proces van bouwers verandert.” Daarnaast wordt monitoring belangrijker. “We krijgen het verzoek om op basis van data een prestatiegarantie te geven. We willen exact weten wat de energievraag is gedurende een jaar, zodat we hierop kunnen inspelen.”
Met de duurzame energie die je opwekt, kun je je installaties voeden en het hele jaar door een fijn en gezond milieu in het huis creëren'
Rudy Grevers, Alklima
Het belang van een goede, luchtdichte schil is ook algemeen directeur Hans Mascini van Strikolith niet ontgaan. “Net zo belangrijk is de esthetiek. We praten veel over techniek, maar denken we voldoende na over hoe ons werk eruit komt te zien?” De leverancier van gevelafwerkingen weet wat een fraaie vormgeving met een bewoner kan doen. “Natuurlijk is gevelisolatie niet alleen voor het oog, het is een effectief middel om het energieverlies van woningen de das om te doen.”
Het belang van comfort
De Nederlandse vastgoedvoorraad kent veel woningen die in de jaren 50 tot en met 70 uit de grond zijn gestampt. “Niet altijd de eenvoudigste exemplaren om naar het niveau Nul-op-de-Meter te krijgen”, geeft Mascini toe. “Een goede schilrenovatie met krachtige installaties biedt hier uitkomst. Het is veel beter om een huis van buiten te isoleren dan van binnen en ik acht gevelisolatie noodzakelijk voor toekomstbestendige woningen.”
Een woning met goede gevelisolatie en kwaliteitsinstallaties kan rekenen op een comfortabel binnenklimaat. “Dat is voor een bewoner ontzettend belangrijk”, weet eigenaar Hans van Vucht van Centrum voor Woononderzoek. “Uit bevragingen van bewoners van NoM-woningen blijkt dat zij het niet gewend zijn dat het overal in de woning lekker op temperatuur is. Daarnaast willen ze zelf sturing kunnen geven en zich niet laten leiden door een systeem. Ze willen zelf ramen open kunnen zetten en het liefst zelf het onderhoud van de installaties verzorgen.” Vaak geldt bewonerscommunicatie als een belangrijke pijler om een project te doen slagen. “Toch is niet de communicatie het meest belangrijk maar de planning”, meent Van Vucht. “Criticasters raden een NoM-realisatie niet af vanwege het product, maar vanwege het proces. Neem daarom de bewoner mee in dit proces en peil hoe het gaat. Stuur op een persoonlijke aanpak”, geeft hij de ruim honderd aanwezigen mee als advies.
Gebouwde omgeving als medicijn
Na een korte pauze grijpt hoofd acquisitie en innovatie Onno Dwars van VolkerWessels Vastgoed de aandacht met een pleidooi om van Nederland een 'blue zone' te maken. “We gaan naar BENG en gasloos, maar ik daag iedereen uit om groter te denken. Groter dan het project waar je mee bezig bent, om bewuster te worden van waarde en waardeloosheid.” In zijn onlangs gepubliceerde expertpost ‘Levenslabel’ vertelde hij al over de verlaagde levensverwachting van Amsterdammers als gevolg van de vervuilde omgeving waarin zij leven. “We moeten zelf een zone maken waar mensen veel ouder worden. De gebouwde omgeving heeft de potentie om het beste medicijn te worden. Als je de keuze hebt tussen 2 huizen, waarbij je in de ene 5 jaar langer leeft, dan is je beslissing snel gemaakt.”
Niet de communicatie is het belangrijkst, maar de planning'
Hans van Vucht, Centrum voor Woononderzoek
Om de gebouwde omgeving healing te maken zoals Dwars ambieert, is het nodige werk nodig. Voor veel partijen is financiële ondersteuning noodzakelijk om de handtekening onder een project te krijgen. “Diverse middelen zoals een groenfinanciering en een investeringsapp brengen een verduurzaming dichterbij”, legt commercieel directeur Zuid-Oost Nederland Rob Konings van ING uit.
Het portfolio van de bank bestaat voor 12,6 % uit groen gefinancierd vastgoed. “Dat is een beperkte hoeveelheid. Onze uitdaging ligt daarom in het overtuigen van klanten. We moeten ze verleiden om met ons vijf stappenplan naar verduurzaming aan de slag te gaan.” Een van de stappen is het aanbieden van een app. “In samenwerking met CFP bieden we deze aan, waarbij een klant direct de investeringsmogelijkheden voor duurzaamheid ziet. Daarbij worden ook de labelsprong en de te nemen acties vermeld. Wanneer het een investering van meer dan € 15.000 betreft, krijgt hij een gratis BREEAM of energiescan.”
Split incentive blijft uitdaging
Vanaf 2023 mag een kantoor geen slechter label dan C. “Dat is een goede ontwikkeling, maar we boksen nog op tegen diverse uitdagingen”, laat Konings weten. “Een grote is de split incentive. De eigenaar doet de investering, terwijl de huurder het voordeel heeft. Het is zaak dat we duurzaamheid beter terugzien in de waardering van gebouwen en dat eigenaren op een waardeverhoging kunnen rekenen bij duurzamer vastgoed.” Met ook de financieringskant belicht eindigt het seminar. “Ik daag u allen uit om bij te dragen aan een veranderend speelveld”, sluit Van Dijke af. “Maak omgevingen waarin u zelf ook wilt wonen en leven. Denk groter en daag uzelf en uw organisatie uit om niet achter te blijven maar mee te gaan in een versnelling.”