Hittegolfbestendige wijken in de maak

Misschien zijn de resultaten pas over tien of twintig jaar meetbaar. Maar als de inwoners van wijken in Deventer, Breda, Tilburg en Tynaarlo dan beter bestand zijn tegen hittegolven dan de rest van Nederland, komt dat door een klimaatpilot die binnenkort van start gaat.

Door het efficiënt planten van bomen is het namelijk mogelijk om de temperatuur in een wijk tot vier graden te laten dalen. En dat heeft effect op de volksgezondheid.

In praktijk brengen
Aldus Jan IJzerman, adviseur klimaat en energie bij ingenieursbureau Oranjewoud. Binnenkort zit hij met genoemde gemeentes om de tafel om de mogelijkheden voor de klimaatpilot te bespreken. "We hebben de afgelopen twee jaar kennis verzameld en die willen we nu in de praktijk brengen," vertelt hij.

Warme eiland-effect
De bevindingen van Oranjewoud concentreren zich rond het ‘Urban Heat Island effect’: bij aanhoudende hitte in een dichtbebouwde omgeving absorberen woningen, daken en straten een grote hoeveelheid warmte, die zij ’s nachts onvoldoende afstaan. Hetzelfde gebeurt in de lichamen van de bewoners. Na een paar dagen kan dat leiden tot hittestress. Symptomen: o.a. duizeligheid, flauwvallen en nierklachten.

Duurzamer dan airco
Nu lossen veel huishoudens hitteproblemen op met airconditioning, legt IJzerman uit. Die stoten niet alleen veel CO2 uit, maar voegen ook warme lucht aan de buitenlucht toe. Een meer duurzame oplossing is het planten van bomen - maar dan zó, dat het effect op de temperatuur heeft. "Een parkstructuur geeft meer verkoeling dan een lanenstructuur’, zegt IJzerman. ‘En je moet kiezen voor robuuste boomsoorten die tegen weerextremen bestand zijn: langdurige droogte en extreme neerslag. Je kunt naar het bladerdek kijken, maar ook naar de schaduwwerking. De ene boom geeft meer verdamping dan de ander."

Eigenwijze apen

Nu kijken gemeentes bij het planten van bomen vooral naar de decoratieve waarde en de effecten op de luchtkwaliteit. Het wordt een hele puzzel, vermoedt IJzerman, om het effect op de temperatuur in het stedenbouwkundig plan te krijgen. Ook omdat stedenbouwkundigen ‘eigenwijze apen’ zijn. Als Nederland, net als in Zuid-Europa, meer witte huizen zou bouwen, zouden wijken ’s nachts beter afkoelen.

"Maar daarmee lopen we tegen onze stedenbouwkundige en culturele grenzen aan", denkt Ijzerman. Zijn bedoeling is nu om de vier pilot-gemeenten zo ver te krijgen dat ze temperatuur als factor opnemen in het stedenbouwkundig plan.

Geen piekbuien
Als lichtend voorbeeld noemt de adviseur München. Die stad plantte de afgelopen jaar veel bomen in het stadscentrum. Sinds een paar jaar vallen er daar geen ‘piekbuien’ - buien met hevige wolkbreuken - meer. Die houden op aan de rand van het centrum.

Deel dit artikel

permalink