'Neem omgeving mee in BREEAM-score'

Het certificeringssysteem BREEAM moet meer waarde toekennen aan milieumaatregelen in de omgeving van gebouwen. Dat zegt Daniël Awater van Nuon Warmte, dat onder meer in Amsterdam bouwt aan een omvangrijk stadswarmtenetwerk.

Op dit moment tellen zogeheten gebiedsmaatregelen maar ten dele mee. Volgens Awater krijgen daardoor sommige gebouwen een minder hoge BREEAM-score dan ze eigenlijk verdienen; er zit volgens hem een weeffout in het puntensysteem waarmee een BREEAM-certificaat tot stand komt.

Het systeem houdt ook rekening met zelf opgewekte energie om een warmte-installatie draaiende te houden. Dat pakt gunstig uit voor gebouwen die gebruik maken van een eigen wko-installatie. Panden die warmte van buiten halen hebben dat voordeel niet. Awater pleit daarom voor aanpassing van het puntensysteem van BREEAM. “Er is veel voor te zeggen om rekening te houden met duurzame maatregelen in de nabije omgeving. Dat kan stadswarmte zijn maar je kunt ook denken aan windenergie. Gebouwen die daar gebruik van maken zijn zeker niet minder duurzaam.”

Rendement
Als voorbeeld noemt Awater de Amsterdamse Zuidas, waar zowel stadswarmte als wko wordt gebruikt. “Als je de rendementen van deze systemen naast elkaar legt, zie je dat ze elkaar weinig ontlopen. Voor elk deel warmte is met een wko-installatie 0,64 deel aan primaire energie nodig, voor stadswarmte is dit 0,61.

De kosten ontlopen elkaar dus niet veel. Toch is de BREEAM-score niet hetzelfde.” Overigens is het rendement voor stadswarmte in andere gebieden in Nederland aanzienlijk hoger en dus duurzamer door toepassing van afvalverbranding en biomassa.

Balans
Het gebruik van stadwarmte zorgt voor een aanzienlijke reductie van broeikasgas CO₂ en biedt gebruikers volop zekerheid. “Met name aan de Zuidas komen bij een wko-installatie nog wel eens problemen voor”, zegt Awater. Idealiter is er een balans tussen de hoeveelheid warmte en koude, maar in de praktijk blijkt de vraag naar koeling in veel gebouwen veel groter. Dat betekent dus dat je moet bijkoelen en dat het rendement van de installatie omlaag gaat.

“Het is zelfs een keer voorgekomen dat ons werd gevraagd om bij een wko bij te springen door extra koude te leveren vanuit ons koudenet. Dat doen we overigens graag.”

Auteur: Sal Stam, Leene Communicatie