Aardvast
In het derde deel van het artikel Trias Energetica 2.0 voor energieneutrale woningen komt efficiënt gebruik van eindige energiebronnen aan bod.
De vierde stap van Trias Energetica 2.0 is qua duurzaamheid de laagste stap van de Trias Energetica. Als alles is gedaan aan energiebesparing en hernieuwbare energie, is het zaak om de installaties (voor verwarming, warm tapwater, koude, ventilatie, niet gebouwgebonden apparatuur) en verlichting zo efficiënt mogelijk te laten werken. Belangrijk is dat het energieverbruik zo laag mogelijk gehouden wordt, zodat het verbruik van (eindige) fossiele energiebronnen (gas, olie en kolen) door hernieuwbare energie kan worden gecompenseerd. De volgende mogelijkheden zijn er om efficiënt van de eindige energiebronnen gebruik te maken:
- HoogRendementinstallaties en –apparatuur: met HR-installaties (cv-ketels, cv-warmwatercombi’s) en systemen voor LTV (lage temperatuur verwarming) kan het rendement aanzienlijk worden verhoogd. HR-ventilatoren maken gebruik van energiezuinige voorzieningen van een laag voltage, nieuwe generatie warmtewisselaars, hoogrendement warmtepompen (COP = 10);
- Energie-efficiënte verlichting: hoogfrequente, regelbare en dimbare verlichting, aanwezigheidsdetectie, tijdschakelaars en daglichtregeling;
- Lage warmteproductie: door energiezuinige apparatuur, veel daglichttoetreding en energie-efficiënte verlichting kan de behoefte aan koeling zó afnemen dat koeling door natuurlijke nachtventilatie afdoende is;
- Besparing warmtapwater: er wordt niet alleen water bespaard, maar ook het energieverbruik beperkt; houd aanvoerleidingen kort en isoleer deze;
- Ventilatie: juiste regeling van ventilatieapparatuur (tijd, tijdstip en hoeveelheid). Optimaliseer ook het ventilatievoud (het aantal malen dat de totale inhoud van een ruimte per uur volledig wordt ververst door buitenlucht), bijvoorbeeld door een behoefte-afhankelijke regeling.
Maatregelen die deels op het vlak van de gebruiker liggen kunnen niettemin onderdeel zijn van de ontwerpuitgangspunten. Deze maatregelen hebben betrekking op het tegengaan van verspilling:
- Energiezuinige apparatuur, tegengaan dat apparatuur op de stand-by stand blijft staan (voor het sluikstroomverbruik in Nederland zijn twee grote elektriciteitscentrales nodig) en bovendien voorkomt het onnuttige warmteproductie
- Praktische maatregelen die verspilling tegengaan vraagt in de woningbouw een actieve houding van de bewoner: licht uit, deuren dicht, verwarming laag in ruimten die niet gebruikt worden.
Iedere zichzelf respecterende energiemaatschappij biedt groene energie aan, zowel elektriciteit als gas. Als bewoners kiezen voor 100% groene stroom en gas, dan maken zij niet of nauwelijks gebruik van eindige energiebronnen. Hoewel de meeste energieleveranciers ‘groene stroom’ aanbieden, zit er onderling veel verschil in hoe groen die stroom daadwerkelijk is. Dat blijkt uit onderzoek in opdracht van de Consumentenbond en Greenpace.
Het kan maar 1 keer goed
In Nederland zijn we gewend om te bouwen volgens de minimale normen van gisteren: het bouwbesluit. Opmerkelijk is het te constateren dat in buurlanden mensen juist willen bouwen volgens de modernste technieken in plaats van de minimale norm te hanteren. Een woning moet toch zeker 100 jaar mee kunnen gaan.
Een energieneutrale woning heeft een veel hogere kwaliteit dan een bouwbesluit-woning. De meest efficiënte manier om deze kwaliteit te krijgen is het direct bij aanvang te realiseren, dus in nieuwbouw. Kies er voor om stap 1 van de Trias Energetica optimaal te realiseren, dan creëert u nu de meest energiezuinige woning voor de toekomst. Aardvast heeft voor het schrijven van dit artikel onder andere gebruik gemaakt van het Infoblad Trias Energetica en energieneutraal bouwen van AgentschapNL.