Klimaatadaptatie deel 3: IJsselmeer

Klimaatadaptatie deel 3: IJsselmeer

Klimaatadaptatie gaat de effecten van klimaatverandering tegen en kan een bijdrage leveren aan een klimaatbestendig Nederland. In het derde deel van een zesdelige artikelreeks komt klimaatadaptatie rond het IJsselmeer aan bod.

Klimaatadaptatie kan door het het aanleggen van klimaatbuffers. Deze gebieden, die in het eerste deel van deze artikelreeks aan bod kwamen, houden water vast en geven natuurlijke processen als sedimentatie en erosie de ruimte, om zo de natuurlijke veerkracht van ons land te verhogen. Klimaatbuffers zijn een 'zachte' vorm van verdediging tegen het water, met aandacht voor toegevoegde kwaliteit en nevengebruik; ze voorkomen schade door overstromingen en hebben een positief effect op de gezondheid en het woongenot van omwonenden.

Een twintigtal projecten van de Coalitie Klimaatbuffers is in uitvoering langs de kust, de wadden, het IJsselmeer, de rivieren en in steden. Daarnaast zijn er een groot aantal klimaatadaptatie-projecten buiten de coalitie. De projecten variëren van nieuwe hoogwatergeulen tot opgespoten zandbanken en van herstel van moerasbossen tot nieuw ingerichte openbare ruimtes en innovatieve gebouwen.

Kunstmatig verbonden
Het IJsselmeer is door het uitmonden van de IJssel (en dus de Rijn) een belangrijk onderdeel van de Europese delta. Opvallend is dat het meer volledig kunstmatig en slecht verbonden is met de omringende watersystemen. Na de bouw van het icoon van de Deltawerken, de 32 kilometer lange afsluitdijk is het meer ontstaan. De gevaarlijke Zuiderzee werd bedwongen en is nu het grootste meer van West-Europa. Sinds 1975 is het Markermeer door de Houtribdijk afgesnoerd van het IJsselmeer. Tussen 1919 en 1986 werden het Wieringermeer, de Noordoostpolder en Flevoland hier nog van onttrokken.

De Zuiderzee was al vrijwel volledig bedijkt, waardoor het IJsselmeer geen enkele natuurlijke oever heeft. Met een jaarlijkse fluctuatie van 0,2 meter is het een laag-dynamisch gebied en bovendien tegennatuurlijk: het peil wordt 's zomers hoger gehouden dan 's winters. Het IJsselmeer voorziet de omliggende provincies 's zomers van zoetwater voor de landbouw, middels een vernuftig maar zeer kunstmatig systeem. Hierbij wordt het water tot 150 kilometer ver en vijftien meter omhoog gepompt. De commissie Veerman adviseerde in 2008 om het IJsselmeerpeil in de toekomst anderhalve meter te verhogen, om vrije afwatering naar de Waddenzee te garanderen en voldoende zoetwaterbuffer te hebben.  

Van de baan
Deze kostbare ingreep lijkt in het derde Deltaprogramma onder Wim Kuiken definitief van de baan en wordt er gekozen voor hogere dynamiek in het IJsselmeer om voldoende water te leveren. Om aan internationale afspraken voor vismigratie te kunnen voldoen wordt de afsluitdijk de komende jaren grondig aangepakt.

Diverse vispassages moeten trekvissen de gelegenheid bieden de Rijn te bereiken en de slechte visstand in het IJsselmeer herstellen. Een coalitie van provincie Noord-Holland, Friesland, diverse gemeentes en maatschappelijke organisaties zoals de Waddenvereniging en Sportvisserij Nederland sturen aan op een vismigratierivier van vijf tot tien kilometer lengte. Hierdoor kunnen vissen geleidelijk wennen aan het veranderde zoutgehalte en het migratiesaldo aanzienlijk wordt verbeterd.

