'Beëindig de jacht op label B' - deel 2

De Nederlandse woningcorporaties en haar huurders kampen met een groot probleem: het verduurzamen en energiezuinig maken van de 2,4 miljoen sociale huurwoningen verloopt veel te traag.

Het ziet ernaar uit dat de afgesproken doelstellingen van het Convenant Energiebesparing Huursector en het Nationaal Energie Akkoord niet worden gehaald. En dat gaat intussen niet alleen meer over de 2020-doelstellingen, maar steeds meer over de hoogstnoodzakelijke ontwikkeling naar energieneutraal in 2050. “Het is 5 voor 12. Tijd dus voor radicaal andere strategieën en nieuwe stippen op de horizon”, aldus Aedes- en Nederlandse Woonbond-veteraan René van Genugten. In dit tweede deel van een interview licht Van Genugten toe hoe nieuwe strategieën voor woningcorporaties eruitzien.

Energieneutraliteit klinkt mooi, maar is dit voorlopig te moeilijk en te duur om te realiseren? Van Genugten: “Net als iedereen heb ik geen kristallen bol, maar toch weet ik een paar dingen vrij zeker. Tegen de achtergrond van het urgente klimaatprobleem en de energietransitie die al gaande is, gaat de woningvoorraad naar fossielvrij. In Nederland betekent dit vooral dat de gasaansluiting vroeg of laat uit de woning verdwijnt, misschien zelfs veel sneller dan we nu denken. Als je hier verder over nadenkt, gaat de hele bestaande woningvoorraad dus naar all-electric of electric met duurzame warmte. Meer smaken zijn er eigenlijk niet. Dat is dan meteen de stip op de horizon die je moet zetten om tot goede strategieën te komen om te zorgen dat je investeert in de goede dingen. En gezien de beperkte middelen kan je je geen verkeerde stappen permitteren.”

Maar komt dat wel van de grond? “Jazeker! Gelukkig is een aantal corporaties samen met de ‘markt’ van ontwikkelaars, bouwers en installateurs al héél goed bezig. Kijk maar naar de Stroomversnelling, waarmee de sprong naar Nul-op-de-Meter en energieneutraal vandaag al gemaakt wordt. Nu gaat het nog grotendeels om eengezinswoningen, maar de eerste gestapelde NOM-portiekflat is al opgeleverd en er wordt keihard gewerkt aan haalbare NOM-concepten voor echte hoogbouw.”

Om de energiebesparingsdoelstellingen te halen moeten corporaties dus veel gaan investeren in energierenovaties. Kan dat allemaal wel en waar halen we het geld vandaan? Van Genugten: “Het mooie is dat het geld er voor een belangrijk deel al is. Corporaties steken jaarlijks zo’n 7 miljard in de kwaliteit van hun woningbezit, waarvan 3 mld aan onderhoud en 4 mld aan kwaliteitsverbetering. Dat zal in grote lijnen niet erg veranderen. Me dunkt een aardig bedrag, maar het komt erop aan dat je goed nadenkt over hoe je deze middelen inzet. Met andere woorden, je moet bijvoorbeeld ophouden met het klakkeloos uitvoeren van de meerjaren-onderhoudsplanning, stoppen met “verketelen” en stoppen met Label B- renovaties. Dit vraagstuk hoort bij die nieuwe strategieën waar ik het over heb. En daarbij vergt de energietransitie van de sociale huursector dat veel meer woningen in hoger tempo ingrijpender worden verbeterd. Op industriële schaal dus, waarbij schaalvoordelen kunnen, ja zelfs moeten worden benut om het financieel haalbaar te maken en voor huurders betaalbaar te houden. Dat is ook een van de basisgedachten achter de Stroomversnelling.

Gouden kansen voor de markt

Wat kan de markt voor de woningcorporaties en de huurders betekenen? Want veel aanbieders lijken wel eens te denken dat er weinig eer aan die sector te behalen valt. Van Genugten: “Hier hebben Duurzaam Gebouwd-partners zelf een belangrijke sleutel in handen. Want het gaat alleen lukken als (consortia van) ontwikkelaars, bouwers, installateurs en industrie geïntegreerde renovatieconcepten kunnen aanbieden tegen véél lagere prijzen dan we gewend zijn. Cruciaal daarbij is ook dat deze nieuwe producten met prestatiegaranties worden aangeboden. Ik realiseer me drommels goed dat dit ook heel veel van de markt vraagt, zelfs een complete reshuffle van het marktmodel en een wezenlijk andere relatie tussen opdrachtgever en opdrachtnemer. Maar als deze handschoen goed wordt opgepakt, is er de komende 2 à 3 decennia volop werk aan de winkel”, vertelt Van Genugten. “Dan hebben we binnenkort nieuwe kansrijke strategieën om de transitie naar energieneutrale, comfortabele èn betaalbare sociale huurwoningen succesvol te realiseren.”

Deel dit artikel

permalink