Auteur: Bas Hasselaar
Als mij de vraag zou worden gesteld (en die heb ik mezelf vaak genoeg gesteld): "Hoe ziet het ideale ventilatiesysteem eruit?", wat zou ik dan antwoorden?
Zoals ik in blog 7 al aangaf, had ik een gesprek met De Groot Installatie en Zehnder, installateur en leverancier van installaties voor mijn nieuwe huis. De oorspronkelijke intentie was om balansventilatie aan te leggen: een wel bekend systeem, en als het goed wordt aangelegd, functioneert het heel aardig. Het hele jaar door gestuurde toe- en afvoer van een gecontroleerde hoeveelheid ventilatielucht.
Voor mij is dat echter niet genoeg. Ik wil na een grauwe winter de eerste lentelucht vol belofte kunnen opsnuiven, op een warme zomermiddag een zwoel briesje door mijn huis voelen waaien, op een mooie herfstochtend de knisperende frisheid in de lucht kunnen proeven. Met andere woorden: er zit informatie in buitenlucht die verdwijnt zodra deze door filters, een warmtewisselaar en meters lange kokers door betonnen vloeren en muren voert. En dan heb ik het nog niet over vervuiling die zich na verloop van tijd ophoopt in deze kanalen. Want wie laat werkelijk elke paar jaar zijn gebalanceerd ventilatiesysteem professioneel volledig uitborstelen?
Hybride ventilatie
Ik wil dus zoveel mogelijk natuurlijk ventileren: verse lucht direct van buiten. Om te waarborgen dat ik voldoende verse lucht krijg in elke ruimte, wordt deze straks per ruimte afgezogen, vraaggestuurd. Als er niemand in de ruimte is valt de ventilatie terug naar een minimum niveau, dat nog hoog genoeg is om vervuiling die toch ontstaat (denk bijvoorbeeld aan Radon of schoonmaakmiddelen) te verwijderen. Sommige ruimtes die geen raam of andere directe connectie met buiten hebben, zoals de badkamer in het souterrain en de berging, krijgen wel balansventilatie. In het stookseizoen (dat in een goed geïsoleerde woning steeds korter wordt, helemaal als we de winters van de afgelopen 10 jaar bekijken) wordt wel teruggegrepen op mechanische toe- en afvoer. Deze wordt per ruimte geregeld in plaats van het gebruikelijke per verdieping. Op deze manier wordt optimale luchtkwaliteit verkregen, zonder dat er oncomfortabel koude lucht binnenkomt.
In blog 2 had ik het al kort over de aanwezigheid van een zonneschoorsteen in mijn ontwerp. Die zit er nog steeds in. Warme lucht stijgt en dankzij de zonneschoorsteen kan die ongehinderd (buiten het stookseizoen, dan zit hij dicht) mijn woning verlaten, daarbij verse lucht via de gevels aanzuigend. Het mooie van dit systeem is dat het een geruisloos en natuurlijke manier van ventileren is, met een potentieel veel hoger debiet dan wat een regulier mechanisch ventilatiesysteem aankan. Vooral in de warme zomermaanden kan ik zo heel veel verse lucht binnenkrijgen zonder dat het energie kost of lawaai oplevert, en met de nachtventilatie kan ik overtollige warmte zonder problemen wegventileren, ondertussen mijn huis afkoelend voor de volgende dag.
Anders dan anders
Wat ik inmiddels wel heb begrepen, is dat op deze manier een woning ventileren – natuurlijke toevoer en mechanische afvoer per ruimte geregeld, met mechanische toevoer in het stookseizoen als alternatief – volstrekt geen standaard oplossing is. Maar waarom? Het is toch heel logisch om een onderscheid te maken tussen een zomer (inclusief lente en herfst) en een winter? Waarom wordt een (balans-)ventilatiesysteem gedimensioneerd op een winterseizoen, dat ook nog een steeds korter wordt?
Het antwoord is – natuurlijk – dat een hybride oplossing wat ingewikkelder is en misschien iets meer installaties vergt. Waardoor de initiële investering misschien ietsje hoger is. Maar die investering betaalt zich in veelvoud terug door een gezonder en hogere kwaliteit binnenklimaat waar ik vele jaren lang plezier van heb.
Overigens: petje af voor zowel De Groot als Zehnder. In een gezamenlijk driegesprek heb ik niet alleen mijn wensen kunnen kenbaar maken, maar dachten zij actief mee, overlegden met elkaar wat mogelijk was, waar mogelijk knelpunten zouden optreden en hoe die opgelost zouden kunnen worden. Geen afschuiven van verantwoordelijkheden, geen verschuilen achter ‘Ja, maar we doen het altijd zo’. Er ontstond enthousiasme voor het idee om een zo hoog mogelijke kwaliteit te realiseren, met veel aandacht voor gezondheid en comfort.
En dat is mooi. Want het is bijna zover.
Over de auteur: Bas Hasselaar is projectmanager bij SBRCURnet en bouwt de komende maanden een Active House in Den Haag.