IJsselmeerkust
Op drie locaties langs de Friese IJsselmeerkust zijn volgens eco-dynamische principes drie pilot-projecten uitgevoerd. Deze experimenten bestaan uit een combinatie van zandsuppletie in de vorm van zandbanken op verschillende locaties voor de kust, de inzet van zogenaamde bio-bouwers en slim gebruik maken en monitoren van bestaande stromingen en golfdynamiek. Om de bio-bouwers zoals rietkragen een kans te geven worden golf-dempende maatregelen genomen. Hierbij valt te denken aan brede vooroevers waar de golfenergie kan afnemen, en een rij palen waartussen wilgentakken gevlochten zijn. De verwachting is dat in de ondiepe beschutte zone riet gaat groeien, wat erosie tegengaat en sedimentdepositie stimuleert.

Het resultaat is het ontstaan van (semi)natuurlijke vooroevers met interessante pioniersnatuur die bovendien dijken versterken. Aan de hand van de verschillende landschapstypen en de verschillende functies (natuur, veiligheid, recreatie) die de Friese kust vervult worden de locaties van de pilots gekozen. Op grond van de opgedane kennis over de interactie tussen peilbeheer, sedimentatie en ecologische processen wordt een advies geformuleerd, gericht aan het Deltaprogramma IJsselmeergebied.

Marker Wadden
Klimaatbuffers zijn inmiddels een containerbegrip geworden. Nieuwe projecten, die formeel geen onderdeel uitmaken van het programma ‘Natuurlijke Klimaatbuffers’, maar wel passen in het gedachtegoed worden ook klimaatbuffers genoemd. Een goed voorbeeld hiervan is het project De Marker Wadden.

Het Markermeer is een van de grootste zoetwatermeren van Europa en vriest vrijwel nooit dicht, waardoor dit Natura 2000 gebied een belangrijk foerageergebied is voor vele vogelsoorten. De kwaliteit van het water is echter sinds de jaren '90 van de vorige eeuw ernstig verslechterd. Een grote hoeveelheid slib vertroebelt het water waardoor de belangrijkste voedselbronnen van het ecosysteem, zoals kranswieren, de driehoeksmossel en de spiering in aantallen afnemen, met een negatief effect op de vogelpopulaties.

Door dit slib in een aantal diepe uitgebaggerde geulen en slenken op te vangen en weg te pompen naar slibdepots wordt het water gezuiverd. Het opgevangen slib wordt gebruikt voor de aanleg van eilanden met natuurlijke oevers en ontstaan nieuwe plaatsen voor natuur en recreatie.

Het wordt een landschap met schelpriffen, zandplaten, rietvelden, bossen stukken open water. Met een geplande omvang van 10.000 hectare is dit innovatieve bouwproject een visitekaartje van internationale allure voor de waterbouwsector en op papier het grootste natuurontwikkelingsproject van Nederland. De financiering voor het eerste deel is rond en de werkzaamheden starten naar verwachting in 2015.

De artikelen in deze zesdelige artikelreeks belichten elk een landschapstype en de mogelijkheden voor klimaatadaptatie.

Hieronder vindt u het vorige artikel in deze reeks:

Klimaatadaptatie deel 1, gepubliceerd op 13 juni 2013
Klimaatadaptatie deel 2, rivieren: gepubliceerd op 27 juni 2013

Auteur: Joep van der Veen, architect, stedenbouwkundig ontwerper en onderzoeker bij Bokkers van der Veen Architecten & Planners.

Afbeeldingen:

Afsluitdijk en IJsselmeer (Foto: Wikimedia)
Vismigratierivier (Illustratie: Dienst Landelijk Gebied)
Marker Wadden (Illustratie: Natuurmonumenten)

Gerelateerde artikelen, events & downloads

c21 c225 c265
Innovatie stimuleren voor Net Zero

Innovatie stimuleren voor Net Zero

Nul uitstoot vóór 2050: dát is de ambitie die Dura Vermeer voor ogen heeft en waar hard aan wordt gewerkt. Deze visie vraagt om actie, niet ...

