Afwatering in Nederland wordt zwaar onderschat

Nederland heeft te weinig aandacht voor de afwateringsproblematiek. De afvoer van regenwater is een nijpend en alsmaar groter wordend probleem. Particulieren zijn hier niet mee bezig; bewoners bestraten de tuin en klaar. Maar ook bedrijven en overheden hebben het veel te laag op hun prioriteitenlijstje staan. Dit stelt Paul Gruson, expert op het gebied van afwatering.

Gruson: “Met de klimaatverandering moeten we er rekening mee houden dat de kans op zeer intensieve buien groter wordt. Dat heeft gevolgen voor de bouw. De prognoses voor de hoeveelheid regen die kan vallen, veranderen snel. Het zou heel goed kunnen dat projecten die vijf jaar geleden zijn opgeleverd nu niet meer voldoen.”

Hier kun je op twee manieren mee omgaan: wil je een constructie die werkelijk elke regenbui aankan? Of accepteer je dat parkeerplaats of winkelstraat regelmatig blank staat?” De kunst is te kiezen voor de gulden middenweg: slimme afwatering die ervoor zorgt dat heftige regenbuien, waarvan je weet dat ze komen, geen grote schade aanrichten. Jammer genoeg wordt er veel te vaak gekozen voor een goedkope korte termijn oplossing. Gevolg: veel schade voor ondernemers.

Slimmer inrichten

“Je ziet dat de crisis ervoor zorgt dat bepaalde normen gebogen worden ten gunste van de portemonnee”, zegt Gruson. “Gedurende een bouwproject moeten we streven naar een hoogwaardige uitvoering waarin ook afwatering vanaf het begin wordt meegenomen. Dit is met het oog op de klimaatverandering noodzakelijk. En dat staat vaak ook zo in het bestek. Echter, in praktijk wordt in het bouwproject vaak beknibbeld op bepaalde investeringen, zoals bijvoorbeeld een goede afwateringstechniek, hetgeen uiteindelijk ten koste gaat van het milieu. Je ziet dan dat er tijdens de bouw toch voor een mindere uitvoering wordt gekozen.” Zaken die oorspronkelijk wel in het bestek zijn vastgelegd, worden niet of niet op de juiste manier uitgevoerd. Terwijl een goede uitvoering vaak niet eens duurder hoeft te zijn, maar het juist meer gaat om het slimmer inrichten van zaken.

Als voorbeeld noemt Gruson een groot parkeerterrein voor vrachtwagens. “Soms kun je er door het net even anders in te richten voor zorgen dat het regenwater zich splitst, waardoor een kleiner deel wordt vervuild en kleinere olie en benzine afscheiders voldoen.”

Gebrek aan handhaving

Bijkomend probleem is dat het schort aan handhaving. “Er wordt zelden gecontroleerd of die vetafscheider wel groot genoeg is en of die goot in de winkelstraat wel snel genoeg een stortbui kan ondervangen.  Als het in het bestek maar goed staat, dan kom je er mee weg. Maar ja, wij gaan natuurlijk ook niet zelf bij een gemeente aan de bel trekken en vertellen waar de dingen niet in orde zijn. Bovendien, zoals gezegd wordt er vaak gekozen voor een mindere maar nog steeds acceptabele uitvoering. Intussen is overstort, het moment waarop  afvalwater en regenwater samenkomen in te kleine afvoerbuizen waardoor het vervuilde water terecht komt in openbaar water, wel steeds vaker een probleem. Deze overstortsituaties moeten we zoveel mogelijk beperken. De overheid legt de verantwoordelijkheid hiervoor steeds meer bij de aanbieder.”

Hoofdconstructeur

Gruson vindt dat de mogelijkheden om deze problematiek het hoofd te bieden tot op heden onbenut zijn gebleven. Veel heeft ook te maken met kennisdeling. Zo zou je iemand binnen elk project verantwoordelijk kunnen maken voor het onderwerp afwatering. Hierbij kun je denken aan een onafhankelijke hoofdconstructeur op de bouwplaats die dit bij alle betrokken partijen tijdens een bouwproject, naast alle andere zaken, op de agenda houdt. Hij kan erop toezien dat alles uitgevoerd wordt volgens de geldende normen. Daarmee is er nog steeds geen controle lang nadat het project is opgeleverd, maar Gruson zegt dat de hoofdconstructeur wel degelijk een belangrijk deel van de controle uitvoert tijdens de uitvoering. “Het gaat toch het vaakst mis als er afgeweken wordt van het bestek. En dat is vóór oplevering.”

Bouwteam

Een andere mogelijkheid is om al in een vroeg stadium een bouwteam samen te stellen waarin, naast de aannemer, ingenieur, bouwtechnicus en civiele constructeur, ook een afwateringstechnicus zitting neemt. De afwateringstechnicus kan binnen het bouwteam geconsulteerd worden en waar nodig mee-ontwerpen. “Het is bijna altijd een geldkwestie. Maar als wij er in een eerder stadium al bij worden betrokken, hoeft een hoogwaardige uitvoering helemaal niet duurder te zijn. Door het goed en integraal aan te pakken kunnen zo veel problemen worden voorkomen. Wanneer afwatering vanaf het begin van een bouwproject aandacht heeft en wordt uitgevoerd volgens de normen worden de deadlines makkelijker gehaald en kosten minder overschreden”, aldus Gruson.

Deel dit artikel

permalink