Woningcorporaties op het platteland moeten juist investeren in de sociale woonkwaliteit van dorpen.
Zo luidt de opmerkelijke conclusie van het rapport ‘Dorpen onder druk’, opgesteld door de Stuurgroep Experimenten Volkshuisvesting (SEV). "De noodzaak vindt zijn oorsprong in de lokale situatie”, zegt de stuurgroep.
"Sociale problemen zoals vergrijzing, ontgroening, bevolkingskrimp, het verlies van werkgelegenheid, het wegvallen van voorzieningen én het wegvallen van sociale cohesie door een veranderende bevolkingssamenstelling, vragen om een brede taakopvatting van woningcorporaties. Hierbij is de regio als schaalniveau het meest geschikt om tot een sociaal duurzaam leefmilieu te komen”, staat in het rapport.
Deze conclusie is opmerkelijk, gezien de toon van het publieke debat van de laatste tijd. De toon ervan wordt sterk bepaald door de vragen of corporaties zich niet te breed hebben gemaakt en ze niet te naïef het sociale domein zijn binnengestapt.
Eerder benadrukte stuurgroep Meijerink juist dat corporaties zich primair op huisvesting dienen te richten, slechts in uitzonderlijke gevallen bezig moeten houden met investeringen in het kader van de wijk-, buurt- en dorpenaanpak en geen activiteiten dienen te ontplooien in gebieden waar zij zelf geen woningen bezitten.
Zowel de VROM-raad als minister Eberhart van der Laan lieten eerder weten weinig te zien in een ongewenste stap terug ten opzichte van de door het kabinet juist aangemoedigde inspanningen van woningcorporaties op sociaal gebied.
Bron: SEV