Duurzame architectuur is een kwestie van intelligent omgaan met de binnenzijde én met de directe omgeving van een gebouw. Ingenieur Henk Hermans, divisiedirecteur Architectuur & Bouw bij Royal Haskoning: “Een duurzaam geconstrueerd gebouw is een harmonisch geheel van flexibiliteit, verantwoord gebruik van energie en esthetiek.”
Een duurzaam gebouw ontwerpen en construeren omvat meer dan alleen het zorgvuldig gebruiken van energie en een lange levensloop. Henk Hermans: “De ‘Augurk’ in Londen en het ING-gebouw in Amsterdam zijn schoolvoorbeelden van innovatieve architectuur. Bij deze gebouwen zijn flexibiliteit, uitgekiend gebruik van materialen (tijdens bouw en gebruik) en uitstraling volledig geïntegreerd. Voor het ING-gebouw verzorgde Royal Haskoning het constructief ontwerp.”
Flexibiliteit
Bij het ontwerp en de constructie van een gebouw moet altijd de afweging zijn: wat is efficiënt en wat is voor toekomstig gebruik het beste? Het gebruik van milieuvriendelijke materialen kan bijvoorbeeld voor de bouw zelf een logische keuze zijn. Maar rekening houden met toekomstige ontwikkelingen en mogelijkheden is vaak nog veel belangrijker.
Hermans: “Een voorbeeld is de bouw van een ziekenhuis. De constructie daarvan is niet alleen het neerzetten van het karkas dat de grote verscheidenheid aan functies kan huisvesten. Compositie, inrichting en gebruik van licht zijn van wezenlijk belang, wil een gebouw echt duurzaam zijn. Een operatiekamer kan binnen een jaar of vijf verouderd en aan verbouwing toe zijn, terwijl andere ruimten nog jaren meekunnen.”
Flexibel zijn betekent dan dat met enkele marginale ingrepen, tegen relatief lage kosten, die operatiekamer op een eenvoudige wijze is aan te passen.
Creatieve en integrale benadering
Duurzaamheid is ook verantwoord en inventief omgaan met verbruik van natuurlijke bronnen als gas en elektriciteit. Het mondiale energieverbruik gaat voor bijna de helft op aan kantoren en huizen. Het is dus van belang om daar - voor alle ontwerpende disciplines – bij nieuwbouw rekening mee te houden.
Hermans: “Kies je dan voor weinig ramen en heel dikke muren om warmteverlies te beperken of zoek je naar een creatieve oplossing?” De vraag stellen, is het antwoord geven. Hermans: “Het gebruik van dubbele glazen wanden en een goede luchtcirculatie is een uitstekend alternatief.”
Een andere manier is het gebruik van de buitentemperatuur, een principe dat gebaseerd is op seizoensopslag dat Royal Haskoning voor ING ontwikkelde. Volgens dit procedé wordt koude lucht of water die tijdens de winter ruim voorradig zijn in de bodem opgeslagen. Deze ‘koude’ wordt ‘s zomers benut om ruimtes te verkoelen.
Hermans: “Gedurende de winter wordt die opgeslagen warmte benut voor de voorverwarming van ventilatielucht. Het warme of koude water wordt geleid via leidingen in klimaatplafonds, vervanger van de radiator. Hierbij moet je rekening houden dat aanvoertemperaturen rond de dertig graden schommelen, in plaats van de gebruikelijke tachtig graden die nodig zijn om een radiator te verwarmen. Vandaar de noodzaak van grotere oppervlakten.”
Economisch rendement
Behalve flexibiliteit en inventiviteit spelen ook economische factoren een rol bij duurzame architectuur. Afhankelijk van het project worden bij het ontwerp van een gebouw rekenmodellen gemaakt die de levensloop en de toekomstige waarde (bij verkoop en in gebruik) in kaart brengen.
Hermans: “Zie het als een soort label. Dat is interessant voor de opdrachtgever die gebaat is bij een hoog economisch rendement.” Het aanzicht van een gebouw of de schoonheid ervan kan ook weer een economische waarde hebben. “De spectaculaire vormgeving van de ‘Augurk’ is het beste pr-middel dat de eigenaar in huis heeft.”
Bron: Climate Change Initiative