'Risico hogere CO2-uitstoot door houtkap voor bio-energie'

Houtkap voor bio-energie, als vervanging van fossiele brandstoffen, heeft als risico dat de uitstoot van CO2 eerst tientallen jaren stijgt voordat er sprake is van een daling. Uit de analyse ‘Climate effects of wood for bioenergy’, uitgevoerd door PBL in samenwerking met Alterra Wageningen UR, blijkt dat het wel honderd jaar kan duren voordat er een vermindering van CO2-uitstoot optreedt. Rest- en afvalhout heeft dit nadeel niet of in veel minder mate.

Het PBL (PlanBureau voor de Leefomgeving) stelt dat het bereiken van de CO2-doelen voor 2020 en 2050 moeilijker wordt als houtkap gaat toenemen om meer energie uit biomassa op te wekken. Een combinatie van factoren zorgt ervoor dat het soms enkele tientallen jaren kan duren voordat er daadwerkelijke vermindering van de uitstoot optreedt.

Situatieschets
Een situatieschets verduidelijkt de risico’s van houtkap voor bio-energie: bij het kappen en uitdunnen blijven vaak houtresten in het bos achter, die langzaam wegrotten. Dat is gunstig voor de biodiversiteit en bodemkwaliteit, maar een deel van die resten kan ook als energiebron worden benut.

Korte termijn
Directe verbranding leidt op de korte termijn tot meer CO2 in de lucht dan geleidelijke afbraak in het bos. Daarnaast is het rendement van bio-energie meestal lager dan dat van fossiele energie. Volgens het PBL zorgt deze combinatie van factoren ervoor dat het wel tientallen jaren kan duren voordat er daadwerkelijk vermindering van de CO2-uitstoot optreedt.

Gunstiger
Volgens PBL is het voor de koolstofbalans gunstiger om gekapt hout eerst toe te passen als bouw- of productiemateriaal, om het vervolgens in het afvalstadium als bio-energie in te zetten. Het daadwerkelijke effect op de hoeveelheid CO2 in de lucht hangt dus sterk samen met wat er anders met het hout en de koolstof daarin zou zijn gebeurd.

Deel dit artikel

permalink

 

 

Links