De nieuwe CUR-publicatie “Ontwerprichtlijn thermisch actieve gebouwen” is verschenen . Deze publicatie richt zich op de behaaglijkheid tijdens een zomerperiode die met thermisch geactiveerde vloeren is te realiseren.
Thermisch geactiveerde vloeren zijn vloeren waarbij het materiaal van de vloer actief gekoeld of verwarmd wordt door waterleidingen die gelegd zijn in de kern van de vloer. Door gebruik te maken van massa in de vloer, kan deze de ruimte klimatiseren zonder zelf veel warmte te verliezen.
De temperatuur van het water in de vloer ligt dan ook vaak in de buurt van de gewenste temperatuur in de ruimte, wat energetische voordelen kan leveren. De ontwerptool die bij de publicatie hoort, kan als eerste hulpmiddel in de ontwerpfase ingezet worden. Dit staat te lezen in de nieuwe CUR-publicatie “Ontwerprichtlijn thermisch actieve gebouwen” die is verschenen en te downloaden op de website van de CUR.
Voor deze publicatie heeft DGMR ca 50.000 simulaties uitgevoerd. Deze simulaties zijn verwerkt in een ontwerptool voor vier gebruiksfuncties: kantoren, wonen, onderwijs en zorg. In deze tool is de relatie tussen het gekozen glas (ZTA en glaspercentage), vermogen van de betonkernactiving en het thermisch comfort aangegeven.
Betonkernactivering ja of nee
Met de tool is de toepasbaarheid van betonkernactivering te toetsen zonder zelf een simulatie uit te moeten voeren in een stadium waarin nog niet alle kenmerken zijn vastgelegd. Door te variëren in de gebouwkenmerken kan goed inzicht verkregen worden in de invloed van deze kenmerken op het spanningsveld tussen vermogen van een thermisch geactiveerde vloer en het binnenklimaat.
Met de ontwerprichtlijn kan het benodigd vermogen bepaald worden om een gunstig binnenklimaat te verkrijgen. Met bijvoorbeeld ISSO publicatie 85 kan de opbouw van de vloer verder worden uitgewerkt.