Het rapport ‘Op weg naar een klimaatneutrale woningvoorraad in 2050’ van Planbureau voor de Leefomgeving zoomt in op investeringsopties voor een kosteneffectieve energievoorziening. Voor de studie zijn de mogelijkheden en kosten verkend van vier investeringsroutes die in 2050 kunnen leiden tot een klimaatneutrale woningvoorraad.
In de samenvatting van het rapport is te lezen dat energiebesparing de CO2-uitstoot van de warmtevraag met 50 tot 80 procent kan verminderen in 2050 ten opzichte van 2010. Deze uitstoot halveert door 300.000 woningen per jaar te renoveren met de nu gangbare energiebesparingsmaatregelen.
Daarnaast spreekt men in het rapport van een ‘diepgaande energiebesparingsroute’, waarbij alle woningen in de periode tot 2050 een keer gerenoveerd worden tijdens een moment van groot onderhoud.
De mogelijkheden en kosten zijn verkend van vier investeringsroutes die in 2050 kunnen leiden tot een klimaatneutrale woningvoorraad. Dit betekent dat de woningvoorraad geen CO2 uitstoot of de ze uitstoot compenseert door een vergelijkbare hoeveelheid bij een andere sector te vermijden.
Investeringspaden
Samengevat hebben de investeringsroutes wat betreft de energiebesparing de volgende kenmerken:
Het eerste investeringspad, ‘Beperkt’, bestaat uit de diepgang van de energiebesparing per woning uit labelsprongen die momenteel gangbaar zijn (2 labels omhoog en/of tot energielabel B). ‘Breed’ heeft een energiebesparingsdiepgang per woning tot 2030 vergelijkbaar met die van het eerste pad, maar het renovatietempo is een- tot tweemaal zo hoog als de afgelopen jaren.
'Diep'
In het derde investeringspad ‘Diep’ worden in de periode tot 2050 alle woningen slechts eenmaal diepgaand gerenoveerd, dat wil zeggen met een zo groot mogelijke energieverbetering. Het gaat hierbij om ingrijpende renovaties, die plaatsvinden op een natuurlijk moment voor grootschalig onderhoud.
Ten slotte benoemt het rapport het pad ‘Gefaseerd diep’, dat verschilt van het derde doordat voor 2030 bij de renovaties naar label Eigenwarmte alleen aan isolatieverbetering wordt gedaan. Dit beperkt de investeringskosten, omdat de relatief duurdere warmte-installatiemaatregelen niet worden meegenomen.
Meer informatie is te vinden in het rapport, waarin onder andere de resultaten van de investeringspaden zijn te vinden.