Lees verder

c21 c225
“We verrassen onze opdrachtgevers altijd”

“We verrassen onze opdrachtgevers altijd”

Een groene gevel zorgt voor de integratie van een gebouw in een natuurlijke omgeving en voor een natuurlijke aanblik. Om dat te bereiken dient een architect wel ...

Lees verder

c21 c41 c225 c243
“Oplossingen voor verduurzamen binnen netcongestie zijn er al lang”

“Oplossingen voor verduurzamen binnen ...

Netcongestie: is dat een obstakel, of een kans? Dat laatste, als het aan Duurzaam Gebouwd ligt. We zoeken vooral naar oplossingen om de energietransitie nú ...

Lees verder

c21 c225 c237 c265
CO2-rapportage zorgt voor strategie, inzicht en actie

CO2-rapportage zorgt voor strategie, inzicht ...

Het inzichtelijk maken van CO2-uitstoot is complex, maar essentieel voor organisaties om te voldoen aan wet- en regelgeving én aan een duurzame toekomst ...

Lees verder

c21 c185 c225
Slimmer bouwen met minder materiaal

Slimmer bouwen met minder materiaal

Het rondetafelgesprek ‘Slimmer bouwen met minder materiaal’ richtte zich op het verminderen van materiaalgebruik en de integratie van duurzaamheid en ...

Lees verder

c21 c162 c225 c243
Bouwpoort: verhelderend perspectief op netcongestie
feb20

Bouwpoort: verhelderend perspectief op netcongestie

Netcongestie is een groeiend probleem in Nederland. Hoe zorgen we ervoor dat we in de maatschappelijke behoeften kunnen voorzien, zoals woningbouw en verduurzaming. ...

Lees verder

c21 c185 c225
Versnelling naar volledige circulariteit

Versnelling naar volledige circulariteit

De bouwsector blijft sterk afhankelijk van primaire, niet-hernieuwbare materialen. Dat zorgty voor hoge materiaalgebonden emissies, zoals beschreven in Op weg naar ...

Lees verder

c21 c225
Elektrisch materiaal bij routekaart zero-emissie Arnhem

Elektrisch materiaal bij routekaart zero-emissie ...

Arnhem gaat bij het aanleggen of herinrichten van wegen zoveel mogelijk elektrisch materieel inzetten. Dat zorgt voor schonere lucht in de stad en is ook veel stiller ...

Lees verder

c21 c225
Whitepaper: De voordelen van hergebruikte gevelstenen voor architecten

Whitepaper: De voordelen van hergebruikte gevelstenen ...

Esthetiek en duurzaamheid combineren in projecten is een uitdaging. Net zoals het toevoegen van karakter aan gebouwen, als circulair bouwen in ontwikkelingen centraal ...

Lees verder

c21 c225
CSRD: kans én hulpmiddel

CSRD: kans én hulpmiddel

De bouwsector kan niet langer wachten, maar moet nú al aan de slag met de CSRD. Dat was de kernboodschap van de bijeenkomst ‘Van vinkjes naar visie’ ...

Lees verder

c21 c225
Whitepaper: warmtepomp als oplossing voor netcongestie

Whitepaper: warmtepomp als oplossing voor netcongestie

De energietransitie in Nederland is in volle gang. Eindelijk zetten we stappen met als gevolg dat we nieuwe uitdagingen tegenkomen. Netcongestie is daarvan een ...

Lees verder

c21 c41 c120 c225
De overheid als aanjager van de renovatiegolf

De overheid als aanjager van de renovatiegolf

De uitdaging: miljoenen vierkante meters vastgoed verduurzamen vóór 2050. Dit ambitieuze project betreft publieke gebouwen zoals scholen, kantoren, ...

Lees verder

Reactie plaatsen

keyboard_arrow_up