Urgenda tour bezoekt de Wijk van Morgen

Limburg moet sneller duurzaam worden. Met die boodschap maakt actie-organisatie Urgenda deze week een tournee langs ‘groene’ projecten in Limburg. Een bezoek aan de Wijk van Morgen.

Bij de toegang tot de wijk komt een rood omrand verbodsbod te staan: verboden voor fossiele brandstoffen. Geen druppel olie, geen zuchtje gas, geen brokje steenkool mag hier voorbij. De huizen die hier gebouwd gaan worden zullen niet aangesloten worden op het gas- of elektriciteitsnet. Misschein zelfs niet op het riool, geen waterleiding. Misschien komt er zelfs geen baksteen of cement aan te pas.

In de Wijk van Morgen op het Avantis-terrein in Heerlen komen zogeheten nul energie-woningen. Zo vernuftig gebouwd dat ze weinig energie verbruiken en deze bovendien via ingenieuze systemen zelf genereren. Cradle to cradle: alles moet zo goed mogelijk hergebruikt kunnen worden. Liefst worden er natuurlijke grondstoffen gebruikt bij de bouw die de aarde zo min mogelijk belasten of uitputten.

Dus geen bakstenen van klei; nou ja misschien exemplaren gebakken van erosie-afval, stenen gruis onderaan de bergen. En cement? Liever niet. “Zeven procent van alle CO² productie wereldwijd komt van de cementindustrie. En dan die kraters van groeves, hoeveel landschap wil je opofferen?”

Duurzaam bouwen
Ronald Rovers weet er alles van. De bouwkundige/architect werkte lange tijd als expert op dit vlak aan de Wageningen Universiteit en bij SenterNovem. Hij leidt het expertisebureau Sustainable Building Support Centre. Sinds kort is hij lector gebouwde omgeving en regionale ontwikkeling aan de Hogeschool Zuyd en onderzoekscoördinator van de Wijk van Morgen.

Studenten gaan als onderdeel van hun curriculum in totaal drie woningen en een kantoor annex expositieruimte ontwerpen en uitvoeren. Het moet een innovatiecentrum worden waar allerlei noviteiten op het gebied van duurzaam bouwen worden getoond en onderzocht. Vandaag gaat de bouw officieel van start. In 2012 moet de Wijk van Morgen klaar zijn.

Anders bouwen
Als we de aarde enigszins leefbaar willen houden, is het de hoogste tijd om anders te gaan bouwen, is de overtuiging van Ronald Rovers. Duurzaam bouwen kan in verschillende gradaties. De Wijk van Morgen moet het neusje van de zalm worden en daarom mogen er alleen materialen gebruikt worden die hernieuwbaar zijn, waardoor de natuurlijke grondstoffen niet uitgeput raken.

Het eerste huis dat ontworpen is, het 0-energiehuis, is bijvoorbeeld een houtskeletbouw. En dat hout moet liefst uit de buurt komen, om het (belastende) transport zo veel mogelijk te beperken. Bamboe is een ander veelbelovend bouwmateriaal. Groeit drie keer zo snel als hout en kan bijvoorbeeld prima voor kozijnen gebruikt worden.

En uiteraard barst het van de zonnecellen en wordt zo mogelijk tweedehands bouwmateriaal gebruikt. De Hogeschool Zuyd schrijft een soort prijsvraag uit voor bedrijven om aan de bouw mee te doen. “We willen ook de markt tot innoveren verleiden.”

Toepassingen
De wijk moet een gesloten waterzuiveringssysteem krijgen, van toilet- tot drinkwater. De straatverlichting moet ‘klimaatneutraal’ worden en zelfs uit het wegdek van de straat (dat warm kan worden in de zon), moet energie gewonnen worden.

Duurzaam betekent niet vanzelfsprekend geitenwollensokken-lelijkheid. Esthetiek staat hoog in het vaandel. De Wijk van Morgen is een voorbeeldproject dat het grote publiek bewust en enthousiast moet maken. Want de gevolgen van uitputting van fossiele brandstoffen worden onderschat.

Op het dak van een van de gebouwen een kas waar energie gegenereerd wordt en groente en fruit verbouwd gaat worden. Zodat bewoners min of meer zelfvoorzienend worden.

“We hebben een aparte benadering van het begrip dak. Als je bouwt, ontneem je grond en dat is zonde. Dat moet je op de een of andere manier terug geven.” Op grote schaal daken onteigenen om met zonnecellen energie op te wekken of om met kassen urban farming mogelijk te maken zou nog wel eens een reële optie kunnen zijn in de toekomst, denkt Rovers. Het traditionele wonen gaat sowieso noodgedwongen veranderen, denkt hij. Er moet nagedacht worden over nieuwe levensstijlen die slmmer en comfortabeler zijn, maar het milieu minder belasten.

Samen delen

Zo wordt onderzocht of de Wijk van Morgen een gezamenlijke wasserette kan krijgen, zodat niet elk huishouden een eigen wasmachine nodig heeft. Auto’s (elektrisch natuurlijk) worden gedeeld, er komt wellicht een gezamenlijk badhuis. En ook samen eten is – milieutechnisch bekeken - gunstig.

Ronald Rovers benadrukt: de huizen in de Wijk van Morgen zijn technisch gezien niet revolutionair. Elders in de wereld staan al dergelijke gebouwen. “Daarom heet het ook niet de Wijk van de Toekomst, maar de Wijk van Morgen. Letterlijk morgen kan iedereen zo bouwen. Het probleem zit hem niet in de techniek en de materialen. Maar in de hoofden van de mensen. Er moet een omslag plaats vinden in het denken.”

Bron: Dagblad De Limburger

Deel dit artikel

permalink